Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 16 april 2009, nr. BJZ2009027223, houdende vaststelling tenderperiode, thema's en subsidieplafond 2009 (Innovatieprogramma Mooi Nederland)

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Gelet op de artikelen 3 en 4 van de Tijdelijke subsidieregeling Innovatieprogramma Mooi Nederland;

Besluit:

Artikel 1

Als eerste periode waarbinnen subsidieaanvragen kunnen worden ingediend als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke subsidieregeling Innovatieprogramma Mooi Nederland wordt vastgesteld: 23 april 2009 tot en met 30 juni 2009.

Artikel 2

De thema's, bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke subsidieregeling Innovatieprogramma Mooi Nederland zijn:

  • thema 1: Identiteit van stadsrandzones;

  • thema 2: Identiteit van werklandschappen;

  • thema 3: Identiteit van de plek.

Artikel 3

Het subsidieplafond voor het verlenen van subsidies op aanvragen als bedoeld in artikel 1 wordt vastgesteld op € 6,5 mln.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 16 april 2009

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J.M. Cramer.

TOELICHTING

Deze regeling geeft uitvoering aan de Tijdelijke subsidieregeling Innovatieprogramma Mooi Nederland. Ten aanzien van de drie in artikel 2 genoemde thema's kan nog het volgende worden opgemerkt.

thema 1: Identiteit van stadsrandzones

Groene zones tussen steden verbinden het stedelijk groen met de grote landschappen. Ze helpen stedelingen ons land als minder vol te ervaren. Om deze zones te versterken en te behouden, is regionale visievorming gewenst. Mooi Nederland kan het zetje in de rug worden om sluimerende plannen om te zetten in een tastbare mijlpaal: een publiek-privaat samenwerkingsakkoord. Ook de financiering moet regionaal worden geregeld. Opbrengsten in het ene gebied (de stad) maken investeringen mogelijk in het andere gebied (het platteland). Vernieuwende financieringsvormen zijn welkom. Tot slot is er aandacht nodig voor regionaal beheer. Zo blijven groene gebieden ook echt groen.

thema 2: Identiteit van werklandschappen

De regionale aanpak van bedrijventerreinen is op de agenda gezet door de Taskforce (Her)ontwikkeling Bedrijventerreinen onder leiding van Peter Noordanus. Mooi Nederland sluit hierop aan. Gemeenten moeten elkaar niet beconcurreren met lage grondprijzen, maar samenwerken om meer kwaliteit te bereiken. Mooi Nederland richt zich op herstructurering van bestaande bedrijventerreinen. Mooi Nederland legt ook een accent op duurzaamheid van de terreinen. Zowel milieuvriendelijk als toekomstbestendig. Tot slot is ook hier de inpassing in de omgeving van groot belang, vooral bij zichtlocaties als snelwegen.

thema 3: Identiteit van de plek

De identiteit van plekken in Nederlandse dorpen, steden en landschappen staat volgens een deel van de bevolking onder druk. Hoe bereiken we dat overheden en bedrijfsleven voldoende de waarde inzien van een herkenbare ruimtelijke identiteit, met waardevolle gebouwen en monumenten? Eerste vereiste is dat die identiteit wordt vastgesteld door alle betrokkenen, zodat hier overeenstemming over bestaat. Vervolgens kan de vastgestelde identiteit worden versterkt. Dat kan door aan te haken op het verleden, door het heden te accentueren of door iets nieuws toe te voegen (de toekomst), zoals een sterk icoon. Een uitgebreidere toelichting op de thema's is te vinden: www.vrom.nl/ipmooinederland of www.senternovem.nl/mooinederland/thema’s.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J.M. Cramer.

Naar boven