Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2009, 74 | Interne regelingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2009, 74 | Interne regelingen |
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
Besluit:
In dit besluit wordt verstaan onder:
de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
de Denktank Leren en Werken, bedoeld in artikel 2.
1. Er is een Denktank Leren en Werken.
2. De denktank heeft tot taak een analyse te maken van de stand van zaken van leven lang leren in Nederland voor de verdere uitvoering van het plan van aanpak ‘Doorpakken met Leren & Werken’.
1. De denktank bestaat uit een voorzitter en zes leden.
2. In de denktank hebben zitting:
a. de heer mr. R.H.L.M. van Boxtel, als voorzitter,
b. de heer dr. M.L. Wilke,
c. de heer Prof. dr. R.K.W. van der Velden,
d. de heer mr. P.J. Biesheuvel,
e. de heer Prof. dr. F. Leijnse,
f. mevrouw drs. R. van ’t Klooster MBA,
g. mevrouw drs. H.E.M. Seerden: ambtelijk lid
3. De denktank wordt bijgestaan door een secretaris, mevrouw drs. C.C. van Trier, ambtenaar bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De secretaris is geen lid van de denktank.
4. Bij tussentijds vertrek van een lid kan de Minister, in overleg met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, een ander lid benoemen.
1. De denktank stelt zijn eigen werkwijze vast.
2. De denktank kan zich door andere personen doen bijstaan voor zover dat voor de vervulling van zijn taak nodig is, waaronder, op persoonlijke titel, ambtelijke deskundigen.
De denktank brengt vóór 1 oktober 2009 zijn eindrapport uit aan de Minister en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
1. De voorzitter en andere leden van de commissie, voor zover niet vallend onder de uitzondering van artikel 2, derde lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies, ontvangen per vergadering een vergoeding.
2. De vergoeding per vergadering van de leden van de commissie bedraagt 3% van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.
3. De vergoeding per vergadering van de voorzitter van de commissie bedraagt 130% van de hoogte van de vergoeding per vergadering die aan de andere leden van de commissie is toegekend.
4. De voorzitter en andere leden van de commissie ontvangen een vergoeding van reis- en verblijfkosten op de voet van het Reisbesluit binnenland en het Reisbesluit buitenland. Deze vergoeding wordt door de secretaris van de commissie afgehandeld.
5. Twee of meer vergaderingen op dezelfde dag worden als één vergadering aangemerkt.
De denktank draagt zo spoedig mogelijk na beëindiging van zijn werkzaamheden of, zo de omstandigheden daartoe aanleiding geven, zoveel eerder, de bescheiden betreffende die werkzaamheden over aan het archief van de projectdirectie Leren en Werken van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.
Door globalisering, technologische ontwikkelingen, veranderende voorkeuren van consumenten en door demografische ontwikkelingen wordt een leven lang leren steeds belangrijker. Zo leidt technologische ontwikkeling tot een hoogwaardiger productie die hogere opleidingseisen met zich meebrengt. Ook leidt technologische ontwikkeling tot de ontwikkeling van nieuwe producten die nieuwe beroepen en andere opleidingseisen met zich meebrengen. Verder veranderen de voorkeuren van consumenten sneller. Producten hebben mede hierdoor een kortere levenscyclus met als gevolg dat voortdurende productvernieuwing essentieel is. Onder invloed van globalisering hebben steeds meer bedrijven te maken met internationale concurrentie.
Al deze ontwikkelingen hebben tot gevolg dat beroepen en functies sneller veranderen en banen een kortere levensduur hebben. Dit verhoogt de noodzaak tot upgrading van werknemers. Verder worden sociale vaardigheden en hoogwaardige kennis belangrijker door het toenemende belang van arbeidsintensieve diensten (zorg, onderwijs, persoonlijke dienstverlening) in de economie. Goed gekwalificeerd personeel en meer en vaker onderhoud van vaardigheden worden dus steeds belangrijker. Demografische ontwikkelingen, in het bijzonder de vergrijzing en ontgroening van de bevolking, leiden tot een arbeidsmarkt met meer werk en minder mensen. Om dit werk te kunnen blijven doen is het van blijvend belang dat iedereen die wil en kan werken, zijn kennis, vaardigheden en competenties op peil houdt. Een leven lang leren dus.
Sinds 2005 geeft de overheid via concrete activiteiten een impuls aan een leven lang leren. Dat heeft al tot belangrijke resultaten geleid maar het kan nog beter. Eind 2007 is het plan van aanpak ‘Doorpakken met Leren & Werken’ verschenen. Een nadere analyse zal bijdragen aan een beter zicht op wat goed en minder goed werkt. Om die analyse uit te voeren installeren de staatsecretarissen van OCW en SZW een Denktank Leren en Werken. Het staat de denktank vrij om zich niet tot die analyse te beperken maar op basis daarvan ook aanbevelingen te doen voor verbeteringen in de uitvoering van het beleid rond een leven lang leren.
Dit instellingsbesluit voorziet in de instelling van de Denktank Leren en Werken.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2009-5829.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.