Deelregeling voor Hedendaags gecomponeerde muziek, Jazz en geïmproviseerde muziek, Wereldmuziek en Popmuziek van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ 2009–2010

6 maart 2009

Nr. DK /I&I/109527

De Raad van bestuur van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten,

Met instemming van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Besluit:

Paragraaf 1 Definities

Artikel 1.1 Definities

a. Fonds:

het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+. Het Fonds is een stichting als bedoeld in artikel 9 van de Wet op Specifiek Cultuurbeleid.

b. Bestuur van het Fonds:

de Raad van Bestuur van het Fonds, als bedoeld in artikel 5 van de statuten van het Fonds.

c. Adviescommissie:

een commissie als bedoeld in artikel 6, lid 2 van de statuten van het Fonds, die aan het bestuur van het Fonds advies uitbrengt over de subsidieaanvraag.

d. Podiumkunstinstelling:

podiumkunstinstelling of festival, zijnde een rechtspersoon, die activiteiten verricht op het gebied van professionele muziek, dans, theater of mengvormen daarvan.

e. Festival:

reeks van presentaties op het gebied van de podiumkunsten met artistiek-inhoudelijke samenhang, onder één noemer gepresenteerd en van een beperkte tijdsduur.

f. Festivalorganisatie:

organisatie waarvan de statutaire doelstellingen van artistiek inhoudelijke aard zijn en waarbij het organiseren van festivals op het gebied van podiumkunsten uit de statutaire doelstelling valt af te lezen.

g. Podium:

een faciliteit bestemd voor de presentatie van podiumkunsten, zijnde een rechtspersoon zonder winstoogmerk, niet zijnde een podiumkunstaanbieder of impresario, die met regelmaat openbaar toegankelijke voorstellingen op het gebied van de podiumkunsten programmeert of doet programmeren.

h. Residentiehost:

Een podiumkunstinstelling, podium of festivalorganisatie die/dat professionele podiumkunsten presenteert.

i. Componist:

een in het Nederlandse muziekleven geïntegreerde componist, wiens/ wier werk in ruime meerderheid ten behoeve van het Nederlandse muziekleven tot stand is gekomen.

j. Grote zaal:

een zaal met een capaciteit van minimaal 350 personen.

k. Kleine zaal:

een zaal met een capaciteit van minder dan 350 personen.

Artikel 1.2 Subsidievormen

Op grond van deze Deelregeling kan het Fonds ten behoeve van podiumkunsten in de sector muziek de volgende soorten projectsubsidies/premies verstrekken:

  • a. Een subsidie Composer in residence voor hedendaags gecomponeerde muziek en jazz en geïmproviseerde muziek aan een residentiehost in de periode 2009–2010;

  • b. Een Werkbeurs Wereld- en popmuziek te verstrekken aan een componist in 2009;

  • c. Een Premie voor hedendaags gecomponeerde muziek, jazz en geïmproviseerde muziek en wereldmuziek aan een podium, festivalorganisatie of podiumkunstinstelling in de periode 2009–2010.

Paragraaf 2 Composer in residence voor hedendaags gecomponeerde muziek en jazz en geïmproviseerde muziek 2009–2010

Artikel 2.1 Doel

Het bestuur van het Fonds kan op aanvraag van een residentiehost in de periode 2009–2010 een projectsubsidie Composer in residence voor de duur van maximaal anderhalf jaar verstrekken. De subsidie wordt verstrekt voor het aangaan van een langdurige relatie tussen componist en residentiehost. De maatregel strekt tot versterking en verbreding van het opdrachtgeverschap compositie en ter ontwikkeling en verbreding van publieksbereik voor hedendaagse gecomponeerde muziek en jazz/geïmproviseerde muziek.

Artikel 2.2 Subsidieplafond

Het totaal beschikbare bedrag dat het bestuur van het Fonds voor het uitvoeren van deze pararaaf in 2009 en 2010 onder de aanvragers kan verdelen, bedraagt jaarlijks € 40.000,–, onder voorbehoud van verstrekking van deze middelen door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Artikel 2.3 Verdeelsleutel

  • 1. Indien het subsidieplafond als bedoeld in artikel 2.2 onvoldoende is om alle aanvragen te honoreren, worden de aanvragen door een adviescommissie in een rangorde vastgesteld op basis van de prioriteit die aan de aanvragen is gegeven aan de hand van de criteria genoemd in artikel 2.6.

  • 2. Om in de rangorde te worden opgenomen, dient een aanvraag te voldoen aan het bepaalde in artikel 2.1 en 2.4.

  • 3. Nadat de aanvragen onderling zijn vergeleken en in rangorde zijn vastgesteld, verdeelt het bestuur van het Fonds de beschikbare subsidie volgens de rangorde. Het bestuur van het Fonds besluit tot toewijzing of gedeeltelijke toewijzing van de subsidieaanvraag. Het bestuur van het Fonds wijst de resterende aanvragen af.

  • 4. Indien het bestuur van het Fonds besluit het subsidieplafond als bedoeld in artikel 2.2 te verhogen, wordt de eerstvolgende aanvraag in de rangorde die vanwege de uitputting va het budget is afgewezen, alsnog gehonoreerd, en zo verder.

Artikel 2.4 Aanvraag

  • 1. De residentiehost dient – in samenspraak met de componist – een subsidieaanvraag in.

  • 2. De subsidieaanvraag wordt vóór 15 mei 2009 of 15 mei 2010 ingediend met gebruikmaking van het daartoe bestemde en volledig ingevulde aanvraagformulier. Het aanvraagformulier is te downloaden op www.nfpk.nl of op te vragen bij het Fonds.

  • 2. Een aanvraag bevat in ieder geval de volgende informatie:

    • a. een inhoudelijk plan;

    • b. een begroting en financieel plan met toelichting;

    • c. documentatie (waaronder het curriculum van de componist).

  • 3. Het Fonds kan, indien de aanvraag daartoe aanleiding geeft, de aanvrager om nadere informatie verzoeken.

  • 4. De aanvrager is verantwoordelijk voor een juiste en volledige informatieverstrekking op grond waarvan het bestuur van het Fonds redelijkerwijs tot een besluit kan komen.

Artikel 2.5 Wijze van beoordeling en beslissing op de aanvraag

  • 1. De aanvragen die aan het bepaalde in artikel 1.1, 2.1 en 2.4 voldoen, worden op grond van de criteria genoemd in artikel 2.6 beoordeeld en geprioriteerd door een adviescommissie.

  • 2. De adviescommissie adviseert met inachtneming van het bepaalde in de regeling.

  • 3. Het bestuur van het Fonds besluit over de aanvraag met inachtneming van het advies van de adviescommissie.

  • 4. Uiterlijk binnen 13 weken na de uiterste indieningstermijn stelt het bestuur van het Fonds de aanvrager schriftelijk van zijn besluit in kennis. Het advies wordt met de subsidiebeschikking meegezonden.

  • 5. Tijdens de behandeling van een aanvraag wordt over de voortgang daarvan geen inhoudelijke informatie verstrekt.

Artikel 2.6 Beoordelingscriteria

Aanvragen worden beoordeeld op de volgende aspecten:

  • a. Ontwikkeling en verbreding van publieksbereik

  • b. Totstandkoming van een duurzame relatie tussen de residentiehost en de componist.

  • c. Artistieke kwaliteit en ontwikkeling van de componist

Artikel 2.7 Toepasselijkheid Algemeen reglement

Op paragraaf 2 is het Algemeen reglement van toepassing, met uitzondering van het bepaalde in artikel 11, lid 2 en artikel 15.

Paragraaf 3 Werkbeurzen Wereld- en popmuziek 2009

Artikel 3.1 Doel

Het bestuur van het Fonds kan in 2009 op aanvraag een werkbeurs verstrekken aan componisten ter stimulering van het scheppingsproces in de wereld- en popmuziek en de artistieke rijping daarvan. Het subsidietraject wordt afgesloten met een gezamenlijke podiumpresentatie van het gecomponeerde werk.

Artikel 3.2 Subsidieplafond

Het totaal beschikbare bedrag dat het bestuur van het Fonds voor het uitvoeren van deze paragraaf in 2009 onder de aanvragers kan verdelen, bedraagt € 60.000,–, onder voorbehoud van verstrekking van deze middelen door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Artikel 3.3 Verdeelsleutel

  • 1. Indien het subsidieplafond als bedoeld in artikel 3.2 onvoldoende is om alle aanvragen te honoreren, worden de aanvragen door een adviescommissie in een rangorde vastgesteld op basis van de prioriteit die aan de aanvragen is gegeven aan de hand van de criteria genoemd in artikel 3.6.

  • 2. Om in de rangorde te worden opgenomen, dient een aanvraag te voldoen aan het bepaalde in artikel 3.1 en 3.4.

  • 3. Nadat de aanvragen onderling zijn vergeleken en in rangorde zijn vastgesteld, verdeelt het bestuur van het Fonds de beschikbare subsidie volgens de rangorde. Het bestuur van het Fonds besluit tot toewijzing of gedeeltelijke toewijzing van de subsidieaanvraag. Het bestuur van het Fonds wijst de resterende aanvragen af.

  • 4. Indien het bestuur van het Fonds besluit het subsidieplafond als bedoeld in artikel 3.2 te verhogen, wordt de eerstvolgende aanvraag in de rangorde die vanwege de uitputting va het budget is afgewezen, alsnog gehonoreerd, en zo verder.

Artikel 3.4 Aanvraag

  • 1. De aanvraag voor een werkbeurs wordt ingediend door de componist, door het componerende duo of de componerende formatie.

  • 2. De subsidieaanvraag wordt vóór 15 mei 2009 ingediend met gebruikmaking van het daartoe bestemde en volledig ingevulde aanvraagformulier. Het aanvraagformulier is te downloaden op www.nfpk.nl of op te vragen bij het Fonds.

  • 3. Een aanvraag bevat in ieder geval de volgende informatie:

    • a. een inhoudelijk plan;

    • b. een begroting en financieel plan met toelichting;

    • c. documentatie, waaronder het curriculum van de componist(en) en minimaal 3 geluidsopnames.

  • 4. Het Fonds kan, indien de aanvraag daartoe aanleiding geeft, de aanvrager om nadere informatie verzoeken.

  • 5. De aanvrager is verantwoordelijk voor een juiste en volledige informatieverstrekking op grond waarvan het bestuur van het Fonds redelijkerwijs tot een besluit kan komen.

Artikel 3.5 Wijze van beoordeling en beslissing op de aanvraag

  • 1. De aanvragen die aan het bepaalde in artikel 1.1, 3.1, 3.4 en 3.7 voldoen, worden op grond van de criteria genoemd in artikel 3.6, beoordeeld en geprioriteerd door een adviescommissie.

  • 2. De adviescommissie adviseert met inachtneming van het bepaalde in de regeling.

  • 3. Het bestuur van het Fonds besluit over de aanvraag met inachtneming van het advies van de adviescommissie.

  • 4. Uiterlijk binnen 13 weken na de uiterste indieningstermijn stelt het bestuur van het Fonds de aanvrager schriftelijk van zijn besluit in kennis. Het advies wordt met de subsidiebeschikking meegezonden.

  • 5. Tijdens de behandeling van een aanvraag wordt over de voortgang daarvan geen inhoudelijke informatie verstrekt.

Artikel 3.6 Beoordelingscriteria

Aanvragen worden beoordeeld op de volgende aspecten:

  • a. Artistieke kwaliteit van het eerder gecomponeerde werk

  • b. Potentie van het te componeren werk in relatie tot de ontwikkeling van de componist(en).

Artikel 3.7 Weigeringsgronden

  • 1. De aanvraag kan worden – naast het bepaalde in artikel 4:35 Algemene wet bestuursrecht en in artikel 11 van het Algemeen reglement – geweigerd, indien:

    • a. De componist(en) in 2008 minder dan 10 openbaar toegankelijke optredens heeft (hebben) verzorgd.

    • b. Het te componeren werk waarvoor wordt aangevraagd niet binnen de genres wereld- of popmuziek valt.

Artikel 3.8 Toepasselijkheid Algemeen reglement

Op deze paragraaf is het Algemeen reglement van toepassing, met uitzondering van het bepaalde in artikel 11, lid 2, sub a.

Paragraaf 4 Premies Hedendaags gecomponeerde muziek, Jazz en geïmproviseerde muziek of Wereldmuziek 2009–2010

Artikel 4.1 Doel

Het bestuur van het Fonds kan in de periode 2009–2010 een premie uitkeren voor samenwerkingsprojecten op het gebied van:

  • a. hedendaags gecomponeerde muziek,

  • b. jazz en geïmproviseerde muziek of

  • c. Wereldmuziek.

Het doel van de premie is stimulering van de samenwerking tussen podiumkunstinstellingen en podia/festivalorganisaties, waarvan minstens één van de bij de samenwerking betrokken partijen subsidie van het Fonds ontvangt. De premie wordt verstrekt op aanvraag van een podium, een festivalorganisatie of een podiumkunstinstelling op het gebied van muziek.

Artikel 4.2 Premie voor podia/festivalorganisaties

  • 1. Het bestuur van het Fonds kan een premie uitkeren aan podia/festivalorganisaties die

    • a. een samenwerkingsovereenkomst zijn aangegaan met ten minste twee andere podia/festivalorganisaties, waarbij alle partijen bij de samenwerkingsovereenkomst een afnamesubsidie ontvangen op grond van de Deelregeling projectsubsidies voor podiumkunstinstellingen van het Nederlands Fonds voor de Podiumkunsten+ 2009–2010; of

    • b. een samenwerkingsovereenkomst met ten minste twee andere podia/festivalorganisaties zijn aangegaan ten behoeve van een ensemble en de podiumkunstinstelling waarvan het ensemble onderdeel uitmaakt voor het realiseren van het desbetreffende concert een subsidie ontvangt op basis van de Deelregeling projectsubsidies podiumkunstinstellingen van het Nederlands Fonds voor podiumkunsten+ 2009–2010 of de Deelregeling vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen 2009–2012.

  • 2. Het podium/de festivalorganisatie dient een samenwerkingsovereenkomst te sluiten met ten minste twee andere podia/festivalorganisaties.

  • 3. De samenwerkingsovereenkomst strekt ertoe om van één podiumkunstinstelling één bepaalde productie af te nemen.

  • 4. De samenwerkingsovereenkomst maakt onderdeel uit van het aanvraagformulier.

Artikel 4.3 Premie voor podiumkunstinstellingen

  • 1. Het bestuur van het Fonds kan een premie uitkeren aan een podiumkunstinstelling die een subsidie ontvangt op grond de Deelregeling projectsubsidies voor podiumkunstinstellingen van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ 2009–2010 of de Deelregeling vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen 2009–2012.

  • 2. De podiumkunstinstelling dient een overeenkomst te sluiten met een podium/festivalorganisatie, waarin de hoogte van de partage voor het concert is vastgesteld.

  • 3. De overeenkomst maakt onderdeel uit van het aanvraagformulier.

Artikel 4.4 Hoogte van de premie

  • 1. De premie aan podia/festivalorganisaties bij een samenwerkingsovereenkomst van

    • a. drie podia/festivalorganisaties en één ensemble bedraagt:

      • > € 250 voor een concert in een kleine zaal en

      • > € 750 voor een concert in een grote zaal

    • b. vier podia/festivalorganisaties en één ensemble bedraagt:

      • > € 350 voor een concert in een kleine zaal en

      • > € 900 voor een concert in een grote zaal

    • c. vijf podia/festivalorganisaties of meer en één ensemble bedraagt:

      • > € 500 voor een concert in een kleine zaal en

        € 1250 voor een concert in een grote zaal

  • 2. De premie aan een podiumkunstinstelling:

    • > is gelijk aan de inkomsten uit kaartverkoop na het behalen van het break even point; of

    • > bedraagt 10% van de door de podiumkunstinstelling voor het concert gemaakte kosten indien het break even point niet wordt behaald.

Artikel 4.5 Plafond

Het totaal beschikbare bedrag dat het bestuur van het Fonds in 2009–2010 voor het uitvoeren van deze paragraaf kan verdelen bedraagt in totaal € 300.000,–, onder voorbehoud van verstrekking van deze middelen door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Artikel 4.6 Verdeelsleutel

Indien het plafond onvoldoende is om alle aanvragen te honoreren, beslist het bestuur van het Fonds op volgorde van ontvangst van complete aanvragen.

Artikel 4.7 Aanvraag

  • 1. Aanvragen worden alleen in behandeling genomen indien zij worden ingediend met gebruikmaking van het daartoe bestemde en volledig ingevulde aanvraagformulier. Het aanvraagformulier is te downloaden op www.nfpk.nl of op te vragen bij het Fonds.

  • 2. In geval van een aanvraag als bedoeld in artikel 4.2 wordt per samenwerkingsverband één aanvraagformulier ingediend door de vertegenwoordiger van de samenwerkende podia/festivalorganisaties.

  • 3. In geval van een aanvraag als bedoeld in artikel 4.3 wordt de aanvraag ingediend door de podiumkunstinstelling.

Artikel 4.8 Aanvraagtermijn

Aanvragen kunnen het gehele jaar door worden ingediend, maar dienen uiterlijk één maand voorafgaand aan het concert of reeks van concerten door het Fonds te zijn ontvangen.

Artikel 4.10 Wijze van beoordeling en beslissing op de aanvraag

  • 1. Het bestuur van het Fonds kent slechts een premie toe, indien de aanvraag voldoet aan het bepaalde in artikel 4.1, 4.2, 4.3, 4.7 en 4.8.

  • 2. Het bestuur van het Fonds besluit op volgorde van ontvangst van complete aanvragen, met dien verstande dat indien een aanvrager niet heeft voldaan aan een voorschrift voor het in behandeling nemen van de aanvraag en met toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, de dag waarop de aanvraag voldoet aan de wettelijke voorschriften met betrekking tot de verdeling als datum van ontvangst geldt.

  • 3. Het bestuur van het Fonds besluit binnen acht weken op de aanvraag.

Artikel 4.11 Verantwoording podia/festivalorganisaties

  • 1. De vertegenwoordiger van de samenwerkende podia/festivalorganisaties dient binnen twee maanden na afloop van de concertreeks een financieel verslag in, bestaande uit de borderellen van de concerten, aan de hand van een daartoe bestemd formulier van het Fonds.

  • 2. Het Fonds verstrekt de premie aan de deelnemende podia/festivalorganisaties nadat het financieel verslag is ontvangen en door het bestuur van het Fonds akkoord is bevonden.

Artikel 4.12 Verantwoording podiumkunstinstellingen

  • 1. De podiumkunstinstelling dient binnen twee maanden na afloop van het concert een financieel verslag in, bestaande uit de borderel van het concert, aan de hand van een daartoe bestemd formulier van het Fonds.

  • 2. Het Fonds verstrekt de premie aan de podiumkunstinstelling nadat het financieel verslag is ontvangen en door het bestuur van het Fonds akkoord is bevonden.

Artikel 4.13 Toepasselijkheid Algemeen reglement

Op deze paragraaf is het Algemeen reglement van toepassing, met uitzondering van het bepaalde in artikel 11, lid 2, artikel 15 en artikel 17.

Paragraaf 5 Subsidiabele kosten, overig en inwerkingtreding

Artikel 5.1 Subsidiabele kosten

  • 1. Uitsluitend de kosten die redelijkerwijs samenhangen met en toe te rekenen zijn aan het verrichten van de activiteit waarvoor de subsidie is aangevraagd, komen voor subsidiëring in aanmerking.

  • 2. De volgende kosten komen in ieder geval niet voor subsidiëring in aanmerking:

    • a. kosten die zijn gemaakt vóór het besluit tot subsidieverlening;

    • b. kosten voor activiteiten die niet relevant zijn in het licht van de doelstelling van de desbetreffende paragraaf;

    • c. structurele investeringen, zoals kosten die betrekking hebben op exploitatie, investeringen in accommodatie en de aanschaf van instrumenten.

Artikel 5.2 Overig

  • 1. Van toepassing op deze regeling is het Algemeen reglement van het Fonds waarin algemene bepalingen omtrent de subsidieverstrekking zijn omschreven, zoals aanvraagprocedure, vereisten, voorwaarden en verplichtingen.

  • 2. Deze regeling is een deelreglement als bedoeld in artikel 4 van het Algemeen reglement.

  • 3. Eveneens van toepassing op deze regeling is het Huishoudelijk reglement waarin de interne organisatie van het Fonds wordt geregeld.

  • 4. De reglementen als bedoeld in het eerste en derde lid van dit artikel zijn op verzoek verkrijgbaar bij het secretariaat van het Fonds.

Artikel 5.3 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 5.4 Citeertitel

De regeling wordt aangehaald als: Deelregeling voor Hedendaags gecomponeerde muziek, Jazz en geïmproviseerde muziek, Wereldmuziek en Popmuziek. van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ 2009–2010.

De Raad van bestuur van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten

TOELICHTING

Artikelsgewijs

Artikel 1.2 Subsidievormen

De Deelregeling voor Hedendaags gecomponeerde muziek, Jazz en geïmproviseerde muziek, Wereldmuziek en Popmuziek. van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ 2009–2010 is een van de maatregelen die het bestuur van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ neemt om de positie van hedendaags gecomponeerde muziek, jazz en geïmproviseerde muziek en wereldmuziek duurzaam te verbeteren.

De Deelregeling voor Hedendaags gecomponeerde muziek, Jazz en geïmproviseerde muziek, Wereldmuziek en Popmuziek van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ 2009–2010 is een van de maatregelen die het bestuur van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ neemt om de positie van hedendaags gecomponeerde muziek, jazz en geïmproviseerde muziek en wereldmuziek duurzaam te verbeteren. Het bestuur van het Fonds geeft hiermee uitwerking aan het Nader Advies van de Adviescommissie Muziek van 1 november 2008 dat op verzoek van het Fonds is uitgebracht. In het Nader Advies is ingegaan op de kernvraag hoe een betere onderlinge afstemming van podia en podiumkunstinstellingen bereikt kan worden, waarbij wordt uitgegaan van een gedeelde verantwoordelijkheid voor het bereiken van publiek. De keten tussen produceren, programmeren en publieksontwikkeling is cruciaal voor de vitaliteit van ieder genre. Om die reden zijn in deze Deelregeling een aantal subsidies opgenomen die de ketengedachte stimuleren.

De Deelregeling spitst zich toe op de discipline muziek, in het bijzonder de genres hedendaags gecomponeerde muziek, jazz en geïmproviseerde muziek en wereld- en popmuziek. De achterliggende gedachte hiervan is dat voor deze sectoren als gevolg van de uitkomsten van de advisering en besluitvorming op grond van de Deelregeling vierjarige subsidies een extra impuls is vereist.

Paragraaf 2 Composer in residence

Artikel 2.1 Doel

De composer in residence geeft de gecomponeerde muziek een gezicht en brengt deze dichterbij het publiek.

Met de Composer-in-Residence regeling verstrekt het Fonds subsidie voor het aangaan van een langdurige samenwerking tussen een componist en een producent/producerend organisatie. Deze samenwerking zal meer diepgang moeten hebben dan louter het componeren en uitvoeren van nieuwe werken. Beoogd is een flexibele samenwerking te laten ontstaan, waarbij het publiek van de residentiehost herhaaldelijk kennis maakt met dezelfde componist.

Daarbij kan worden gedacht aan onder andere het laten kennismaken van het publiek met het nieuwe én oude werk van de componist, het geven van lezingen over eigen werk of werk van anderen, het schrijven van programmatoelichtingen, het vervaardigen van arrangementen/bewerkingen, het snel inspringen op compositorische behoeftes van de host, etc. Op deze manier wordt de zichtbaarheid en herkenbaarheid van het werk van componisten bij het publiek vergroot.

Artikel 2.6 Beoordelingscriteria

Subsidieaanvragen voor een Composer in residence worden beoordeeld aan de hand van drie criteria:

  • a. de ontwikkeling en verbreding van publieksbereik,

  • b. de totstandkoming van een duurzame relatie tussen de residentiehost en de componist en

  • c. de artistieke ontwikkeling van de componist.

Bij de ontwikkeling en verbreding van het publieksbereik wordt zowel op kwalitatieve als kwantitatieve aspecten gelet. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om de vraag hoe vaak (werk van) de componist wordt getoond aan het publiek, maar ook op welke wijze en of er is voorzien in variatie binnen de presentatievormen.

Bij de beoordeling van de relatie tussen de residientiehost en de componist gaat het om de vraag of sprake is van een verdieping van de samenwerking. Het moet gaan om meer dan een samenwerking die louter is gericht op het spelen cq. presenteren van een bepaald werk van de componist. Vullen de samenwerkende partners elkaar aan bij hun werkzaamheden en kunnen zij voorzien in elkaars behoeftes?

De artistieke ontwikkeling van de componist wordt beoordeeld aan de hand van verwachtingen met betrekking tot vakmanschap, oorspronkelijkheid en zeggingskracht. Voor de invulling van deze begrippen verwijst het Fonds naar de toelichting bij de Deelregeling projectsubsidies voor podiumkunstinstellingen 2009–2010 en de Deelregeling vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen 2009–2012.

Paragraaf 3 Werkbeurzen Wereld- en popmuziek

Artikel 3.1 Doel

Het Fonds verstrekt werkbeurzen aan componisten in de wereld- en popmuziek om het componeren in deze genres te versterken. Deze afzonderlijke beurs voor wereld- en popmuziek is in het leven geroepen om het publiek met dit kwetsbare en in ontwikkeling zijnde genre kennis te laten maken. Tot nu toe was subsidiering van wereld- en popmuziek voornamelijk gericht op het podium, op uitvoering en uitvoerenden, en niet op de maker(s) en het scheppingsproces. Met de werkbeurzen wereld- en popmuziek wil het Fonds deze lacune vullen. De makers krijgen middels een beurs de mogelijkheid om voor een bepaalde periode te werken aan hun artistieke ontwikkeling.

Artikel 3.4 Aanvraag

Popmuziek en wereldmuziek zijn verzamelbegrippen voor een scala aan genres, stijlen en (meng)vormen, met de meest uiteenlopende herkomst en publiek: van techno, R&B, soul en death metal tot raï, kawina, flamenco, karnatische muziek en balkan beats. Veel van deze nieuwe vormen ontstaan op andere manieren dan de westerse nieuwe en klassieke ‘gecomponeerde’ muziek en jazz en geïmproviseerde muziek.

In de wereld- en popmuziek ontstaan composities vaak tijdens het repetitieproces. Het resultaat is vaak niet een partituur of opgeschreven vorm als eindresultaat. De componist is niet altijd één persoon, maar maaktzelf vaak deel uit van een duo of formatie. Toch is er bij pop- en wereldmuziek wel degelijk sprake van compositie, impliciet of expliciet.

De werkbeurzen voor wereld- en popmuziek kunnen worden aangevraagd door componisten, duo’s en formaties, afhankelijk van de vorm waarin de compositorische werkzaamheden plaatsvinden.

Artikel 3.7 Beoordelingscriteria

Aanvragen zullen worden beoordeeld op de artistieke kwaliteit van het eerder gecomponeerde werk en de Potentie van het te componeren werk in relatie tot de ontwikkeling van de componist(en).

De beoordeling van de kwaliteit en ontwikkeling vindt plaats aan de hand van verwachtingen met betrekking tot vakmanschap, oorspronkelijkheid en zeggingskracht. Voor de invulling van deze begrippen verwijst het Fonds naar de toelichting bij de Deelregeling projectsubsidies voor podiumkunstinstellingen 2009–2010 en de Deelregeling vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen 2009–2012.

Paragraaf 4 Premies Hedendaags gecomponeerde muziek, Jazz en geïmproviseerde muziek of Wereldmuziek 2009–2010

Artikel 4.1 doel

Het Fonds stelt een extra bedrag van € 300.000,– beschikbaar voor premies aan ensembles en podia/festivalorganisaties die zich begeven op de terreinen van de hedendaags gecomponeerde muziek, de jazz en geïmproviseerde muziek en de wereldmuziek voor de verkoop en/of afname van concerten. Met de premies beoogt het Fonds een laagdrempelige beloning te geven voor instellingen die voorafgaand aan een concert afspraken maken over het (bereiken van een) publiek en publieksbereik, zodat een betere verbinding ontstaat tussen enerzijds het maken van muziek en anderzijds het bereiken van een publiek die van de muziek kan genieten. Door de premies wordt het financiële risico voor ensembles en podia kleiner, de betrokkenheid van de ensembles bij het bereiken van een publiek vergoot en vindt een dialoog tussen podium en ensemble plaats.

Door het Fonds gesubsidieerde ensembles die een overeenkomst op partagebasis met een podium aangaan, kunnen een premie ontvangen. De premie kan worden aangevraagd door ensembles met een vierjarige instellingssubsidie, een tweejarige projectsubsidie of een enkelvoudige projectsubsidie. De regeling stimuleert podiumkunstinstellingen op het gebied van muziek om een partage-overeenkomst te sluiten. Wanneer door kaartverkoop het ‘break-even point’ wordt gepasseerd, verdubbelt het Fonds die extra opbrengst. Wanneer de publieksinkomsten (onverhoopt) achterblijven en het break-even point niet wordt behaald, draagt het Fonds bij aan een gedeelte van de kosten van het concert.

Podia/festivalorganisaties die door het Fonds gesubsidieerd aanbod programmeren of podia/festivalorganisaties die een afnamesubsidie ontvangen, krijgen een substantiële premie als zij ervoor zorg dragen dat één specifieke productie van een ensemble tenminste drie keer wordt geprogrammeerd.

Artikel 4.4 Hoogte van de premie

Het Fonds verstrekt twee soorten van premies. Podia/festivalorganisaties die ervoor zorg dragen dat meerdere podia dezelfde concertreeks programmeren worden beloond met een vaste premie.

Podiumkunstinstellingen kunnen een premie ontvangen op basis van een partageovereenkomst na het behalen van het break even point of maximaal 10% in het financiële risico gedekt krijgen als achteraf blijkt dat het concert niet kostendekkend gegeven kan worden. Het breakeven point is het punt waarop de totale opbrengsten van het concert gelijk zijn aan de totale kosten. Het breakeven van het concert wordt door de aanvrager berekend op het aanvraagformulier. Indien het concert waarvoor wordt aangevraagd dit break even point niet haalt draagt het Fonds maximaal 10% bij aan de kosten van het ensemble.

De Raad van bestuur van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten

Naar boven