Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants | Staatscourant 2009, 60 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants | Staatscourant 2009, 60 | Besluiten van algemene strekking |
Het bestuur van de Orde Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants maakt, gelet op artikel 3:42 van de Algemene wet bestuursrecht, onderstaand besluit bekend dat op 28 januari 2009 is genomen
Het bestuur van het Nederlands Instituut van Registeraccountants,
Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;
Besluit:
Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
de algemeen directeur van het Nederlands Instituut van Registeraccountants;
een onder de algemeen directeur ressorterend personeelslid van het Nederlands Instituut van Registeraccountants;
de Wet op de Registeraccountants.
Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om besluiten te nemen en handelingen te verrichten ter uitvoering van het bepaalde in artikel 29 van de Wet.
1. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om besluiten te nemen en handelingen te verrichten ter uitvoering van het bepaalde in artikel 60 van de Wet, met uitzondering van het besluit waarin de weigeringsgrond, bedoeld in artikel 59, eerste lid, onder d, van de Wet, aan de orde is.
2. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om besluiten te nemen en handelingen te verrichten ter uitvoering van het bepaalde in artikel 63 van de Wet.
Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om besluiten te nemen en handelingen te verrichten ter uitvoering van het bepaalde in artikel 67 van de Wet ten aanzien van het afgeven van een getuigschrift.
Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om besluiten te nemen ter uitvoering van de Wet openbaarheid van bestuur.
1. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om besluiten te nemen en handelingen te verrichten ter uitvoering van het bepaalde in artikel 11 van de Verordening accountantsorganisaties.
2. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om een beslissing op bezwaar te nemen op een bezwaarschrift gericht tegen een besluit als bedoeld in het eerste lid.
1. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan het Stagebestuur om besluiten te nemen en handelingen te verrichten ter uitvoering van de bevoegdheden of taken van de Verordening op de Praktijkstage, met uitzondering van het bepaalde in artikel 6, vijfde lid, van die Verordening.
2. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om besluiten te nemen en handelingen te verrichten ter uitvoering van het bepaalde in artikel 6, vijfde lid, van de Verordening op de praktijkstage.
3. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om een beslissing op bezwaar te nemen op een bezwaarschrift gericht tegen een besluit als bedoeld in het eerste lid.
1. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om besluiten te nemen en handelingen te verrichten ter uitvoering van de bevoegdheden of taken van de Nadere Voorschriften Permanente Educatie.
2. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om een beslissing op bezwaar te nemen op een bezwaarschrift gericht tegen een besluit als bedoeld in het eerste lid.
1. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om besluiten te nemen en handelingen te verrichten ter uitvoering van de bevoegdheden of taken van het bepaalde in de artikelen 5, 6, 11 en 13 van de Algemene Contributieverordening 2007.
2. Het bestuur verleent mandaat en machtiging aan de algemeen directeur om een beslissing op bezwaar te nemen op een bezwaarschrift gericht tegen een besluit als bedoeld in het eerste lid.
1. De algemeen directeur kan voor de in de artikel 5 bedoelde aangelegenheden ondermandaat en machtiging verlenen aan een daartoe aangewezen functionaris. De algemeen directeur kan daarbij bepalen dat nader ondermandaat en machtiging is toegestaan.
2. De algemeen directeur kan voor de in de artikelen 3, 6, 7, tweede en derde lid, 8, eerste lid, en 9 bedoelde aangelegenheden ondermandaat en machtiging verlenen aan een daartoe aangewezen functionaris.
3. Het verlenen van (nader) ondermandaat en machtiging alsmede wijziging daarvan geschiedt schriftelijk.
Het krachtens mandaat of machtiging ondertekenen van stukken geschiedt als volgt:
Het bestuur van het Nederlands Instituut van Registeraccountants,
namens deze:
(handtekening)
(naam functionaris)
(functie)
1. Het besluit van 23 juli 2004 betreffende het verlenen van mandaat inzake besluiten op grond van artikel 29 van de Wet op de Registeraccountants, wordt ingetrokken.
2. Het besluit van 23 juli 2004 betreffende het verlenen van mandaat inzake besluiten op grond van artikel 60 van de Wet op de Registeraccountants, wordt ingetrokken.
3. Het besluit van 20 september 2006 betreffende het verlenen van mandaat inzake besluiten op grond van artikel 67 van de Wet op de Registeraccountants, wordt ingetrokken.
4. Het besluit van 20 augustus 2003 betreffende het verlenen van mandaat inzake besluiten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur, wordt ingetrokken.
5. Het Besluit mandaat Verordening accountantsorganisatie wordt ingetrokken.
6. Het Besluit mandaat Verordening op de Praktijkstage wordt ingetrokken.
7. Het Besluit mandaat Nadere Voorschriften Permanente Educatie wordt ingetrokken.
8. Het Besluit mandaat Algemene Contributieverordening 2007 wordt ingetrokken.
Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij het betreffende besluit is betrokken binnen 6 weken na de tweede dag na de dagtekening van deze Staatscourant een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het bestuur van het Nederlands Instituut van Registeraccountants, postbus 7984, 1008 AD Amsterdam.
In dit besluit wordt aan de algemeen directeur van het Nederlands Instituut van Registeraccountants (NIVRA) mandaat en machtiging verleend om namens het bestuur van NIVRA diverse, bepaalde bevoegheden uit te oefenen op grond van de Wet op de Registeraccountants, de Wet openbaarheid van bestuur, de Verordening accountantsorganisaties, Verordening op de Praktijkstage, Nadere Voorschriften Permanente Educatie en de Algemene Contributieverordening 2007.
In het besluit wordt de wijze van ondertekening standaard voorgeschreven. Tot slot worden de thans geldende mandaatsbesluiten ingetrokken.
Tevens wordt aan het Stagebestuur mandaat en machtiging verleend om namens het bestuur van NIVRA diverse, bepaalde bevoegheden uit te oefenen op grond van de Verordening op de Praktijkstage. In artikel 2 van de Verordening op de Praktijkstage is de mogelijkheid opgenomen voor het bestuur om mandaat te verlenen aan een ingesteld stagebestuur. Deze mogelijkheid van mandaat is heel ruim verwoord. Er staat namelijk aangegeven dat het mandaat kan worden verleend betreffende de praktijkstage, het praktijkexamen en de aanwijzing van stagebureaus. Dit impliceert dat de bij het bestuur liggende bevoegdheden voortvloeiende uit de verordening ten aanzien van de praktijkstage, het praktijkexamen en de aanwijzing van stagebureaus, geheel kunnen worden uitgeoefend door het stagebestuur namens het bestuur.
Het stagebestuur is geen ondergeschikte van het bestuur. Mandaatverlening aan een niet ondergeschikte is onder bepaalde voorwaarden toegestaan. Artikel 10:4 Algemene wet bestuursrecht (Awb) zegt het volgende: indien de gemandateerde (degene aan wie mandaat wordt verleend) niet werkzaam is onder verantwoordelijkheid van de mandaatgever (degene die mandaat verleend aan een ander), behoeft de mandaatverlening de instemming van de gemandateerde en in het voorkomende geval van degene onder wiens verantwoordelijkheid hij werkt, tenzij bij wettelijk voorschrift in de bevoegdheid tot mandaatverlening is voorzien. Artikel 2 van de verordening voorziet in dit wettelijk voorschrift, waarmee aan de voorwaarde van artikel 10:4 Awb is voldaan.
Mandaat kan worden verleend ten aanzien van bevoegdheden die zich lenen voor mandatering. Een bevoegdheid tot het vaststellen van algemeen verbindende voorschriften kan op grond van de Awb niet worden gemandateerd aan een ander. Met betrekking tot het nemen van beslissingen op bezwaar (behandeling van bezwaarschriften) bestaat ook de beperking dat mandatering in beginsel is toegestaan, echter niet aan een niet-ondergeschikte.
Mandatering hiervan aan het stagebestuur is dus niet toelaatbaar vanwege het feit dat de beslissing op bezwaar binnen de directe invloedssfeer van het bestuursorgaan behoort te worden genomen (ABRvS 22 juni 2005, Gst. 2005, 7235 nr. 31). Mandatering hiervan aan een ondergeschikte binnen het NIVRA is wel toegestaan.
Dit is eveneens het geval met artikel 6, vijfde lid, van de verordening, waarbij de aanwijzing van een stagebureau kan worden ingetrokken. Deze bepaling heeft het karakter van een sanctie. De bevoegdheid tot het opleggen van een sanctie is een te zware bevoegdheid waardoor mandatering aan een niet-ondergeschikte uitgesloten is.
De bevoegdheid tot het nemen van beslissing op bezwaar inzake bezwaarschriften tegen de besluiten die door het Stagebestuur op grond van deze verordening zijn genomen, alsook de uitoefening van de bevoegdheid op grond van artikel 6, vijfde lid, van de verordening, worden gemandateerd aan de algemeen directeur.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2009-4527.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.