Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Defensie | Staatscourant 2009, 50 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Defensie | Staatscourant 2009, 50 | Besluiten van algemene strekking |
27 februari 2009
Nr. C/2009001953
De Minister van Defensie,
Handelende in overeenstemming met de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
Besluit:
Dit besluit verstaat onder:
degene, waar de bevoegdheid berust beslissingen te nemen over de doelen en taken van de Koninklijke Marechaussee en het in dit kader kunnen geven van aanwijzingen;
de minister die verantwoordelijk is voor het vaststellen van het beleid in het kader waarvan de Koninklijke Marechaussee de taken uitvoert;
de minister van Defensie, die daartoe de Secretaris-Generaal heeft gemandateerd;
de Commandant der Koninklijke Marechaussee die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de aan de Koninklijke Marechaussee opgedragen taken.
Er is een Beheer- en Gezagstructuur Koninklijke Marechaussee, bestaande uit:
a. een Bestuursraad Koninklijke Marechaussee, hierna te noemen de Bestuursraad;
b. een Taakveldberaad Rechtshandhaving en Beveiliging;
c. een Taakveldberaad Handhaving Vreemdelingenwetgeving;
d. een Taakveldberaad Militaire Politiedienst;
e. een Taakveldberaad Samenwerking, Bijstand en (Vredes)operaties.
1. De Bestuursraad is verantwoordelijk voor het proces van aansturing en bekostiging van de Koninklijke Marechaussee.
2. De Bestuursraad is het interdepartementaal afstemmingsorgaan dat de beleidsverantwoordelijke bewindspersonen en de beheerder adviseert met betrekking tot het geheel van de aan de Koninklijke Marechaussee opgedragen doelstellingen, in relatie tot de omvang van het personeelsbestand en de kwaliteit van de beschikbare mensen en middelen.
3. De Bestuursraad bewaakt de in artikel 3 lid 2 gemaakte afspraken.
4. De Bestuursraad is bevoegd besluiten te nemen indien besluitvorming door de Taakveldberaden niet mogelijk is vanwege het ontbreken van consensus dan wel vanwege taakveldoverstijgende knelpunten.
5. De Bestuursraad kan tevens de voorzitters van de Taakveldberaden verzoeken de Bestuursraad gezamenlijk te adviseren over het gesignaleerde knelpunt.
1. De Bestuursraad bestaat uit de Secretaris-Generaal van het ministerie van Defensie, de Secretaris-Generaal van het ministerie van Justitie alsmede de Commandant der Koninklijke Marechaussee.
2. De Bestuursraad kent een wisselend voorzitterschap. De Secretarissen-Generaal van het ministerie van Defensie en van Justitie treden hierbij gedurende een jaar bij toerbeurt op als voorzitter en vice-voorzitter.
1. Een Taakveldberaad is een afstemmingsorgaan tussen de beleidsverantwoordelijke(n), de gezagsverantwoordelijke(n) en de Commandant der Koninklijke Marechaussee. De taakveldberaden hebben primair tot taak om een optimale relatie te leggen tussen de doelstellingen en middelen, gegeven de beleidsprioriteiten.
2. De Taakveldberaden zijn voor de respectieve taakvelden belast met:
a. het afstemmen van de doelen in relatie tot de toegewezen middelen;
b. het afstemmen van doelen en prioriteiten binnen het mandaat van de begroting van het beleidsterrein van de Koninklijke Marechaussee;
c. het toetsen van relevante Planning&Control documenten;
d. het toetsen van de resultaten per taakveld aan de hand van de uitvoeringsrapportages.
e. het afstemmen van relevante beleidsontwikkelingen met consequenties voor de taakuitvoering door de Koninklijke Marechaussee.
3. Indien de voorzitters van twee of meer Taakveldberaden het nodig achten een onderwerp in gezamenlijkheid te bespreken kan worden besloten tot een gecombineerde zitting van de Taakveldberaden.
4. De voorzitters van de Taakveldberaden zijn verantwoordelijk voor de besluitvorming aangaande de in artikel 6 lid 2 genoemde taken.
5. Indien besluitvorming door de voorzitters van de Taakveldberaden niet mogelijk is vanwege het ontbreken van consensus dan wel vanwege taakveldoverschrijdende knelpunten, worden deze gevallen met een, zo mogelijk, gezamenlijk advies van de voorzitters van de Taakveldberaden conform artikel 3 lid 5 ter besluitvorming voorgelegd aan de Bestuursraad.
1. Het Taakveldberaad wordt voorgezeten door de Directeur-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving van het ministerie van Justitie.
2. Het Taakveldberaad bestaat voorts uit:
a. de Hoofdofficier van Justitie van het Arrondissementsparket Haarlem;
b. de Nationaal Coördinator Terrorisme Bestrijding;
c. de Commandant der Koninklijke Marechaussee.
3. Een vertegenwoordiger van de beheerder neemt als toehoorder deel aan het taakveldberaad.
4. Het secretariaat berust bij de vertegenwoordiger van het Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving van het ministerie van Justitie in de OES-KMar.
1. Het Taakveldberaad wordt voorgezeten door de Directeur-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden & Vreemdelingenzaken van het ministerie van Justitie.
2. Het Taakveldberaad bestaat voorts uit:
de Commandant der Koninklijke Marechaussee.
3. Een vertegenwoordiger van de beheerder neemt als toehoorder deel aan het taakveldberaad.
4. Het secretariaat berust bij de vertegenwoordiger van het Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden & Vreemdelingenzaken van het ministerie van Justitie in de OES-KMar.
1. Het Taakveldberaad wordt voorgezeten door de Hoofdofficier van Justitie van het Arrondissementsparket Arnhem.
2. Het Taakveldberaad bestaat voorts uit:
a. de Directeur Juridische Zaken van het ministerie van Defensie;
b. de Directeur Aansturen Operationele Gereedstelling van het ministerie van Defensie;
c. de Commandant der Koninklijke Marechaussee.
3. Een vertegenwoordiger van de beheerder neemt als toehoorder deel aan het taakveldberaad.
4. Het secretariaat berust bij de vertegenwoordiger van het Openbaar Ministerie in de OES-KMar
1. Het Taakveldberaad wordt voorgezeten door de Directeur Aansturen Operationele Gereedstelling van het Ministerie van Defensie.
2. Het Taakveldberaad bestaat voorts uit:
a. de Directeur-Generaal Veiligheid van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
b. de Directeur-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving van het ministerie van Justitie;
c. de Directeur Juridische Zaken van het ministerie van Defensie;
d. de Commandant der Koninklijke Marechaussee.
3. Een vertegenwoordiger van de beheerder neemt als toehoorder deel aan het taakveldberaad.
4. Het secretariaat berust bij de vertegenwoordiger van de Directeur Aansturen Operationele Gereedstelling van het ministerie van Defensie in de OES-KMar.
1. Er is een ondersteuningeenheid Externe Sturing Koninklijke Marechaussee, hierna te noemen OES-KMar.
2. De OES-KMar bestaat in ieder geval uit vertegenwoordigers van de gezags- en beleidsverantwoordelijken en een vertegenwoordiger van de uitvoerder.
3. De OES-KMar is belast met het voeren van het secretariaat van de Taakveldberaden en de Bestuursraad. De OES-KMar vervult daarnaast een intermediaire functie tussen de Bestuursraad en de Taakveldberaden.
De Bestuursraad en de Taakveldberaden komen elk bij voorkeur vier maal per jaar bijeen, parallel aan de Planning & Control cyclus.
De voorzitters van Bestuursraad en Taakveldberaden kunnen, eventueel op verzoek van de leden, derden uitnodigen aan de bijeenkomsten deel te nemen.
De ministeriële beschikkingen van de Minister van Defensie, nr 2001002320, d.d. 16 juli 2001 en nr 2002001013, d.d. 9 april 2002, worden ingetrokken.
De taken die de Koninklijke Marechaussee uitvoert, vallen – afhankelijk van de aard van die taken – beleidsmatig onder de Minister van Justitie, de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties of de Minister van Defensie. De taken kunnen worden onderscheiden in taken die gebaseerd zijn op artikel 6 van de Politiewet 1993, de zogenaamde politietaken, en taken die niet zijn gebaseerd op de Politiewet 1993. Als gevolg van het feit dat de zeggenschap over de Koninklijke Marechaussee is verdeeld over verschillende bewindspersonen is de externe aansturing van de Koninklijke Marechaussee complex. Om de Koninklijke Marechaussee helder en eenduidig aan te sturen is het voor de betrokken instanties van belang kennis te hebben van ieders specifieke verantwoordelijkheid en de te hanteren procedures. Op 29 mei 2006 heeft de commissie Postma een rapport uitgebracht waarin onderzoek is gedaan naar de aansturing en bekostiging van de Koninklijke Marechaussee. Naar aanleiding van dit rapport is de ‘Blauwdruk aansturing Koninklijke Marechaussee’ opgesteld. De Blauwdruk vormt de leidraad voor het verkeer tussen de met de aansturing belaste partijen en de Koninklijke Marechaussee. In de Blauwdruk wordt onder meer aandacht besteed aan de wijze waarop de overlegstructuur inzake de aansturing van de Koninklijke Marechaussee is ingericht: de Bestuursraad en de Taakveldberaden. Voorts is in de Blauwdruk opgenomen dat – los van de formele structuur – een overleg met het Openbaar Ministerie en de Koninklijke Marechaussee plaatsvindt, het Coördinerend Gezagsoverleg OM/KMar. Tijdens dit overleg wordt gesproken over de integrale gezagsrol van het Openbaar Ministerie over de Koninklijke Marechaussee op diverse taakvelden. Met dit instellingsbesluit wordt de gewijzigde overlegstructuur inzake de aansturing van de Koninklijke Marechaussee geformaliseerd.
De Bestuursraad is verantwoordelijk voor het proces van aansturing en bekostiging van de Koninklijke Marechaussee. In de Bestuursraad vindt daartoe afstemming plaats tussen de Secretaris-Generaal van het ministerie van Defensie, de Secretaris-Generaal van het ministerie van Justitie en de Commandant der Koninklijke Marechaussee. De Bestuursraad adviseert de verantwoordelijke bewindspersonen met betrekking tot het geheel van de aan de Koninklijke Marechaussee opgedragen doelstellingen, in relatie tot de omvang, respectievelijk hoeveelheid en de kwaliteit van de beschikbare mensen en middelen. De Secretaris-Generaal van het ministerie van Defensie is door Minister van Defensie gemandateerd als beheerder van de Koninklijke Marechaussee. De Secretaris-Generaal van het ministerie van Justitie heeft de rol van regisseur van het beleidsproces.
De bestuurlijke omgeving waarbinnen de Koninklijke Marechaussee taken uitvoert bestaat uit verschillende ‘taakvelden’. De afstemming van gezagsdragers per taakveld vindt plaats in de zogenaamde Taakveldberaden. Een Taakveldberaad bestaat uit de (vertegenwoordigers van de) beleidsverantwoordelijken en gezagdragers ten aanzien van een betreffende taak en de Commandant van de Koninklijke Marechaussee. Vanwege doelmatigheidsoverwegingen zijn sommige taakvelden geclusterd in één Taakveldberaad.
Het Taakveldberaad ‘Rechtshandhaving en Beveiliging’ heeft betrekking op de taakvelden die voortvloeien uit artikel 6 lid 1 sub a, sub e, sub h, sub c en sub g Politiewet 1993.
Het Taakveldberaad ‘Handhaving Vreemdelingenwetgeving’ heeft betrekking op de taakvelden die voortvloeien uit artikel 6 lid 1 sub f Politiewet 1993.
Het Taakveldberaad ‘Militaire Politiedienst’ heeft betrekking op de taakvelden die voortvloeien uit artikel 6 lid 1 sub b en e Politiewet 1993.
De taakvelden die voortvloeien uit artikel 6 lid 1 sub d Politiewet 1993 (samenwerking en bijstand) en het verrichten van (vredes)operaties zijn samengebracht in één Taakveldberaad, het Taakveldberaad Samenwerking, bijstand en (vredes)operaties. Een gemeenschappelijk kenmerk van deze taakvelden is dat het beschikbaar stellen van capaciteit de instemming van defensie behoeft. De taakvelden samenwerking en bijstand hebben geen specifieke gezagdrager aangezien dit afhankelijk is van de aard van de samenwerking of bijstand.
De Taakveldberaden zijn primair ingesteld om een optimale relatie te leggen tussen de doelstellingen en middelen gegeven de beleidsprioriteiten. De voorzitters van de Taakveldberaden zijn verantwoordelijk voor de besluitvorming betreffende de geïdentificeerde taken. Slechts in die gevallen dat besluitvorming op het niveau van Taakveldberaad niet mogelijk blijkt vanwege het ontbreken van consensus dan wel vanwege taakveldoverstijgende knelpunten, wordt de besluitvorming overgedragen aan de voorzitter en leden Bestuursraad. De voorzitter van de Bestuursraad kan vervolgens de voorzitters van de Taakveldberaden verzoeken te komen tot een gezamenlijk advies voor een oplossing van het gesignaleerde knelpunt. Indien niet tot een gemeenschappelijk gedragen oplossing kan worden gekomen, worden knelpunten aan de betrokken ministers voorgelegd.
De Ondersteuningsgroep Externe Sturing Koninklijke Marechaussee (OES-KMar) vervult een intermediaire functie tussen de Taakveldberaden, de Bestuursraad en de Koninklijke Marechaussee. De OES-KMar bestaat onder meer uit medewerkers die door de voorzitters van de Taakveldberaden zijn afgevaardigd en een vertegenwoordiger van de Koninklijke Marechaussee.
De Minister van Defensie,
E. van Middelkoop.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2009-3775.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.