Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 19 februari 2009, nr. IVV/FB/2009/3720, houdende de machtiging van de secretaris van de toetsingscommissie, bedoeld in artikel 73 van de Wet werk en bijstand

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 9, eerste lid, van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit SZW 2009;

Besluit:

Artikel 1

De secretaris van de toetsingscommissie, bedoeld in artikel 73 van de Wet werk en bijstand, is gemachtigd tot het stellen van een termijn als bedoeld in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht, voor de aanvulling van een verzoek als bedoeld in artikel 74, eerste lid, van de Wet werk en bijstand.

Artikel 2

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling met toelichting zal in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 19 februari 2009

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

namens deze:

de Directeur-Generaal Participatie en Inkomenswaarborg,

J.A.M. Hilgersom.

TOELICHTING

Bij regeling van 20 juli 2005 (Stcrt. nr. 143) is aan de secretaris van de toetsingscommissie, bedoeld in artikel 73 Wet werk en bijstand (WWB), machtiging verleend tot het stellen van een termijn als bedoeld in artikel 4:5, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, voor de aanvulling van een onvolledig ingediend verzoek om aanvullende uitkering. De machtiging was gebaseerd op het Organisatie-, mandaat- en volmachtsbesluit directoraat-generaal Arbeidsmarktbeleid en Bijstand 2004.

In het kader van het vernieuwingsproces van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is haar organisatie per 1 januari 2009 gewijzigd. Als gevolg hiervan is het voornoemde organisatie-, mandaat- en volmachtsbesluit ingetrokken en zijn de hierop gebaseerde machtigingen vervallen.

Via deze regeling wordt aan de secretaris van de toetsingscommissie, bedoeld in artikel 73 WWB opnieuw machtiging verleend tot het stellen van een termijn als bedoeld in artikel 4:5, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, voor de aanvulling van een onvolledig ingediend verzoek om aanvullende uitkering. De nieuwe machtiging heeft betrekking op verzoeken die worden ingediend om zowel de de incidentele aanvullende uitkering als de meerjarige aanvullende uitkering.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

namens deze:

de Directeur-Generaal Participatie en Inkomenswaarborg,

J.A.M. Hilgersom.

Naar boven