Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 december 2008, nr. W&B/BP&C/08/36054, houdende regels voor de financiering van de verlening van bijstand in het buitenland (Regeling financiering bijstand buitenland)

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 121a van de Wet financiering sociale verzekeringen;

Besluit:

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. Onze Minister:

Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

b. WWB:

Wet werk en bijstand;

c. SVB:

de Sociale verzekeringsbank, genoemd in hoofdstuk 6 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

d. valutadag:

de op de rekening-courantafschriften aangegeven dag van betaling;

e. bijstandskosten:

de kosten van bijstand die verleend wordt op grond van artikel 78h van de WWB;

f. uitvoeringskosten:

de kosten verbonden aan de uitvoering van de verlening van bijstand op grond van artikel 78h van de WWB.

Artikel 2. Raming en opgave uitgaven

In het jaarplan met begroting verstrekt de SVB elk jaar aan Onze Minister:

• a. een raming van het totaalbedrag van de bijstandskosten voor het komende jaar, met een uitsplitsing naar maand;

• b. een opgave het totaalbedrag van de werkelijke bijstandskosten in het vorige jaar, met een uitsplitsing naar maand;

• c. een raming van het totaalbedrag van de uitvoeringskosten voor het komende jaar.

Artikel 3. Afdracht bijstandskosten en uitvoeringskosten

• 1. Met als valutadag de eerste dag van elke maand stort Onze Minister op de rekening-courant van de SVB bij de Minister van Financiën het bedrag van de geraamde bijstandskosten over die maand en eentwaalfde van het bedrag van de geraamde uitvoeringskosten per jaar.

• 2. Onze Minister kan, na overleg met de SVB, van de geraamde bedragen, bedoeld in het eerste lid, afwijken.

Artikel 4. Afrekening

• 1. Uiterlijk op 1 juli dient de SVB de afrekening van de bijstandskosten en de uitvoeringskosten over het afgelopen kalenderjaar bij Onze Minister in.

• 2. In de afrekening van de bijstandskosten en uitvoeringskosten wordt, op basis van de jaarrekening, bedoeld in artikel 49 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, de kasstroom inzichtelijk gemaakt.

• 3. Op grond van de afrekening van de bijstandskosten en de uitvoeringskosten vindt voor 15 augustus een betaling plaats ten gunste of ten laste van de SVB.

Artikel 5. Vaststelling Rijksbijdrage

Onze Minister stelt jaarlijks voor 31 oktober de omvang van de middelen tot dekking van de uitgaven verbonden aan de uitvoering van artikel 78h van de WWB over het afgelopen kalenderjaar vast.

Artikel 6. Inwerkingtreding

Indien het bij Koninklijke boodschap van 24 juni 2008 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen en enkele andere wetten in verband met de evaluatie van deze wet, de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen en deregulering (Kamerstukken 31 514) nadat het tot wet is verheven, in werking treedt, treedt deze regeling op hetzelfde tijdstip in werking.

Artikel 7. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling financiering bijstand buitenland.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 23 december 2008

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. Klijnsma.

TOELICHTING

Algemeen

Aan bijstandsverlening aan Nederlanders in het buitenland is een eind gemaakt per 1 januari 1996 door de invoering van de Algemene bijstandswet. Vanaf die datum is er géén nieuwe instroom meer mogelijk. Voor ‘oude’ gevallen geldt sindsdien overgangsrecht, neergelegd in artikel 6 van de Invoeringswet Wet werk en bijstand. Tot en met eind 2008 is de verlening van bijstand aan Nederlanders in het buitenland (de zogenoemde regeling bijstand buitenland) uitgevoerd door het Agentschap SZW. Op grond van het wetsvoorstel tot intrekking van de Invoeringswet Wet werk en bijstand (Kamerstukken 31 559), waarvan de inwerkingtreding voorzien is per 1 januari 2009, wordt de Sociale verzekeringsbank (hierna: SVB) in artikel 78h van de Wet werk en bijstand (hierna: WWB) aangewezen als uitvoerder van de regeling bijstand buitenland. Omdat de uitvoering van de regeling bijstand buitenland met ingang van 2009 niet meer onder rechtstreekse verantwoordelijkheid van de Minister van Sociale zaken en werkgelegenheid (hierna: de minister) gebeurt, maar bij wet is opgedragen aan de SVB, is een regeling over de financiering noodzakelijk geworden.

In artikel 78h van de WWB is al een aantal bepalingen opgenomen omtrent deze financiering. Geregeld is dat in de middelen tot dekking van de uitgaven wordt voorzien door een Rijksbijdrage. Verder is bepaald dat op deze uitgaven de bedragen die de SVB ontvangt door terugvordering in mindering worden gebracht.

Artikelsgewijs

Artikel 1

Het eerste artikel geeft een aantal definities van termen die in deze regeling worden gebruikt.

Artikel 2

In de onderdelen a en c van het eerste lid is bepaald dat de SVB een raming geeft van de bijstandskosten en van de uitvoeringskosten voor het komende jaar, waarbij de bijstandskosten worden uitgesplitst per maand. Daarnaast dient de SVB op basis van onderdeel b van het eerste lid over het voorgaande jaar een opgave te verstrekken van het totaalbedrag aan gerealiseerde bijstandskosten. Dit laatste hoeft niet te gebeuren voor de uitvoeringskosten, aangezien is afgesproken dat de uitvoeringskosten per jaar worden vastgesteld op een van tevoren bepaald bedrag.

Artikel 3

Elke maand wordt eentwaalfde van het de geraamde totale uitgaven (bestaande uit bijstandskosten en uitvoeringskosten) zoals dat is opgenomen in het goedgekeurde jaarplan van de SVB ter beschikking gesteld via de rekening-courant bij de Minister van Financiën.

Artikel 4

In het eerste lid is geregeld wanneer de SVB de afrekening over het afgelopen jaar bij de minister indient. Het tweede lid bepaalt dat bij deze afrekening de kasstroom inzichtelijk wordt gemaakt. Voor 15 augustus vindt dan op grond van deze afrekening een betaling ten gunste of ten laste van de SVB plaats (de definitieve afrekening).

Artikel 5

Nadat de definitieve afrekening (zie de toelichting op artikel 4) is gemaakt, wordt jaarlijks door de minister voor 31 oktober de omvang van de middelen tot dekking van de uitgaven ter uitvoering van artikel 78h van de WWB vastgesteld.

Artikel 6

De grondslag voor deze regeling is opgenomen in het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen en enkele andere wetten in verband met de evaluatie van deze wet, de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen en deregulering (Kamerstukken 31 514). Om die reden is in artikel 6 de inwerkingtreding van deze regeling gekoppeld aan de inwerkingtreding van genoemd wetsvoorstel. Verwacht wordt dat het wetsvoorstel per 1 januari 2009 in werking treedt.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. Klijnsma.