Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 18 december 2009, houdende wijziging van de Regeling technische maatregelen 2000

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op de verordening van 15 december 2009 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2010, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn;

Gelet op de artikelen 3 en 4 van het Reglement zee- en kustvisserij 1977;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling technische maatregelen 2000 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel l, komt te luiden:

• l. verordening inzake vangstmogelijkheden: Verordening van 15 december 2009 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2010, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn;

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel n door een puntkomma wordt het volgende onderdeel toegevoegd:

• o. verordening nr. 43/2009: verordening nr. 43/2009 van 16 januari 2009 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 22).

B

In artikel 2, eerste lid, onderdeel a, tweede gedachtestreepje, en het tweede lid, tweede gedachtestreepje, wordt ‘de verordening inzake vangstmogelijkheden’ telkens vervangen door: verordening nr. 43/2009.

C

Artikel 7c komt te luiden:

Artikel 7c

• 1. Het is verboden in strijd te handelen met de artikelen 10a, 14a en 14c, 15, 16 en 17a, tweede tot en met vierde lid, 20, eerste en derde lid, 21, 23, 25, 27, tweede lid, en 28van de verordening inzake vangstmogelijkheden.

• 2. Het is verboden visserijactiviteiten uit te oefenen in strijd met de artikelen 18, eerste en tweede lid, 22 en 24 van de verordening inzake vangstmogelijkheden.

D

Artikel 7d komt te luiden:

Artikel 7d

• 1. Het is verboden in strijd te handelen met de onderdelen 1, 4, 5, 5b.1, 6.1 tot en met 6.6, 7.2 tot en met 7.6, 8.1, 8.2, 12, 15 tot en met 20 en 24, onderdelen a, c, d, en e, van bijlage III van verordening nr. 43/2009 met dien verstande dat de verordening van de Raad van de Europese Unie van 20 november van 2009 tot vaststelling van technische overgangsmaatregelen van 1 januari 2010 tot en met 30 juni 2011 in acht wordt genomen.

• 2. Het is verboden in strijd te handelen met onderdeel 9.3 van bijlage III van verordening nr. 43/2009, tenzij de minister voor het vissersvaartuig een vergunning als bedoeld in 9.6 van die bijlage heeft verstrekt en de vergunninghouder voldoet aan de voorwaarden, bedoeld in onderdelen 9.4, 9.5, 9.7 en 9.9 tot en met 9.11, met dien verstande dat in onderdeel 9.6 ‘vanaf 1 oktober 2009’ vervalt.

• 3. De minister kan een onbeheerd vistuig op zee verwijderen in de gevallen, bedoeld in onderdeel 9.8 van bijlage III van verordening nr. 43/2009.

• 4. Het is verboden in strijd te handelen met onderdeel 1.5 van het aanhangsel van bijlage I van de verordening inzake vangstmogelijkheden.

E

Artikel 7e komt te luiden:

Artikel 7e

• 1. Het is verboden te vissen met de typen vistuigen, bedoeld in onderdeel 1 van bijlage IIb en IId van de verordening inzake vangstmogelijkheden, in de gebieden, bedoeld in onderdeel 1 van deze bijlagen.

• 2. Het is verboden te vissen met de typen vistuigen, bedoeld in onderdeel 2 van bijlage IIc van de verordening inzake vangstmogelijkheden, in de gebieden, bedoeld in onderdeel 1 van deze bijlage.

F

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘onderdeel 3.1 van de verordening inzake vangstmogelijkheden’ vervangen door ‘onderdeel 3.1 van bijlage III van verordening nr. 43/2009’ en wordt ‘onderdeel 3.2 van die verordening’ vervangen door: onderdeel 3.2 van bijlage III van die verordening.

2. Na het tweede lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

• 3. De minister rangschikt de aanvragen tot toestemmingverlening, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, in volgorde van ontvangst, waarbij aanvragen met dezelfde ontvangstdatum worden gerangschikt door loting voor zover op die datum het maximum aantal boomkotters met boomkor met elektrische stroom, bedoeld in onderdeel 3.2 van bijlage III van verordening nr. 43/2009, wordt overschreden.

G

Artikel 12d wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘artikel 4, onderdeel p, van de verordening inzake vangstmogelijkheden’ vervangen door: artikel 4, onderdeel m, van de verordening inzake vangstmogelijkheden.

2. In het tweede lid wordt ‘2007’ vervangen door: 2007, 2008 of 2009.

H

Artikel 12g wordt als volgt gewijzigd:

1. In het vijfde lid wordt ‘2009’ vervangen door: 2010.

2. In het zesde lid wordt ‘de verordening van 18 december 2008 van de Raad tot vaststelling, voor 2009 en 2010, van de vangstmogelijkheden voor vaartuigen van de Gemeenschap voor bepaalde bestanden van diepzeevissen’ vervangen door: verordening (EG) nr. 1359/2008 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 28 november 2008 tot vaststelling, voor 2009 en 2010, van de vangstmogelijkheden voor vaartuigen van de Gemeenschap voor bepaalde bestanden van diepzeevissen (PbEU L 352).

3. Na het zesde lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

• 7. Het is verboden in strijd te handelen met artikel 9, eerste lid, van de verordening inzake vangstmogelijkheden.

I

Artikel 12j wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid vervalt.

2. Het derde tot en met zesde lid worden vernummerd tot tweede tot en met vijfde lid.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2010, nadat de regeling van de minister van 22 december 2009 houdende wijziging van enkele regelingen in verband met de bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij in werking is getreden, met uitzondering van artikel I, onderdeel E, dat in werking treedt met ingang van 1 februari 2010.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 18 december 2009

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

overeenkomstig het door de minister genomen besluit:

de Directeur-Generaal,

J.P. Hoogeveen.

TOELICHTING

Met de onderhavige wijziging van de Regeling technische maatregelen 2000 wordt uitvoering gegeven aan de verordening van 15 december 2009 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2010, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn (hierna: de verordening inzake vangstmogelijkheden). Dit is de jaarlijkse Europese verordening waarbij thans de maximaal toegestane vangstmogelijkheden voor 2010 worden vastgesteld.

Tevens wordt met de wijziging van de Regeling technische maatregelen 2000 uitvoering gegeven aan de verordening van de Raad van de Europese Unie van 20 november tot vaststelling van technische overgangsmaatregelen van 1 januari 2010 tot en met 30 juni 2011. In 2009 is onderhandeld over een nieuwe verordening inzake technische maatregelen, omdat de geldende Verordening (EG) nr. 850/98¹ herzien moet worden. In deze nieuwe verordening zouden ook de technische maatregelen uit de verordening inzake vangstmogelijkheden worden opgenomen. Op de Landbouw- en Visserijraad van november 2009 is het niet gelukt om overeenstemming te bereiken over een nieuwe verordening inzake technische maatregelen. Om te voorkomen dat een aantal technische maatregelen niet meer zouden gelden, heeft de Raad op 20 november 2009 een verordening vastgesteld, waarbij een aantal onderdelen van bijlage III van verordening (EG) nr. 43/2009² blijven gelden tot en met 30 juni 2011. Aan deze verordening is uitvoering gegeven in artikel 7d van de Regeling technische maatregelen 2000 (artikel I, onderdeel D).

Administratieve lasten

Onderhavige wijzigingsregeling bevat geen nieuwe informatieverplichtingen.

Afwijking Vaste Verandermomenten

De onderhavige regeling treedt op 1 januari 2010 in werking. De vaststelling van de hieraan ten grondslag liggende EU-regelgeving in de Europese Raad van 15 december 2009 brengt met zich dat niet voldaan kan worden aan de uitgangspunten van het systeem van Vaste Verandermomenten voor wat betreft het uitgangspunt dat de regelgeving minimaal drie maanden voorafgaande aan de inwerkingtreding wordt gepubliceerd, zoals neergelegd in mijn brief van 28 april 2008 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer³.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

overeenkomstig het door de minister genomen besluit:

de Directeur-Generaal,

J.P. Hoogeveen.

---

1 Verordening (EG) nr. 850/98 van de Raad van 30 maart 1998 voor de instandhouding van de visbestanden via technische maatregelen voor de bescherming van jonge exemplaren van mariene organismen (PbEU L 125).

2 (EG) nr. 43/2009 van 16 januari 2009 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 22).

3 Kamerstukken II 2007/08, 29515 en 31201, nr. 243.