Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 december 2009, IVV/I/09/27239, houdende regels inzake werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen Ziektewet (Regeling werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen ZW)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 63a, zevende lid, van de Ziektewet;

Besluit:

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. ZW:

Ziektewet;

b. UWV:

Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen.

Artikel 2. Toetsing voorstellen voor beslissingen

  • 1. De eigenrisicodrager legt een voorstel voor een beslissing aan het UWV voor.

  • 2. De eigenrisicodrager bereidt de beslissing op zorgvuldige wijze voor, waarbij het voorstel wordt gedragen door de onderliggende feiten.

  • 3. De eigenrisicodrager doet zijn voorstel voor een beslissing op een door het UWV daartoe beschikbaar gesteld formulier en stuurt zo spoedig mogelijk nadat hij redelijkerwijze had kunnen weten dat het UWV een beslissing moet nemen en via een beschikking bekend moet maken, dit formulier aan het UWV.

  • 4. Met het in het eerste lid bedoelde voorstel voor een beslissing worden alle op de zaak betrekking hebbende stukken meegezonden.

  • 5. Het UWV verzekert zich ervan dat de voorbereiding van de beslissing door de eigenrisicodrager op zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden en dat het voorstel wordt gedragen door de onderliggende feiten.

  • 6. Indien de eigenrisicodrager het voorstel naar het oordeel van het UWV niet of niet voldoende zorgvuldig heeft voorbereid, wordt de eigenrisicodrager in de gelegenheid gesteld dit verzuim te herstellen binnen een hem door het UWV gestelde termijn.

  • 7. Indien de eigenrisicodrager binnen de gestelde termijn het verzuim niet of niet voldoende heeft hersteld, verricht het UWV de werkzaamheden als bedoeld in artikel 63a, eerste lid, van de ZW, of onderdelen daarvan.

  • 8. Het UWV maakt de beschikking zo spoedig mogelijk bekend.

Artikel 3. Inrichting ziekteverzuimadministratie van eigenrisicodrager; controle op de uitvoering ZW door eigenrisicodrager

  • 1. De eigenrisicodrager richt zijn ziekteverzuimadministratie als volgt in:

    • a. registratie vindt plaats op persoonsniveau;

    • b. de eigenrisicodrager registreert ter zake van een persoon als bedoeld in artikel 29, tweede lid, onderdelen a, b en c, ZW die laatstelijk tot hem in dienstbetrekking stond:

      • 1°. sofinummer;

      • 2°. naam;

      • 3°. de periode van ongeschiktheid en een overzicht van eerdere perioden van ongeschiktheid;

      • 4°. motivering waarom het een persoon betreft als bedoeld in artikel 29, tweede lid, onderdelen a, b en c, ZW die laatstelijk tot hem in dienstbetrekking stond;

      • 5°. weigering van ZW-uitkering en de motivering daarvan;

      • 6°. hoogte van het dagloon en motivering van de totstandkoming daarvan;

      • 7°. hoogte van de brutodaguitkering ZW en motivering van de totstandkoming daarvan;

      • 8°. aanvang, duur en einde van het recht op ZW-uitkering en motivering van de totstandkoming daarvan;

      • 9°. de periode waarover ZW-uitkering is betaald; en

      • 10°. de periode waarover een voorschot is betaald.

  • 2. De eigenrisicodrager neemt ten aanzien van de verzuimadministratie, bedoeld in het eerste lid, de volgende bewaartermijnen in acht:

    • a. inzake het medisch dossier een termijn van tien jaar;

    • b. inzake de overige gegevens een termijn van vijf jaar.

      De termijnen vangen aan op 1 januari van het jaar volgend op het jaar waarin de laatste handeling aan het dossier heeft plaatsgevonden.

  • 3. Het UWV voert periodiek controle uit op de uitvoering van de ZW door de eigenrisicodrager. De eigenrisicodrager verschaft het UWV hiertoe toegang tot de benodigde gegevens.

  • 4. Indien de uitkomsten van de controle daartoe aanleiding geven, is het UWV bevoegd om de eigenrisicodrager ten behoeve van de door de eigenrisicodrager te verrichten werkzaamheden instructies te geven.

  • 5. Indien de eigenrisicodrager zich niet of niet voldoende aan de in het vierde lid bedoelde instructies houdt, is het UWV bevoegd te bepalen dat de eigenrisicodrager in afwijking van artikel 2 gedurende een door het UWV vastgestelde periode voorstellen voor beslissingen ingevolge de ZW, of onderdelen daarvan aan het UWV voorlegt.

  • 6. Gedurende de in het vijfde lid bedoelde periode legt de eigenrisicodrager een voorstel voor een beslissing voor aan het UWV op een door het UWV daartoe beschikbaar gesteld formulier.

  • 7. De eigenrisicodrager stuurt het in het zesde lid bedoelde formulier aan het UWV zo spoedig mogelijk nadat hem is gebleken dat een beslissing genomen moet worden.

  • 8. Met het in het zesde lid bedoelde voorstel voor een beslissing worden alle stukken meegezonden die relevant zijn voor het nemen van een beslissing, of onderdelen daarvan.

  • 9. Indien de eigenrisicodrager het voorstel naar het oordeel van het UWV niet of niet voldoende zorgvuldig heeft voorbereid, wordt de eigenrisicodrager in de gelegenheid gesteld dit verzuim te herstellen binnen een hem door het UWV gestelde termijn.

  • 10. Indien de eigenrisicodrager binnen de gestelde termijn het verzuim niet of niet voldoende heeft hersteld, verricht het UWV de werkzaamheden als bedoeld in artikel 63a, eerste lid, van de ZW, of onderdelen daarvan.

  • 11. Beslissingen als bedoeld in artikel 52c, eerste, tweede en vierde lid ZW deelt het UWV zo spoedig mogelijk aan de eigenrisicodrager mee.

  • 12. De overige beschikkingen maakt het UWV zo spoedig mogelijk bekend.

Artikel 4. Informatieverstrekking door eigenrisicodrager en UWV met betrekking tot te verrichten werkzaamheden

  • 1. De eigenrisicodrager verstrekt de gegevens die nodig zijn voor de uitvoering van de in artikel 63a, eerste lid, van de ZW genoemde werkzaamheden aan het UWV in de situatie dat het UWV werkzaamheden verricht voor de eigenrisicodrager.

  • 2. Indien een persoon als bedoeld in artikel 29, tweede lid, onderdelen a, b en c, ZW, die laatstelijk tot de eigenrisicodrager in dienstbetrekking stond, het UWV informatie heeft verstrekt ter nakoming van de verplichting, bedoeld in artikel 31, eerste lid, of artikel 49 van de ZW, deelt het UWV die informatie onverwijld mee aan de eigenrisicodrager met inachtneming van de derde afdeling, paragraaf 2, van de ZW.

Artikel 5. Informatieverstrekking door eigenrisicodrager aan het UWV

Indien de eigenrisicodrager het vermoeden heeft dat een persoon als bedoeld in artikel 29, tweede lid, onderdelen a, b en c, ZW, die laatstelijk tot hem in dienstbetrekking stond, de verplichting, bedoeld in artikel 31, eerste lid, of artikel 49 van de ZW, niet of niet behoorlijk is nagekomen, deelt hij dit onverwijld mee aan het UWV.

Artikel 6. Kosten werkzaamheden verricht door het UWV

  • 1. Indien het UWV werkzaamheden als bedoeld in artikel 63a, eerste lid, van de ZW verricht, brengt het UWV de eigenrisicodrager ter zake van deze werkzaamheden per persoon als bedoeld in artikel 29, tweede lid, onderdelen a, b en c, ZW die laatstelijk tot de eigenrisicodrager in dienstbetrekking stond en per genoemd onderdeel de volgende bedragen in rekening:

    • a. Beoordeling Recht Ziektewet € 45;

    • b. Beoordeling Hoogte Ziektewet € 70;

    • c. Beoordeling Duur Ziektewet € 22;

    • d. Informatieverzoek Ziektewet € 30;

    • e. Informatieverzoek Ziektewet inclusief gegevens eigenrisicodrager €36;

    • f. Beoordeling Maatregel Ziektewet € 38.

  • 2. Het UWV brengt ter zake van verhaal van ziekengeld door het UWV op grond van artikel 63a, derde en vijfde lid, van de ZW de eigenrisicodrager de feitelijk gemaakte kosten van buitengerechtelijke en gerechtelijke invordering in rekening.

  • 3. Indien het UWV naast het ziekengeld een bedrag aan wettelijke rente heeft betaald wegens het te laat betalen van ziekengeld, brengt het UWV ook de wettelijke rente in rekening bij de eigenrisicodrager.

Artikel 7. Schadevergoeding, griffierecht en proceskosten na onrechtmatig gebleken beschikking

  • 1. Indien blijkt dat een door het UWV genomen beschikking onrechtmatig is en op grond van een rechterlijke uitspraak een schadevergoeding verschuldigd is, betaalt het UWV de schadevergoeding.

  • 2. Indien de kosten, bedoeld in artikel 7:15, tweede lid, of artikel 8:75, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht of het griffierecht bedoeld in art. 8:74, van de Algemene wet bestuursrecht moeten worden vergoed, betaalt het UWV die vergoeding.

Artikel 8. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen ZW.

Artikel 9. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2010.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 22 december 2009

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J.P.H. Donner.

TOELICHTING

Algemeen

Met deze regeling wordt gebruikt gemaakt van de delegatiebevoegdheid, bedoeld in artikel 63a, zevende lid, van de Ziektewet (ZW). De in deze regeling opgenomen bepalingen zijn eerder door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) opgenomen in het Besluit werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen ZW. Met ingang van 1 januari 2007 is genoemde delegatiebevoegdheid overgegaan van het UWV naar de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, hetgeen reden is regels opnieuw vast te stellen.

In deze regeling wordt de inhoud van het Besluit werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen ZW van het UWV overgenomen. Enig verschil betreft artikel 6, eerste lid, waarin nieuwe tarieven, die het UWV in rekening brengt voor de werkzaamheden die zij op verzoek van de eigenrisicodrager ZW, zijn opgenomen. Deze tarieven kunnen jaarlijks worden aangepast. Sinds 2003 is dat echter niet gebeurd en heeft geen indexering plaatsgevonden. Daarom zijn in artikel 6 deze bedragen geactualiseerd. De nieuwe bedragen zijn door het UWV berekend op basis van een geactualiseerde normering van de bewerkingstijd per werkzaamheid en een door het UWV gehanteerd systeem voor kostprijsberekening.

Artikelsgewijs

Artikel 2. Toetsing voorstellen voor beslissingen

Dit artikel heeft betrekking op beschikkingen die door de eigenrisicodrager worden voorbereid en die door het UWV worden genomen en bekendgemaakt.

Artikel 63a, eerste lid, ZW regelt dat de eigenrisicodrager ZW werkzaamheden verricht ter voorbereiding van een beslissing inzake uitkeringen op grond van de ZW met uitzondering van boetebesluiten en besluiten op grond van bezwaar en beroep. Boetebesluiten en besluiten op grond van bezwaar en beroep worden door het UWV voorbereid en bekend gemaakt.

Rekening houdend met artikel 52c ZW behoeft niet in alle gevallen een beslissing die door de eigenrisicodrager wordt voorbereid door het UWV via een beschikking bekend gemaakt te worden. Dit geldt met name voor toekenning van ziekengeld en beëindiging van ziekengeld vanwege spontane werkhervatting. Voor de eigenrisicodrager betekent dit dat hij voor deze situaties geen voorstel voor een beslissing aan het UWV hoeft te doen. Hij kan in dat geval zelfstandig een beslissing op grond van de ZW nemen en hier ook uitvoering aan geven. Dit zijn de zogenaamde ‘gladde gevallen'.

In alle andere situaties, evenals wanneer de betrokkene daarom verzoekt, moet het UWV een beslissing via een beschikking bekendmaken en moet de eigenrisicodrager dus een voorstel voor een beslissing aan het UWV doen. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om de volgende situaties: weigering van ziekengeld, het toepassen van een maatregel op de uitkering, de (gewezen) werknemer is niet arbeidsongeschikt bevonden, de maximale Ziektewetduur is reeds bereikt, en op verzoek. Ingeval de werknemer op grond van artikel 52c, derde lid, ZW vraagt om bekendmaking gaat het om een heroverweging door het UWV van een reeds door de werkgever genomen beslissing. Het vorenstaande is geen limitatieve opsomming.

Het voorbereiden van beslissingen impliceert dat de eigenrisicodrager gegevens vergaart en beoordeelt die relevant zijn voor de uiteindelijk te nemen beslissing. Voor het voorstel voor een beslissing maakt de eigenrisicodrager gebruik van een door het UWV beschikbaar gesteld formulier. Het voorstel dient onderbouwd en vergezeld te zijn door op de zaak betrekking hebbende stukken. De eigenrisicodrager legt zijn voorstel voor een beslissing zo spoedig mogelijk nadat hij redelijkerwijs had kunnen weten dat het UWV een beslissing moet nemen en via een beschikking bekend maken voor aan het UWV. Hierbij wordt in het algemeen gedacht aan een termijn van uiterlijk drie werkdagen. In bijzondere gevallen, zoals voor de vaststelling van het dagloon, kan een langere periode noodzakelijk zijn.

Het bekendmaken van een beslissing door middel van een beschikking is geen taak van de eigenrisicodrager. Deze taak mag alleen door het UWV uitgevoerd worden. De eigenrisicodrager moet daarom na zijn voorbereidende werkzaamheden een voorstel voor een beslissing aan het UWV doen. Na toetsing van dit voorstel, maakt het UWV zijn beslissing via een beschikking bekend, ook indien de beslissing van het UWV afwijkt van het voorstel voor een beslissing van de eigenrisicodrager. De eigenrisicodrager mag pas na het bekendmaken van de beschikking daaraan uitvoering geven.

Het UWV voert slechts een marginale toets uit op het voorstel van de eigenrisicodrager. Marginale toetsing wil zeggen dat beoordeeld wordt of het voorstel op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen en of het voorstel gedragen kan worden door de feiten en omstandigheden die de eigenrisicodrager heeft aangedragen. Het UWV toetst alleen dát aspect op grond waarvan een beslissing via een beschikking bekend gemaakt moet worden. Bijvoorbeeld: de eigenrisicodrager doet een voorstel voor het opleggen van een maatregel. Het UWV betrekt in haar toetsing uitsluitend de voor die maatregel van belang zijnde aspecten. Alle overige aspecten die te maken hebben met recht/hoogte/duur van de uitkering, worden hierbij niet betrokken. Dergelijke aspecten komen in een periodieke toetsing van het functioneren van de eigenrisicodrager aan de orde (artikel 3).

Indien de eigenrisicodrager het voorstel voor een beslissing niet of niet voldoende zorgvuldig heeft voorbereid, zal het UWV hem eenmaal een termijn geven om een en ander te herstellen. Bij uitblijven hiervan verricht het UWV (een deel van) de werkzaamheden (conform artikel 63a, vijfde lid, ZW).

Voor het bekendmaken van de beschikking hanteert het UWV de wettelijke beslistermijnen.

Artikel 3. Inrichting ziekteverzuimadministratie van eigenrisicodrager; controle op de uitvoering ZW door eigenrisicodrager

Om op een verantwoorde wijze invulling te kunnen geven aan zijn verantwoordelijkheid, voert het UWV een periodieke controle uit op de uitvoering ZW door de eigenrisicodrager. Alle ziektegevallen van werknemers die onder het eigen risico vallen, dus ook de `gladde' gevallen en de gevallen waarin reeds een marginale toets is uitgevoerd, kunnen in deze controle worden betrokken. Het betreft een volledige controle op de uitvoering van de ZW door de eigenrisicodrager. De frequentie waarin en het aantal gevallen waarnaar onderzoek zal worden verricht is afhankelijk van de individuele eigenrisicodrager.

Teneinde het UWV de mogelijkheid te geven om ziektegevallen te kunnen controleren dient de eigenrisicodrager zijn ziekteverzuimadministratie zodanig in te richten dat het UWV hieruit per werknemer en per periode van ongeschiktheid kan afleiden wat het recht, de hoogte en de duur van het ziekengeld is. Geregistreerd dient onder meer te zijn het volledige recht, de hoogte en de duur. Binnen deze registratie dient de geldstroom duidelijk herleidbaar te zijn. Met het oog op dit laatste moet uit de administratie o.a. per periode van ongeschiktheid blijken: het dagloon, de bruto daguitkering, over welke periode betaald is. Verder dient van een werknemer het hele ziekteverloop vermeld te worden (dus ook eerdere perioden van ongeschiktheid). De eigenrisicodrager heeft een zorgplicht dat hij of de arbodienst de medische dossiers goed administreert.

De hiervoor genoemde registratie mag elektronisch zijn.

Wel dient de eigenrisicodrager de door het UWV vastgestelde bewaartermijnen in acht te nemen.

Het UWV voert de periodieke controle uit aan de hand van een checklist.

Indien controle daartoe aanleiding geeft, kan het UWV de eigenrisicodrager instructies geven met betrekking tot de door hem te verrichten werkzaamheden. Als hij zich niet of niet voldoende aan de instructies houdt, kan het UWV bepalen dat de eigenrisicodrager naar gelang de aard van het verzuim, gedurende een door het UWV vastgestelde periode, voorstellen voor beslissingen ingevolge de ZW aan het UWV moet voorleggen. Naar gelang de aard van het verzuim kan het gaan om een of meerdere specifieke onderdelen van de te nemen beslissingen ingevolge de ZW of gehele beslissingen. Voor het voorstel voor een beslissing maakt de eigenrisicodrager gebruik van een door het UWV beschikbaar gesteld formulier. De eigenrisicodrager stuurt dit voorstel aan het UWV zo spoedig mogelijk nadat hem is gebleken dat een beslissing genomen moet worden.

Met het voorstel voor een beslissing worden alle stukken meegezonden die relevant zijn voor de beoordeling van het aspect dan wel de aspecten op grond waarvan de eigenrisicodrager het voorstel voor een beslissing aan het UWV moet voorleggen.

Evenals bij de regeling in artikel 2 geldt dat de eigenrisicodrager eenmaal een periode krijgt om een eventueel verzuim te herstellen. Is na deze termijn het verzuim niet of niet voldoende hersteld, dan verricht het UWV de bedoelde werkzaamheden.

Voor de gevallen waarin op grond van artikel 52c ZW het UWV een beslissing niet via een beschikking bekend hoeft te maken, deelt het UWV de beslissing zo spoedig mogelijk mee aan de eigenrisicodrager. In de overige gevallen maakt het UWV zijn beslissing zo spoedig mogelijk via een beschikking bekend.

Artikel 4. Informatieverstrekking door eigenrisicodrager en UWV met betrekking tot te verrichten werkzaamheden

In het eerste lid is geregeld dat de eigenrisicodrager de gegevens die het UWV nodig heeft voor het verrichten van zijn werkzaamheden voor de eigenrisicodrager aan het UWV verstrekt.

Op grond van artikel 31, eerste lid, ZW moet de (gewezen) werknemer aan het UWV melden dat hij loon, inkomsten uit arbeid anders dan in dienstbetrekking, of ouderdomspensioen ontvangt. Artikel 49 ZW bevat de algemene mededelingsplicht voor de werknemer aan het UWV.

Het kan voorkomen dat de werknemer deze informatie niet aan de eigenrisicodrager verstrekt heeft, maar wel aan het UWV. In het tweede lid is daarom geregeld dat het UWV deze informatie onverwijld aan de eigenrisicodrager verstrekt. Het UWV neemt hierbij de derde afdeling, paragraaf 2 van de ZW in acht.

Artikel 5. Informatieverstrekking door eigenrisicodrager aan het UWV

In dit artikel is een regeling opgenomen voor de situatie dat er sprake is van een vermoeden van een overtreding van de mededelingsverplichting zoals bedoeld in artikel 31, eerste lid, en artikel 49 ZW en er dientengevolge mogelijk een boetebesluit o.g.v. artikel 45a ZW aan de orde is. Het UWV bereidt het boetebesluit voor en zal het ook moeten nemen. Op grond van artikel 31, eerste lid, ZW moet de (gewezen) werknemer aan het UWV melden dat hij loon, inkomsten uit arbeid anders dan in dienstbetrekking of ouderdomspensioen ontvangt. Artikel 49 ZW bevat de algemene mededelingsplicht voor de werknemer aan het UWV.

Voor het geval dat de (gewezen) werknemer deze verplichting niet nakomt is hier voorzien in een bepaling waarin is geregeld dat de eigenrisicodrager het UWV zo snel mogelijk moet informeren als hij een vermoeden van een overtreding van de eerder genoemde mededelingsplicht door de werknemer heeft.

Artikel 6. Kosten werkzaamheden verricht door het UWV

Dit artikel bepaalt de kosten die de eigenrisicodrager in rekening worden gebracht.

De werkzaamheden bedoeld in het eerste lid hebben betrekking op de gevalsbehandeling en kunnen per onderdeel per (gewezen) werknemer door het UWV verricht worden. Dit geldt ook voor de situatie dat het UWV de werkzaamheden verricht, omdat de eigenrisicodrager deze werkzaamheden niet, niet voldoende of niet juist heeft verricht, zowel met betrekking tot artikel 2, zevende lid als artikel 3, tiende lid.

Het kan gaan om één specifiek onderdeel (bijvoorbeeld de dagloonvaststelling) maar ook om het totaal aan werkzaamheden. Het kan bovendien om een (gewezen) werknemer, meerdere (gewezen) werknemers of alle betreffende (gewezen) werknemers van de eigenrisicodrager gaan.

Het UWV brengt de eigenrisicodrager daarvoor de kosten in rekening. Het bedrag dat in rekening wordt gebracht is per (gewezen) werknemer en per onderdeel op basis van voorcalculatie.

Bij het onderdeel Beoordeling Recht Ziektewet moet met name gedacht worden aan het vaststellen van de verzekeringsplicht. Beoordeling Hoogte Ziektewet omvat de berekening van het dagloon en van de bruto daguitkering ZW, waarbij o.a. rekening wordt gehouden met samenloop en voorschotbepalingen. Bij Beoordeling Duur Ziektewet gaat het om de vaststelling van de duur van de ZW-uitkering. Informatieverzoek Ziektewet omvat het leveren van aanvullende informatie die van belang is bij de vaststelling van recht, hoogte en duur van de ZW-uitkering. Het gaat hierbij om gegevens waarover de eigenrisicodrager niet kan beschikken en die UWV al dan niet zelf ter beschikking heeft.

‘Informatieverzoek Ziektewet inclusief gegevens eigenrisicodrager’ betreft een aanvulling op het ‘Informatieverzoek Ziektewet’. Dit nieuwe informatieverzoek omvat dezelfde gegevens als het ‘Informatieverzoek Ziektewet’, maar bevat bovendien ook de loongegevens van de laatste werkgever, dus de gegevens van de eigenrisicodrager.

Alle onderdelen Beoordeling bevatten ook de voorbereidende werkzaamheden met betrekking tot de beoordeling.

Bij Beoordeling Maatregel Ziektewet gaat het om toetsen door het UWV van bepalingen m.b.t. het al dan niet opleggen van een maatregel.

De genoemde bedragen zijn berekend op basis van ingeschatte bewerkingstijden per onderdeel. Deze zijn ingeschat met behulp van interviews met uitvoeringsdeskundigen.

Bij het eigenrisicodragen hoort de verplichting dat de eigenrisicodrager zelf de ZW-uitkeringen betaalt. Indien hij dit niet doet, betaalt het UWV deze uitkering en verhaalt hij de uitkering conform artikel 63a, derde lid, ZW op de eigenrisicodrager.

Het UWV brengt ook de feitelijk gemaakte kosten die voortvloeien uit het overnemen van de betaling van het ziekengeld bij de eigenrisicodrager in rekening op grond van artikel 63a, derde en vijfde lid, ZW.

Tot de kosten van buitengerechtelijke invordering behoren het door het UWV al dan niet periodiek betalen van het ziekengeld aan de werknemer en het verhalen daarvan op de eigenrisicodrager. Tevens vallen hieronder de kosten van bijvoorbeeld het inschakelen van een incassobureau.

Onder de gerechtelijke kosten vallen met name proceskosten, zoals de kosten van dagvaarding, betekenen en deurwaarder.

Tot de in rekening te brengen kosten behoort ook wettelijke rente, indien het UWV deze aan de werknemer heeft betaald.

Artikel 7. Schadevergoeding, griffierecht en proceskosten na onrechtmatig gebleken beschikking

Indien in bezwaar of (hoger) beroep blijkt dat de door het UWV genomen beschikking onrechtmatig is, is in het eerste lid geregeld dat het UWV de schadevergoeding betaalt.

De bepaling in het tweede lid houdt in dat het UWV altijd de in dit lid genoemde proceskosten en het griffierecht betaalt.

De genoemde kosten zijn dus niet voor rekening van de eigenrisicodrager.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J.P.H. Donner.

Naar boven