Samenwerkingsconvenant tussen de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) en de Arbeidsinspectie (AI)

Inleiding

De Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) en de directie Arbeidsmarktfraude van de Arbeidsinspectie (AI) werken samen bij de handhaving op het terrein van arbeidsvoorwaarden in de postsector. Met dit convenant willen zij binnen de voor elk der partijen geldende juridische kaders hun onderlinge samenwerking formaliseren en optimaliseren ten einde de rechtshandhaving doeltreffender en doelmatiger te maken.

De OPTA is o.a. belast met het toezicht op de naleving van de Postwet 2009 en de daarop gebaseerde regelgeving. Voor dit protocol is de rol van OPTA bij het ‘Tijdelijk besluit arbeidsovereenkomst post’ van belang. Op grond van dit besluit zijn postvervoerbedrijven verplicht om met alle postbezorgers een arbeidsovereenkomst te sluiten. Postvervoerbedrijven hoeven niet aan deze verplichting te voldoen als zij gebonden zijn aan een collectieve arbeidsovereenkomst die voldoet aan de inhoudelijke eisen uit het tijdelijk besluit. Het toezicht houdt in dat OPTA desgevraagd kan bezien of een postvervoerbedrijf een collectieve arbeidsovereenkomst heeft afgesloten die voldoet aan de eisen van het tijdelijk besluit. Indien een dergelijk verzoek wordt gedaan, zal de expertise van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hierbij worden ingeschakeld. Daartoe wordt dit samenwerkingsconvenant gesloten tussen OPTA en AI. AI is o.a. belast met handhaving van de Wet arbeid vreemdelingen en de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag.

Partijen

Het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA), namens deze, de voorzitter van het college; en

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, handelend als bestuursorgaan, namens deze, de Directeur Generaal Uitvoering, Handhaving en Bedrijfsvoering;

Overwegende:

Dat OPTA, handelend als bestuursorgaan, onder meer is belast met de uitvoering en de handhaving van de Telecommunicatiewet en de Postwet 2009.

Dat de AI, een inspectiedienst van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, onder meer is belast met de handhaving van de Wet arbeid vreemdelingen en de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag;

Dat samenwerking tussen OPTA en AI bijdraagt aan het realiseren van hun taken en het rendement van hun afzonderlijke en gezamenlijke activiteiten verhoogt;

Komen als volgt overeen:

Artikel 1 Definities

OPTA:

Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit

AI:

Arbeidsinspectie, directie Arbeidsmarktfraude

WML:

Wet minimumloon en minimum vakantiebijslag

Pw:

Postwet 2009

AMvB:

Tijdelijk besluit arbeidsovereenkomst post1

cao:

Collectieve arbeidsovereenkomst

Groeimodel:

De progressieve percentages als opgenomen in artikel 2 lid 2 AMvB

Postvervoerbedrijf:

Een postvervoerbedrijf als bedoeld in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Postwet 2009

Artikel 2 Reikwijdte

Partijen hebben bij de uitvoering van hun taken gescheiden bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Dit Samenwerkingsconvenant heeft betrekking op:

  • a. de uitwisseling van informatie, zoals beschreven in artikel 5;

  • b. de uitwisseling van signalen, zoals beschreven in artikel 5;

  • c. de operationele samenwerking bij handhavingactiviteiten, zoals beschreven in artikel 6.

Artikel 3 Doelstellingen

Doelstelling

De samenwerking heeft voor OPTA en AI tot doel dat door samenwerking beiden effectiever zijn in de uitoefening van hun taken en bevoegdheden. Voor OPTA is dit, voor zover relevant voor dit Samenwerkingsconvenant, op het terrein van arbeidsvoorwaarden in de postsector in het kader van de AMvB en voor AI is dit op het terrein van de arbeidsvoorwaarden in de postsector in het kader van de WML.

De effectiviteit wordt vergroot door:

  • Kennisuitwisseling

  • Gegevensuitwisseling

  • Daar waar nodig samenwerken bij inspecties.

OPTA zal zich hierbij richten op de naleving van de AMvB en AI zal zich hierbij richten op de naleving van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (door een postvervoerbedrijf). Gedurende de looptijd van dit samenwerkingsconvenant zal er, met betrekking tot de arbeidsvoorwaarden in de postsector, samenwerking tussen OPTA en AI plaatsvinden waarbij beiden ieder hun eigen methodiek van controles zullen toepassen.

Partijen zullen de wederzijds verkregen en verstrekte informatie uitsluitend gebruiken voor de ondersteuning en uitoefening van hun taken.

Artikel 4 Toezicht

Artikel 4.1 Toezicht op het ‘Tijdelijk besluit arbeidsovereenkomst post’

In het kader van de AMvB heeft OPTA tot taak te controleren of postvervoerbedrijven uitsluitend postvervoer doen verrichten door postverspreiders. Deze eis geldt niet ten aanzien van postvervoerbedrijven die gebonden zijn aan een cao waarin een groeimodel is opgenomen2. Met betrekking tot deze taak gaat OPTA uit van het volgende handhavings-stappenplan:

  • 1. OPTA dient vast te stellen of er sprake is van gebondenheid van het postvervoerbedrijf aan een geldige cao3;

  • 2. Indien een postvervoerbedrijf is gebonden aan een geldige cao dan dient OPTA vast te stellen of de betreffende cao inhoudelijk voldoet aan de eisen van de AMvB4;

  • 3. Indien een postvervoerbedrijf niet is gebonden aan een geldige cao dan dient OPTA vast te stellen of een postvervoerbedrijf een arbeidsovereenkomst heeft afgesloten met een ieder die voor het postvervoerbedrijf brieven of geadresseerde tijdschriften en dagbladen sorteert of op afzonderlijke adressen aflevert;

Bovenstaand stappenplan zal OPTA doorlopen op het moment dat OPTA signalen binnenkrijgt dat een postvervoerbedrijf zich niet houdt aan de gestelde eisen in de AMvB.

Indien een postvervoerbedrijf niet is aangesloten bij een rechtsgeldige cao en bovendien niet voldoet aan de in de AMvB gestelde eis dat een postvervoerbedrijf een arbeidsovereenkomst moet hebben afgesloten met een ieder die voor het postvervoerbedrijf brieven of geadresseerde tijdschriften en dagbladen sorteert of op afzonderlijke adressen aflevert, dan kan OPTA, na onderzoek, besluiten tot handhaving.

Hierbij geldt dat OPTA, om vast te kunnen stellen of een cao rechtsgeldig is en om vast te kunnen stellen of er sprake is van een arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 BW, de expertise kan inroepen van AI.

Als de OPTA na onderzoek concludeert dat een postvervoerbedrijf zich niet houdt aan de gestelde eisen in de AMvB zal de OPTA het betreffende postvervoerbedrijf een schriftelijke waarschuwing sturen en een termijn stellen om de overtreding te beëindigen.

Indien na controle de overtreding nog altijd niet is beëindigd kan OPTA overgaan tot het nemen van maatregelen conform het boetebeleid zoals neergelegd in de Postwet 2009.

Artikel 4.2 Toezicht op de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag

De AI heeft tot taak de naleving van de WML te controleren. In de uitoefening van deze taak bij postvervoerbedrijven zal de AI:

  • 1. Vaststellen wie de werkgever is en welke werknemers in dienstbetrekking staan tot deze werkgever;

  • 2. Vaststellen of de werkgever ten aanzien van deze werknemers voldoet aan zijn verplichtingen in het kader van de WML.

Indien deze verplichtingen niet of niet volledig worden nagekomen, zal de AI conform de beleidsregels bestuurlijke handhaving Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag5 maatregelen nemen. De AI zal in ieder geval in het eerste kalenderjaar na inwerkingtreding van de AMvB actief toezicht houden op de naleving van de WML in de postsector. Tevens zal de AI gedurende de gehele looptijd van het Samenwerkingsconvenant handhavend optreden als reactie op signalen en klachten, dat een postvervoerbedrijf zich niet houdt aan het gestelde in de WML.

Artikel  5 Uitwisseling informatie en signalen

Partijen zullen, bij de samenwerking in het kader van dit convenant, binnen de voor elk der partijen geldende juridische kaders, de mogelijkheden voor het uitwisselen van signalen en informatie ten aanzien van de postvervoerbedrijven maximaal benutten.

Partijen wisselen, binnen de voor hen geldende wettelijke kaders en uitvoeringsvoorschriften, tenminste het volgende uit:

  • Signalen over een mogelijke overtreding van de AMvB en/of de WML die zij in de uitvoering van hun taak ontvangen of waarnemen;

  • Relevante informatie ten behoeve van lopende en/of op te starten onderzoeken ;

  • Relevante informatie met betrekking tot cao’s, zoals beschreven in artikel 4.1;

  • Relevante informatie met betrekking tot wijzigingen in wet- en regelgeving.

Indien nodig maken partijen aanvullend operationele afspraken over de wijze waarop zij informatie en kennis uitwisselen, fraudesignalen doorgeven en elkaar ondersteuning bieden ten behoeve van de handhavingsactiviteiten.

Artikel 6 Operationele samenwerking

Partijen zullen elkaar bij de operationele uitvoering van het toezicht op de AMvB, binnen de voor elk der partijen geldende juridische kaders, maximaal ondersteunen. Dit houdt in dat partijen elkaars expertise, indien nodig, kunnen inroepen. Zie in dit kader ook artikel 4.

Artikel 7 Bevoegdheden medewerkers bij de operationele samenwerking

  • 1. Medewerkers worden uitsluitend ingezet voor werkzaamheden waartoe zij op grond van hun aanstelling bevoegd zijn;

  • 2. Medewerkers verrichten hun werkzaamheden in overeenstemming met de bij hun dienst geldende uitgangspunten en voorschriften;

  • 3. Medewerkers worden ingezet voor zover de eigen dienst daarvoor capaciteit beschikbaar heeft. Uitgangspunt is dat partijen capaciteit beschikbaar stellen.

Artikel 8 Kostenverrekening

Partijen nemen de kosten van de in dit convenant geregelde samenwerking voor eigen rekening.

Artikel 9 Inwerkingtreding, looptijd, beëindiging en evaluatie

  • 1. Dit Samenwerkingsconvenant wordt aangegaan voor de periode van 1 januari 2010 tot 1 april 2013 en treedt in werking met ingang van de dag waarop het door alle betrokken partijen is ondertekend;

  • 2. Het samenwerkingsconvenant blijft na 1 april 2013 nog gelden voor de afronding van reeds lopende zaken;

  • 3. Indien partijen dit noodzakelijk achten, vindt jaarlijks in de maand december een evaluatie van de samenwerking plaats, waarbij verbeteringen voor samenwerking ter sprake kunnen komen. Van deze evaluatie wordt voor 17 december een beknopte rapportage opgesteld;

  • 4. Indien de evaluatie daartoe aanleiding geeft wordt het Samenwerkingsconvenant dienovereenkomstig gewijzigd.

Artikel 10 Afdwingbaarheid

Dit Samenwerkingsconvenant is niet in rechte afdwingbaar.

Artikel 11 Wijziging

  • 1. Elke partij kan de andere partij schriftelijk verzoeken het convenant te wijzigen. De wijziging behoeft de schriftelijke instemming van alle partijen bij het convenant.

  • 2. De wijziging en de verklaring tot instemming worden in afschrift als bijlage aan het convenant gehecht.

  • 3. De wijziging wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

Artikel 12 Publicatie

Binnen 4 weken na ondertekening van het convenant wordt de tekst daarvan gepubliceerd in de Staatscourant.

Artikel 13 Slotbepaling

Dit convenant kan worden aangehaald als: ‘Samenwerkingsconvenant OPTA - AI’.

Aldus op de laatste van de twee hierna genoemde data overeengekomen en in tweevoud ondertekend,

Den Haag, 17 december 2009

Namens het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit:

C.A. Fonteijn,

voorzitter van het college.

Namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid:

J.A. van den Bos,

Directeur-Generaal Uitvoering, Handhaving en Bedrijfsvoering.

BIJLAGE A. OVERZICHT CONTACTPERSONEN ARBEIDSINSPECTIE

Directie Arbeidsmarktfraude:

Paul van Dun, telefoon 070-3336801, email: pvdun@minszw.nl

Annet Wubben, telefoon 070-3336803, email: awubben@minszw.nl

Overzicht contactpersonen OPTA

Afdeling Markten

Peter Boezaard, telefoon 070-3153580, email: p.boezaard@opta.nl

Gábor Szakály, telefoon 070-3153516, email: G.Szakaly@opta.nl


XNoot
1

Algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 8 van de Postwet 2009. Stb. 2009, nr. 418.

XNoot
2

Zie in dit kader artikel 2 van de AMvB.

XNoot
3

Gebondenheid aan een cao kan tot stand komen via: 1) lidmaatschap bij een werkgeversvereniging met een bedrijfstak-cao (of via het hebben van een eigen bedrijfs-cao); 2) een incorporatiebeding in de individuele overeenkomsten tussen werkgever en postbezorgers, waardoor de desbetreffende cao op die relatie van toepassing wordt; 3) een cao die algemeen verbindend is verklaard op grond van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten.

XNoot
4

Vanwege het civielrechtelijke karakter van een cao geldt dat de controle op en de naleving van de cao zelf een zaak is tussen de cao-partijen onderling.

XNoot
5

Zie in dit kader StCrt 2007, nr. 84.

Naar boven