Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 2 december 2009, nr. 2009-0000678530 tot wijziging van de Reisregeling binnenland en de Verplaatsingskostenregeling 1989 in verband met de indexering van in die regelingen genoemde bedragen voor 2010

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 13, eerste lid, van het Reisbesluit binnenland en artikel 12bb van het Verplaatsingskostenbesluit 1989;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 5, eerste lid, van de Reisregeling binnenland wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt ‘€ 3,98’ vervangen door: ‘€ 4,15’ en wordt ‘€ 11,90’ vervangen door: € 12,41.

2. In onderdeel a wordt ‘€ 12,56’ vervangen door: € 12,94.

3. In onderdeel b wordt ‘€ 19,00’ vervangen door: € 19,57.

4. In onderdeel c wordt ‘€ 75,67’ vervangen door: € 83,01.

5. In onderdeel d wordt ‘€ 7,39’ vervangen door: € 8,11.

ARTIKEL II

De Verplaatsingskostenregeling 1989 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 315,82’ vervangen door: € 328,15

2. In het tweede lid wordt ‘€ 17,71’ vervangen door: € 18,40

B

Artikel 13, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 47,44’ vervangen door: € 49,29

2. In onderdeel b wordt ‘€ 2,66’ vervangen door: € 2,76

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2010.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst.

TOELICHTING

A. Algemeen

De vergoedingsbedragen bij dienstreizen voor logies, ontbijt, lunch, diner, kleine uitgaven overdag en kleine uitgaven ’s avonds worden jaarlijks met ingang van 1 januari aangepast aan de ontwikkeling van de relevante onderdelen van de consumentenprijzen. De vanaf 1 januari 2010 geldende bedragen zijn vastgesteld op basis van de prijsontwikkeling over de periode november 2008 tot en met oktober 2009.

De tegemoetkomingen voor het met eigen vervoer reizen tussen de woning en de plaats van tewerkstelling worden jaarlijks met ingang van 1 januari aangepast aan de ontwikkeling van de prijzen van een OV jaarkaart 2^e klasse. Hierover zijn afspraken gemaakt met de Samenwerkende Centrales voor Overheidspersoneel bij het in 2008 bereikte akkoord over een nieuwe voorziening voor het woon-werkverkeer.

B. Artikelen

Artikel I

De bedragen voor de vergoeding van kleine uitgaven overdag en kleine uitgaven ‘s avonds worden geïndexeerd met 4,3%, de gemiddelde stijging van het totaal van de componenten ontbijt, lunch en diner.

De bedragen voor lunch en diner worden geïndexeerd met 3,0%, de gemiddelde wijziging van de consumentenprijsindexen voor restaurants, fastfood en afhaalservice en cafés.

De bedragen voor logies en ontbijt worden geïndexeerd met 9,7%, de wijziging van de consumentenprijsindex voor accommodaties.

Artikel II

Het maximumbedrag per maand van de tegemoetkoming per kilometer voor degene die de plaats van tewerkstelling niet of niet doelmatig per openbaar vervoer kan bereiken (artikel 12a Verplaatsingskostenbesluit 1989) en voor degene die de afstand tussen de woning en de plaats van tewerkstelling per fiets aflegt (artikel 12b, tweede lid, Verplaatsingskostenbesluit 1989) wordt vastgesteld op een twaalfde deel van de per 1 januari 2010 geldende grootverbruikcontractprijs van een OV jaarkaart 2e klasse. Deze grootverbruikcontractprijs bedraagt, op basis van de door de NS opgegeven prijs van een OV jaarkaart 2^e klasse, op 1 januari 2010 € 3937,77. De tegemoetkoming in gemaakte reiskosten bedraagt vanaf 1 januari 2010 aldus € 328,15.

Het maximumbedrag per maand van de tegemoetkoming per kilometer voor degene die de plaats van tewerkstelling met het openbaar vervoer kan bereiken, maar daarvan geen gebruik maakt (artikel 12b, eerste lid, Verplaatsingskostenbesluit) wordt geïndexeerd met 3,9%, de prijsstijging van een OV jaarkaart 2e klasse, en bedraagt per 1 januari 2010 € 49,29.

Voor degenen die niet regelmatig naar dezelfde plaats van tewerkstelling reizen (artikel 12, tweede lid, en artikel 13, eerste lid, onder b van de Verplaatsingskostenregeling 1989) is een maximale tegemoetkoming per dag van toepassing. De maximale bedragen per dag (€ 18,40 respectievelijk € 2,76) zijn het resultaat van de volgende berekening: Het maandbedrag ( € 328,15 respectievelijk € 49,29), vermenigvuldigd met twaalf (maanden) en gedeeld door 214 (het reguliere aantal reisdagen per jaar, zoals opgenomen in de formule in artikel 12 van de verplaatsingskostenregeling 1989).

De tegemoetkoming per kilometer (artikel 12, vijfde lid, onderdeel d en artikel 13, eerste lid, onderdeel c van de Verplaatsingskostenregeling 1989) blijft per 1 januari 2010 onveranderd gehandhaafd op 16 respectievelijk 5 eurocent per kilometer, aangezien het na indexering afgeronde bedrag niet wijzigt.

De hoge tegemoetkoming per kilometer wordt namelijk vastgesteld, door het niet afgeronde bedrag van 1 januari 2009 (15,81 eurocent) te indexeren met de prijsstijging van een OV jaarkaart 2e klasse van 3,9% en de uitkomst (16,43 eurocent) rekenkundig af te ronden op hele eurocenten (16 eurocent). De lage tegemoetkoming wordt vastgesteld, op een derde deel van de niet afgeronde hoge tegemoetkoming per kilometer, hetgeen resulteert in een bedrag van 5,48 eurocent, en wordt eveneens rekenkundig afgerond op hele eurocenten (5 eurocent).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst.