stcrt-2009-18258-001.png Gewijzigd vastgesteld bestemmingsplan ‘Buitengebied Ir. van Stuivenbergweg 21’

Burgemeester en wethouders van Beuningen maken op grond van artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening bekend dat de gemeenteraad op 6 oktober 2009 het bestemmingsplan ‘Buitengebied, Ir. van Stuivenbergweg 21’ gewijzigd heeft vastgesteld.

Het bestemmingsplan betreft een partiële herziening van het bestemmingsplan ‘Buitengebied’ t.b.v. een verschuiving van het bouwblok voor een burgerwoning aan de Ir. Van Stuivenbergweg 21 naar een perceel tussen nr. 23 en 25.

De volgende wijzingen zijn aangebracht ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan:

  • inhoud woning, max. 1000 m3

  • oppervlakte bijgebouwen, max. 120 m2

Op grond van de Wet ruimtelijke ordening is de gemeenteraad in bepaalde gevallen verplicht om bij de vaststelling van het bestemmingsplan een exploitatieplan vast te stellen. In dit geval heeft de gemeenteraad geen exploitatieplan vastgesteld, omdat het verhaal van de exploitatiekosten van de in het plan begrepen gronden anderszins verzekerd is.

Het besluit tot vaststelling en het bestemmingsplan liggen vanaf 3 december 2009 tot en met 14 januari 2010 voor eenieder ter inzage op de afdeling VROM in het gemeentehuis. U kunt de stukken elke werkdag tijdens de gebruikelijke openingstijden inzien of op afspraak buiten deze tijden. Op www.beuningen.nl. kunt u het plan ook digitaal inzien.

Tegen het besluit van de gemeenteraad kunnen belanghebbenden met ingang van 4 december 2009 gedurende een termijn van zes weken schriftelijk beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA ’s-Gravenhage. Geen beroep kan worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen zienswijze als bedoeld in artikel 3:15 van de Algemene wet bestuursrecht naar voren heeft gebracht. Wel bestaat de mogelijkheid voor een belanghebbende om beroep in te stellen tegen de genoemde wijzigingen.

Het besluit van de gemeenteraad treedt in werking daags na afloop van de beroepstermijn, tenzij gedurende deze termijn een verzoek om voorlopige voorziening bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is ingediend.

Naar boven