stcrt-2009-18200-001.png Openbare bekendmaking Agro & Food Cluster West-Brabant

Toelichting

De provincie Noord-Brabant heeft samen met de gemeenten Steenbergen en Halderberge, waterschap Brabantse Delta, Suiker Unie en Tuinbouwontwikkelingsmaatschappij een plan voor het Agro & Food Cluster (AFC) West-Brabant voorbereid. Dit plan maakt de ontwikkeling van een glastuinbouwvestigingsgebied van circa 200 ha (netto), een agro- en food gelieerd bedrijventerrein van 45 ha (netto) en autonome ontwikkeling van Suiker Unie in de nabijheid van de suikerfabriek te Dinteloord mogelijk. Met de ontwikkeling van het AFC worden de volgende doelstellingen bereikt:

  • Ten behoeve van het benutten van schaalvoordelen en het voorkomen van het dichtslibben van het landelijk gebied wordt glastuinbouw geconcentreerd (projectvestigingslocatie). Deze locatie kan mogelijk ook een rol spelen voor opvang van te verplaatsen glas uit kwetsbare gebieden.

  • Het bedrijventerrein is bedoeld voor een specifiek segment: bedrijven uit de bio-based economy, agro- en food gelieerde bedrijven, toeleveranciers en afnemers, utilities en dienstverleners, aanverwante recycling, logistiek en distributie, suikerfabriekgerelateerd, etc.

  • Het AFC geeft de suikerfabriek nieuwe mogelijkheden om ook in de toekomst een belangrijke bijdrage te leveren aan de regio. De komst van andere bedrijven en glastuinbouw maakt het mogelijk om in onderlinge samenwerking voordeel te bereiken met innovatie, duurzaamheid en kostenbewust opereren.

  • Kansen voor winstgevende symbiose zijn optimaal tussen Suiker Unie en projectvestiging glastuinbouw, tussen Suiker Unie en de te vestigen bedrijvigheid en/of tussen de te vestigen bedrijvigheid en de projectvestiging glastuinbouw.

  • De ontwikkeling van het AFC verandert het polderlandschap ingrijpend. Conform de ambities van ‘Mooi Brabant’ zet de provincie extra in op de realisering van een hoogwaardige beeldkwaliteit van het AFC.

Voor de uitvoering van dit plan is besluitvorming vereist op grond van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Het provinciaal inpassingsplan voorziet in wijziging van de bestemmingen in het gebied. Het exploitatieplan vloeit voort uit de verplichting om gekoppeld aan een ruimtelijk plan een exploitatieplan op te stellen. De provincie Noord-Brabant is verantwoordelijk voor de bestemmingswijziging en het daaraan gekoppelde exploitatieplan.

Ten behoeve van dit ruimtelijk plan is een verplichte milieueffectrapportageprocedure (m.e.r.-procedure) gevolgd. Een m.e.r.-procedure is bedoeld om de gevolgen van een voorgenomen activiteit voor het fysieke milieu zichtbaar te maken en te betrekken in de besluitvorming. Initiatiefnemers Suiker Unie en de Tuinbouwontwikkelingsmaatschappij zijn verantwoordelijk voor het MER. Voor een efficiënte voorbereiding van de besluitvorming zullen het MER en de ontwerpplannen gelijktijdig de inspraakprocedure doorlopen.

Voorafgaand aan het opstellen van het Inpassingsplan en het MER heeft de provincie in 2006 al een ‘locatiekeuzeonderzoek Glastuinbouw’ uitgevoerd. Hierbij zijn 4 locaties geselecteerd en onderling vergeleken. Dit locatiekeuzeonderzoek is vergezeld van een zogenaamde strategische milieubeoordeling (plan-MER). Uit dit onderzoek komt de locatie ‘Oud Prinslandse Polder’ duidelijk als voorkeurslocatie voor glastuinbouw naar voren. Het plan-MER is opgenomen in Deel C Ontwikkelingsprojecten West-Brabant van de Interimstructuurvisie Noord-Brabant Brabant in Ontwikkeling.

Besluiten

De Statencommissies Ruimte & Milieu en Economie, Mobiliteit & Grote Stedenbeleid hebben op 27 november 2009 besloten de volgende stukken vrij te geven ten behoeve van inspraak:

Milieueffectenrapportage

  • Besluit-MER Agro & Food Cluster West-Brabant.

Plannen

  • Ontwerp Provinciaal Inpassingsplan (Wro).

  • Ontwerp Exploitatieplan.

Inspraakprocedure

Bij de voorbereiding van de ontwerpplannen is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Ook kunnen zienswijzen worden ingebracht op het MER. Vanwege de Kerstvakantie heeft de provincie besloten de wettelijke termijn voor zienswijzen met twee weken te verlengen. Dat betekent in dit geval dat eenieder zienswijzen kan inbrengen gedurende een periode van acht weken na publicatie van deze bekendmaking.

Van 2 december 2009 tot en met 27 januari 2010 liggen deze stukken op werkdagen ter inzage op de volgende locaties:

  • Dorpshuis Dinteloord, Westvoorstraat 3, Dinteloord;

  • Dorpshuis Stampersgat, Havenstraat 4–6, Stampersgat.

  • Gemeentehuis Steenbergen, Buiten de Veste 1, Steenbergen;

  • Gemeentehuis Halderberge, Parklaan 15, Oudenbosch;

  • Gemeentehuis Moerdijk, Pastoor van Kessellaan 15, Zevenbergen;

  • Provincie Noord-Brabant (servicecentrum), Brabantlaan 1, ’s-Hertogenbosch;

Het ontwerpinpassingsplan, ontwerpexploitatieplan, besluit-MER en relevante bijbehorende stukken (zoals de Richtlijnen en de bijlagenrapporten) zijn tevens terug te vinden op de website van de Provincie, www.brabant.nl/afc.

Insprekers kunnen gedurende de termijn van terinzagelegging hun zienswijze over de ontwerpplannen en het MER bij voorkeur digitaal kenbaar maken. Vermeld bij uw zienswijze wel duidelijk op welk onderwerp uw zienswijze betrekking heeft. Digitale zienswijzen kunnen worden ingediend middels een zogenaamd e-formulier. Dit formulier is te vinden op www.brabant.nl/afc.

Daarnaast kunnen schriftelijke zienswijzen worden ingediend, gericht aan: Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant t.a.v. de heer ir. R. Kramps, Postbus 90151, 5200 MC ’s-Hertogenbosch. Mondelinge zienswijzen kunt u inbrengen op dinsdagavond 15 december 2009. Op deze avond vindt vanaf 20:00 uur een inspraak- en informatiebijeenkomst plaats in Het Veerhuis, Veerkensweg 22 in Oud-Gastel.

Wat gebeurt er met uw zienswijze

Indien u een zienswijze heeft ingediend ontvangt u een ontvangstbevestiging. Na afloop van de inzagetermijn worden alle zienswijzen en de reacties daarop gebundeld in een Nota van zienswijzen en beantwoording. Insprekers ontvangen een exemplaar van deze nota. In deze nota kunt u zien of uw zienswijzen aanleiding geven om de ontwerpplannen aan te passen. Vervolgens stellen Provinciale Staten de definitieve plannen vast. Hiervan wordt opnieuw een openbare kennisgeving gedaan. Hierin wordt ook aangegeven welke beroepsmogelijkheden er zijn.

Informatie

Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met projectleider de heer R. Kramps (073-680 83 57) of de m.e.r.-coördinator de heer J. van der Wijst (073-680 87 63).

’s-Hertogenbosch, november 2009

Naar boven