Uitvoeringsbesluit Subsidieregeling Noordelijke Innovatie Ondersteuningsfaciliteit 2010 (Uitvoeringsbesluit Niof 2010), Begrotingsjaar 2009

Ter uitvoering van deze regeling heeft het Dagelijks Bestuur van het SNN in haar vergadering van 27 oktober voor het begrotingsjaar 2009 tot het volgende besloten:

Artikel 1

Het subsidieplafond voor 20 november 2009 tot 31 december 2009 is: € 1.300.000,–.

Artikel 2

De ondernemingsactiviteiten als bedoeld in artikel 3, tweede lid, NIOF 2010 betreffen:

  • a. de volgende bij de activiteiten van de onderneming behorende code volgens de Standaardbedrijfsindeling van het Centraal Bureau voor de Statistiek van 2008 (SBI-code 2008):

    06.10 t/m 39.00

    41.20 t/m 45.19

    45.31

    45.40.1

    46.11 t/m 46.90

    47.91

    49.10 t/m 55.90

    58.11 t/m 63.12

    63.29

    69.10 t/m 69.20

    70.21 t/m 74.90

    78.10 t/m 81.29

    82.11 t/m 82.99

    85.51.1

    93.21.1

    93.29.1

    95.11 t/m 95.12

    96.01.1

    96.01.2

     
  • b. alle activiteiten van stuwende ondernemingen als gedefinieerd in de IPR 2009.

Artikel 3

  • 1. Het bedrag aan subsidiabele kosten dat per project minimaal vereist is zoals bedoeld in artikel 4, derde lid, NIOF 2010 bedraagt € 7.500,–. Het bedrag aan subsidiabele kosten waarvoor per project de subsidie maximaal kan worden verleend zoals bedoeld in artikel 4, derde lid, NIOF 2010 bedraagt € 100.000,–.

  • 2. Het bedrag aan subsidiabele kosten dat per deelnemer in het cluster minimaal vereist is zoals bedoeld in artikel 4, vierde lid, NIOF 2010 bedraagt € 7.500,–. Het bedrag aan subsidiabele kosten waarvoor de subsidie per deelnemer maximaal kan worden verleend zoals bedoeld in artikel 4, vierde lid, NIOF 2010 bedraagt € 200.000,–.

  • 3. De per kalenderjaar en per kostensoort ten hoogste aan een onderneming te verlenen subsidie zoals bedoeld in artikel 4, vijfde lid, NIOF 2010 bedraagt € 100.000,–.

  • 4. Het subsidiepercentage als bedoeld in artikel 4, zesde lid, NIOF 2010 bedraagt: 50% van de subsidiabele kosten voor het inschakelen van een deskundige voor een advies en voor het laten bouwen van een prototype en 35% van de subsidiabele materiaalkosten voor het bouwen van een prototype.

Artikel 4

  • 1. Het bedrag aan subsidiabele kosten dat per project minimaal vereist is zoals bedoeld in artikel 5, vijfde lid, NIOF 2010 bedraagt € 12.500,–. Het bedrag aan subsidiabele kosten waarvoor per project de subsidie maximaal kan worden verleend zoals bedoeld in artikel 5, vijfde lid, NIOF 2010 bedraagt € 250.000,–.

  • 2. De subsidiepercentages als bedoeld in artikel 5, zesde lid, NIOF 2010 zijn voor

    • a. een kleine onderneming: 20% van de subsidiabele kosten en

    • b. voor middelgrote ondernemingen: 10% van de subsidiabele kosten.

  • 3. Onder een kleine onderneming wordt verstaan een kleine onderneming als bedoeld in de aanbeveling 2003/361/EG van de Europese Commissie van 6 mei 2003, betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen. Op grond van artikel 2 lid 2 van deze aanbeveling (2003/361/EG) wordt onder een kleine onderneming verstaan een onderneming waar minder dan 50 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet of het jaarlijks balanstotaal € 10.000.000,– niet overschrijdt. Indien de onderneming voor 25% of meer in eigendom is van een of meer andere ondernemingen tellen deze ondernemingen voor de berekening van het aantal personen, de omzet en het balanstotaal geheel of gedeeltelijk mee.

  • 4. Onder een middelgrote onderneming wordt verstaan een middelgrote onderneming als bedoeld in de aanbeveling 2003/361/EG van de Europese Commissie van 6 mei 2003, betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen. Op grond van artikel 2 lid 3 van deze aanbeveling (2003/361/EG) wordt onder een middelgrote onderneming verstaan een onderneming waar minder dan 250 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet € 50.000.000,– of het jaarlijks balanstotaal € 43.000.000,– niet overschrijdt. Indien de onderneming voor 25% of meer in eigendom is van een of meer andere ondernemingen tellen deze ondernemingen voor de berekening van het aantal personen, de omzet en het balanstotaal geheel of gedeeltelijk mee.

  • 5. Indien de aanbeveling van de Europese commissie wijzigt, verandert de definitie van onderneming in de regeling overeenkomstig.

Artikel 5

  • 1. Het bedrag aan subsidiabele kosten dat per project minimaal vereist is zoals bedoeld in artikel 6, zesde lid, NIOF 2010 bedraagt € 14.500,–. Het bedrag aan subsidiabele kosten waarvoor per project de subsidie maximaal kan worden verleend zoals bedoeld in artikel 6, zesde lid, NIOF 2010 bedraagt € 50.000,–.

  • 2. Het subsidiepercentage als bedoeld in artikel 6, zevende lid, NIOF 2010 bedraagt: 35% van de subsidiabele kosten.

Artikel 6

  • 1. Het bedrag aan subsidiabele kosten dat per project minimaal vereist is zoals bedoeld in artikel 7, vierde lid, NIOF 2010 bedraagt € 2.500,–. Het bedrag aan subsidiabele kosten waarvoor per project de subsidie maximaal kan worden verleend zoals bedoeld in artikel 7, vierde lid, NIOF 2010 bedraagt € 20.000,–.

  • 2. Het subsidiepercentage als bedoeld in artikel 7, vijfde lid, NIOF 2010 bedraagt: 30% van de subsidiabele kosten.

Artikel 7

  • 1. Een voorschot als bedoeld in artikel 15 NIOF 2010 kan op aanvraag van de subsidieontvanger naar evenredigheid met de gemaakte en betaalde subsidiabele kosten eenmaal worden verleend wanneer ten minste 50% van de subsidiabele kosten zijn gemaakt en betaald. Het voorschot bedraagt ten hoogste 80% van het maximale subsidiebedrag.

  • 2. Ten behoeve van een aanvraag tot verlening van een voorschot wordt een formulier vastgesteld, waarop is vermeld welke bijlagen gelijktijdig met het formulier dienen te worden ingezonden.

  • 3. Bij de verlening van een voorschot wordt de verplichting opgelegd dat als voorschot uitbetaalde bedragen onmiddellijk worden terugbetaald, indien en voor zover:

    • a. de subsidie lager wordt vastgesteld dan het uitbetaalde voorschot;

    • b. het verleningsbesluit wordt ingetrokken of gewijzigd.

Artikel 8

Dit besluit treedt in werking op 20 november 2009.

Artikel 9

Dit besluit kan worden aangehaald als het uitvoeringsbesluit Noordelijke Innovatie OndersteuningsFaciliteit2010 (verkort: uitvoeringsbesluit NIOF 2010).

Exemplaren van de tekst van de NIOF 2010, de toelichting van de NIOF 2010 en de bijbehorende aanvraagformulieren zijn te downloaden via de website www.snn.eu of kunnen worden verkregen bij de

Uitvoeringsorganisatie van het SNN

Laan Corpus den Hoorn 200

Postbus 779

9700 AT GRONINGEN

Telefoon: 050-5224900

Namens het Dagelijks Bestuur Samenwerkingsverband Noord-Nederland,

voorzitter,

M.J. van den Berg.

Naar boven