De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
Gelet op paragraaf 1.2 en artikel 8.1.4 van het Besluit ruimtelijke ordening;
Besluit:
Den Haag, 19 oktober 2009
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J.M. Cramer.
TOELICHTING
De (nieuwe) Wet ruimtelijke ordening en het bijbehorende Besluit ruimtelijke ordening (Bro) zijn grotendeels in werking getreden
op 1 juli 2008. De artikelen van het Bro met betrekking tot de digitalisering zouden blijkens het besluit van 16 juni 2008
(Stb. 2008, 227) met ingang van 1 juli 2009 in werking treden. Voor de digitale vormgeving van ruimtelijke instrumenten is in 2008 een pakket RO-standaarden
ontwikkeld. Dat pakket is wettelijk verankerd in de op het Bro gebaseerde Regeling standaarden ruimtelijke ordening 2008.
Gelet op de omstandigheid dat blijkens een recente voortgangsmonitor slechts 60% van de gemeenten verwacht op 1 juli 2009
voldoende voorbereid te zijn op de overgang naar de digitale werkwijze, worden de maatschappelijke en juridische risico’s
te groot geacht om de digitaliseringsverplichting reeds met ingang van 1 juli 2009 in werking te laten treden. Derhalve is
besloten de inwerkingtreding van die verplichting met een half jaar uit te stellen. Voornoemd besluit van 16 juni 2008 is
daartoe reeds gewijzigd.
Bij het besluit tot uitstel van de digitaliseringsverplichting naar 1 januari 2010 is van rijks-, provinciale en gemeentelijke
zijde tevens aangegeven dat de ‘voorlopers’ die reeds nu of ruim voor 1 januari 2010 hun digitale Wro-processen op orde hebben,
hierdoor niet mogen worden gefrustreerd. Door betrokken partijen is er dan ook op aangedrongen dat wel de mogelijkheid zou moeten worden geboden om in de periode 1 juli 2009 tot 1 januari 2010 alle in artikel 1.2.1, eerste lid, onderdelen a
tot en met k, van het Bro genoemde visies, plannen, besluiten, verordeningen of algemene maatregelen van bestuur digitaal
vast te leggen en beschikbaar te stellen, volgens de werkwijze zoals die voor alle betrokken overheden verplicht zal zijn
per 1 januari 2010. Dit biedt de voorlopers de gelegenheid om reeds per 1 juli 2009 voor de in artikel 1.2.1, eerste lid,
onderdelen a tot en met k, van het Bro genoemde visies, plannen, besluiten, verordeningen of algemene maatregelen van bestuur
met de digitale werkwijze volgens de Regeling standaarden ruimtelijke ordening 2008 te gaan werken. Het Besluit ruimtelijke
ordening wordt daarvoor gewijzigd. De ‘voorlopersregeling’ zal worden vormgegeven in een in dat besluit op te nemen artikel
8.1.4, in welk artikel tevens zal worden bepaald dat de Regeling standaarden ruimtelijke ordening 2008, die voor de groep
voorlopers per 1 juli 2009 in werking is getreden, voor de periode tot 1 januari 2010 in genoemd artikel 8.1.4 van het Bro
zijn grondslag zal vinden.
Inmiddels is gebleken dat in de praktijk onduidelijkheid bestaat over de reikwijdte van de Regeling standaarden ruimtelijke
ordening 2008, met name waar het gaat om de invloed van die regeling op plannen die (nog) op analoge wijze worden vormgegeven.
Om elk misverstand uit te sluiten is besloten aan artikel 4 (dat de inwerkingtreding van de regeling per 1 juli 2009 regelt)
een tweede lid toe te voegen, waarin wordt bepaald dat de onderhavige regeling voor de periode tot 1 januari 2010 uitsluitend
van toepassing is op de gevallen waarin toepassing is gegeven aan artikel 8.1.4 van het Besluit ruimtelijke ordening.
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J.M. Cramer.