Besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 21 oktober 2009, nr. 66188, houdende bekendmaking van de locaties voor het vissen met mosselzaadinvanginstallaties

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op artikel 77d, vijfde lid, van de Uitvoeringsregeling zee- en kustvisserij 1977;

Besluit:

Artikel 1

• 1. De coördinaten van de locaties voor het vissen met een mosselinvanginstallatie op een mosselkweekperceel en in de gebieden, bedoeld in artikel 77d, vijfde lid, van de Uitvoeringsregeling visserij, waarvoor aan de personen, bedoeld in artikel 77a van de Uitvoeringsregeling visserij, een vergunning wordt verleend zijn opgenomen in bijlage A.

• 2. De coördinaten van de locaties voor het vissen met een mosselinvanginstallatie op een mosselkweekperceel en in de gebieden, bedoeld in artikel 77d, vijfde lid, van de Uitvoeringsregeling visserij, waarvoor aan de personen, bedoeld in artikel 77b van de Uitvoeringsregeling visserij, een vergunning wordt verleend zijn opgenomen in de bijlage B.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 21 oktober 2009

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg.

TOELICHTING

Met dit besluit worden de coördinaten van de locaties voor het vissen met een mosselzaadinvanginvanginstallatie (hierna: MZI) nader bekend gemaakt.

In bijlage A bij deze regeling zijn de coördinaten van de locaties opgenomen waarbinnen aan ondernemers uit de mosselsector een vergunning voor het vissen met een MZI kan worden verleend. In bijlage B zijn de locaties opgenomen waarvoor de ondernemers die de afgelopen jaren geëxperimenteerd hebben in aanmerking komen voor een vergunning. Zowel de ondernemers uit de mosselsector als de ondernemers die de afgelopen jaren geëxperimenteerd hebben zijn op grond van artikel 77e respectievelijk artikel 77f van de Uitvoeringsregeling visserij in de gelegenheid gesteld om een visplan op te stellen. In het visplan wordt voor elke ondernemer vastgesteld welke locatie hij krijgt. De locaties moeten gelegen zijn in de gebieden of op de percelen zoals omschreven in de bijlagen. Indien geen visplan wordt overeengekomen zal, voor zover van toepassing, de toedeling plaatsvinden op basis van loting.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg.