Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant en het dagelijks bestuur van het waterschap Aa en Maas hebben op 28 september 2009 de
mededeling ontvangen van Wabico VOF io dat zij voornemens is tot het oprichten en in werking brengen van een vergistingsinstallatie
voor biomassa en de realisatie van algenkweekvijvers op de locatie Gansoijensesteeg ongenummerd Waalwijk.
Ingevolge artikel 7.2 van de Wet milieubeheer en categorie 18.2 van bijlage D van het Besluit milieu-effectrapportage is deze
voorgenomen activiteit. Dit houdt in dat ons college en het dagelijks bestuur van het waterschap Aa en Maas, alvorens door
Wabico VOF io vergunningen wordt aangevraagd, dienen te beslissen of er voor de voorgenomen activiteit een MER moet worden
opgesteld. Een MER moet worden opgesteld indien sprake is van een activiteit die belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu
kan hebben. Daarbij dient, aldus artikel 7.8b, vierde lid van de Wet milieubeheer, rekening te worden gehouden met:
a. de kenmerken van de activiteit;
b. de plaats van de voorgenomen activiteit;
c. de kenmerken van de belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu.
Na toetsing van de voorgenomen activiteit hebben Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant en het dagelijks bestuur van het waterschap
Aa en Maas op 2 oktober 2009 besloten dat Wabico VOF io voor deze activiteit geen MER behoeft op te stellen.
Het besluit en bijbehorende stukken liggen vanaf 12 oktober 2009 tot en met 23 november 2009 ter inzage op de sector Grondgebiedszaken, afdeling Milieu- en Bouwzaken, Raadhuisstraat 64 te Sprang-Capelle op werkdagen van 9–12.30
uur en op afspraak tussen 14–17 uur (0416 68 37 29).
Ook is het mogelijk de stukken in te zien op het provinciehuis van Noord-Brabant, Brabantlaan 1 te ’s-Hertogenbosch. U kunt
zich daarvoor in verbinding stellen met R. Brekelmans, telefoon (073) 681 22 93/ fax (073) 680 76 41 of J. Ditters (telefoon (073) 681 26 09)
van de directie Ecologie.
Aan deze procedure is een zaak-/projectnummer gekoppeld. Gelieve bij correspondentie dit nummer (1584788/22353) te vermelden.
Op grond van artikel 6.3 van de Algemene wet bestuursrecht wordt deze beoordeling beschouwd als een voorbereidingsbesluit,
waartegen geen direct bezwaar of beroep open staat. U kunt uw bezwaren tegen dit beoordelingsbesluit te zijner tijd kenbaar maken in de procedures van
de uiteindelijke besluiten, te weten de vergunningen ingevolge de Wet milieubeheer en de Wet verontreiniging oppervlaktewateren.