Regeling van de Directie van de RDW (Dienst Wegverkeer), houdende mandatering en volmachtverlening van het vragen van prijsopgaven en het aangaan van financiële verplichtingen aan functionarissen van de RDW (Regeling Financieel Mandaat RDW), 25 september 2009, nr. JBZ2009/2811

De directie van de RDW,

Gelet op artikel 4g van de Wegenverkeerswet 1994 en het Directiereglement RDW 2005 en de daartoe verleende instemming van de Raad van Toezicht;

Besluit:

Artikel 1

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het aangaan van financiële verplichtingen – voorzover ze een geldelijk belang van € 250.000,– inclusief BTW niet te boven gaan – gemandateerd en volmacht verleend aan:

  • a. de Divisiemanager Voertuigtechniek;

  • b. de Divisiemanager Registratie en Informatie;

  • c. de Manager ICT Bedrijf (Informatie en Communicatie Technologie).

Artikel 2

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het aangaan van financiële verplichtingen – voorzover ze een geldelijk belang van € 100.000,– inclusief BTW niet te boven gaan – gemandateerd en volmacht verleend aan:

  • a. de Adjunct-directeur;

  • b. de Clustermanagers ICT;

  • c. Facilitair Manager.

Artikel 3

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het aangaan van financiële verplichtingen – voorzover ze een geldelijk belang van € 50.000,– inclusief BTW niet te boven gaan – gemandateerd en volmacht verleend aan:

  • a. de Manager F&C (Financiën en Control);

  • b. de Manager HR (Human Resources);

  • c. de Manager JBZ (Juridische en Bestuurlijke Zaken);

  • d. de Manager OVR (Ontwikkeling Voertuigreglementering);

  • e. de Manager Communicatie (Afdeling Communicatie);

  • f. de Manager SEO (Strategie en Externe Ontwikkelingen);

  • g. de volgende functionarissen, werkzaam bij de Divisie Voertuigtechniek, te weten:

    • 1. de Lijncontroller;

    • 2. het hoofd Algemene Staf;

    • 3. het hoofd Operationele Staf;

    • 4. de Manager Typegoedkeuringen;

    • 5. de Manager Toelating Exceptioneel Transport;

    • 6. de Regiomanager regio Noord;

    • 7. de Regiomanager regio West;

    • 8. de Regiomanager regio Zuid;

  • h. de volgende functionarissen, werkzaam bij de Divisie Registratie en Informatie, te weten:

    • 1. de Afdelingsmanager Operations;

    • 2. de Afdelingsmanager Relatiemanagement;

    • 3. de Afdelingsmanager Klantenservice;

    • 4. de Manager Projectmanagement & Support;

  • i. de volgende functionarissen werkzaam bij het ICT Bedrijf, te weten:

    • de inkopers;

  • j. de volgende functionarissen werkzaam bij F&C (Financiën en Control), te weten:

    • de inkopers.

Artikel 4

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het aangaan van financiële verplichtingen – voorzover ze een geldelijk belang van € 25.000,– inclusief BTW niet te boven gaan – gemandateerd en volmacht verleend aan:

de volgende functionarissen werkzaam bij het Facilitair Bedrijf, te weten:

  • 1. de unitmanager interne dienst;

  • 2. het hoofd van de technische dienst;

  • 3. het hoofd van de afdeling Documenten en Informatievoorziening (DIV).

Artikel 5

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het aangaan van financiële verplichtingen – voorzover ze een geldelijk belang van € 12.500,– inclusief BTW niet te boven gaan – gemandateerd en volmacht verleend aan:

  • a. de volgende functionarissen werkzaam bij het bedrijfsproces TGK:

    • 1. de Manager Testen;

    • 2. de Manager Certificeren;

    • 3. de Manager Administratie en Registerbeheer (A&R);

    • 4. de Manager Testcentrum Lelystad (TCL);

  • b. de volgende functionarissen werkzaam bij de bedrijfsprocessen IK en APK:

    • 1. de hoofden van de keuringsstations;

    • 2. het hoofd van de afdeling Individueel keuren speciaal (IKS);

    • 3. de hoofden van de regioadministratie;

  • c. de volgende functionarissen werkzaam bij de Divisie Registratie en Informatie:

    • 1. van de Afdeling Operations:

      • a. de unitmanager Voertuigregistratie en Documenten;

      • b. de unitmanager Aansprakelijkkheids- en Persoonsregistratie;

      • c. de unitmanager Erkenningen en Toezicht;

      • d. de unitmanager Rijbewijzen;

      • e. de unitmanager Handhaving;

    • 2. van de Afdeling RDW Klantenservice:

      • a. de unitmanager KlantContactCentrum;

      • b. de unitmanager WPR;

      • c. de unitmanager Landelijk Informatiecentrum Voertuigcriminaliteit (LIV);

      • d. de unitmanager Kennismanagement.

  • d. de volgende functionarissen werkzaam bij het ICT Bedrijf:

    • 1. de medewerkers Managementcontrol, welke als taak hebben de operationale inkoop;

    • 2. de teammanagers ICT;

  • e. de volgende functionarissen werkzaam bij F&C:

    • 1. de operationeel inkopers;

Artikel 6

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het aangaan van financiële verplichtingen – voorzover ze een geldelijk belang van € 2.500,– inclusief BTW niet te boven gaan – gemandateerd en volmacht verleend aan:

de volgende functionarissen werkzaam bij de bedrijfsprocessen IK en APK:

  • de financieel medewerkers van de regio’s.

Artikel 7

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het uitzetten van overtollig kasgeld en het aantrekken van kortlopende financiering, voor een periode van maximaal twaalf maanden bij het Ministerie van Financiën gemandateerd en volmacht verleend aan de Manager F&C (Financien en Control).

Artikel 8

De in de artikelen 1 tot en met 6, bedoelde volmachten betreffen tenzij anders vermeld, uitsluitend het aangaan van financiële verplichtingen voor de aanschaf van roerende zaken (inkoop) en het aangaan van huurovereenkomsten, verzekeringen, vervoersovereenkomsten en het opdragen van werkzaamheden aan derden, voorzover deze rechtshandelingen betrekking hebben op de, aan de betrokken functionaris opgedragen taken.

Artikel 9

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het aangaan van verplichtingen, in het kader van dienstverlening voor derden op basis van de Regeling taken Dienst Wegverkeer, – voorzover ze een geldelijk belang van € 200.000,– inclusief BTW niet te boven gaan – mandaat en volmacht verleend aan:

  • a. de Divisiemanager Voertuigtechniek;

  • b. de Divisiemanager Registratie en Informatie.

Artikel 10

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het aangaan van verplichtingen, in het kader van dienstverlening voor derden op basis van de Regeling taken Dienst Wegverkeer, – voorzover ze een geldelijk belang van € 50.000,– inclusief BTW niet te boven gaan – mandaat en volmacht verleend aan:

  • a. de Adjunct-directeur;

  • b. de Afdelingsmanager Relatiemanagement;

  • c. de R&I Relatiemanagers;

  • d. de Manager ICT Bedrijf (Informatie en Communicatie Technologie);

  • e. de Facilitair Manager;

  • f. de Manager F&C (Financiën en Control);

  • g. de Manager HR (Human Resources);

  • h. de Manager JBZ (Juridische en Bestuurlijke Zaken);

  • i. de Manager OVR (Ontwikkeling Voertuigreglementering);

  • j. de Manager Communicatie (Afdeling Communicatie);

  • k. de Manager SEO (Strategie en Externe Ontwikkelingen);

  • l. het hoofd van het bedrijfsproces TGK (Typegoedkeuring).

Artikel 11

De aan de Directie bij artikel 4g, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 verleende bevoegdheid wordt ten aanzien van het aangaan van verplichtingen, in het kader van dienstverlening voor derden op basis van de Regeling taken Dienst Wegverkeer, – voorzover ze een geldelijk belang van € 25.000,– inclusief BTW niet te boven gaan – mandaat en volmacht verleend aan:

  • de Manager van het Testcentrum Lelystad (TCL).

Artikel 12

  • 1. Uitsluitend de in de artikelen 1 tot en met 11 genoemde functionarissen zijn bevoegd om offertes dan wel prijsopgaven bij derden aan te vragen, ten behoeve van het aangaan van de financiële verplichtingen waartoe zij krachtens dit mandaat bevoegd zijn.

  • 2. De door de Directie aan de in de artikelen 1 tot en met 11 genoemde functionarissen verleende bevoegdheden kunnen slechts worden uitgeoefend door die waarnemers van bedoelde functionarissen die door de Directie daartoe schriftelijk zijn aangewezen.

Artikel 13

  • a. Aan de Directie blijven voorbehouden:

    • het kwijtschelden van vorderingen;

    • het aangaan van nationale en internationale samenwerkingsverbanden;

    • het aangaan van verplichtingen in het kader van dienstverlening voor derden, met dien verstande dat deze verplichtingen ook mogen worden aangegaan door de in de artikelen 9, 10 en 11 van deze regeling genoemde functionarissen, voorzover ze de in deze artikelen bedoelde geldelijke belangen niet te boven gaan;

    • de aanschaf van onroerende zaken en het vervreemden van roerende en onroerende zaken.

  • b. Aan de Directie en de in artikel 1 genoemde functionarissen blijven voorbehouden:

    • aangelegenheden met een geldelijk belang waarvan de financiële gevolgen de periode van drie jaar overschrijden.

Artikel 14

De in de artikelen 1 tot en met 13genoemde functionarissen maken van het aan hen verleende mandaat en volmacht uitsluitend gebruik,

  • a. voorzover het aangelegenheden betreft die behoren tot hun werkterrein en als zodanig zijn opgenomen in het door de directie vastgestelde werkplan of het financiële meerjarenbeleidplan,

  • b. met inachtneming van de geldende richtlijnen en procedures.

Artikel 15

De in deze regeling omschreven mandatering en volmacht betreft niet het aangaan van financiële verplichtingen op personeelsgebied, zoals het in vaste of tijdelijke dienst aannemen en bevorderen van medewerkers.

Voor de regelingen betreffende deze en andere personele aangelegenheden, zoals het verlenen van ontslag en het opleggen van disciplinaire straffen, wordt verwezen naar de ‘Mandaatregeling Human Resource bevoegdheden RDW’ en het ‘Rechtspositiereglement RDW’.

Artikel 16

Indien naar de mening van de directie door betrokken functionarissen geen juist gebruik wordt gemaakt van het aan hen verleende mandaat en volmacht, kan de directie te allen tijde deze bevoegdheden intrekken of wijzigen.

Artikel 17

De stukken die door de in de artikelen 1 tot en met 11 genoemde functionarissen op grond van deze regeling worden ondertekend, vermelden aan het slot:

De directie van de RDW,

namens deze,

Gevolgd door functieaanduiding, handtekening en naam van de betrokken functionaris.

Artikel 18

De Regeling Financieel Mandaat RDW van 1 juli 2008, Stcrt 14 juli 2008, nr. 133, wordt ingetrokken.

Artikel 19

Deze regeling wordt aangehaald als: ‘Regeling Financieel Mandaat RDW’.

Artikel 20

Deze regeling wordt gepubliceerd in de Staatscourant en treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 juli 2009. Een afschrift zal worden gezonden aan de in deze regeling genoemde functionarissen.

Zoetermeer, 25 september 2009

De directie van de RDW

namens deze:

de Algemeen directeur,

J.G. Hakkenberg.

TOELICHTING

Ten opzichte van de thans geldende regeling worden de volgende punten gewijzigd:

  • Aan artikel 5 is onderdeel d toegevoegd, waarin de medewerkers managementcontrol binnen het ICT Bedrijf worden gemandateerd tot het aangaan van de financiële verplichtingen als bedoeld in dit artikel. De medewerkers managementcontrol die worden gemandateerd hebben als taak de operationale inkoop. Tevens worden de teammanagers ICT gemandateerd als bedoeld in dit artikel.

  • Aan artikel 5 is onderdeel e toegevoegd, waarin de operationeel inkopers binnen F&C worden gemandateerd tot het aangaan van financiële verplichtingen als bedoeld in dit artikel.

De regeling is op 25 september 2009 goedgekeurd door de Raad van Toezicht van de RDW.

Naar boven