TOELICHTING
Algemeen
Met ingang van 1 januari 2008 geldt het verplichte gebruik van de basisregistratie topografie binnen de overheid. Na een gewenningsperiode
in 2008 krijgt dat verplichte gebruik, althans voor het landsdekkend topografisch bestand op een schaalniveau van 1:10.000,
daadwerkelijk gestalte.
De inwinnings- en beheerkosten van de basisregistratie topografie vormen verreweg de grootste kostenpost (circa € 15,5 miljoen
voor 2009). Om de drempel voor het gebruik van de basisregistratie zo klein mogelijk te maken worden vanaf 2009 de inwinnings-
en beheerkosten gefinancierd uit de rijksbegroting en worden uit de tarieven uitsluitend nog de verstrekkingskosten gefinancierd.
Voor 2009 worden de verstrekkingskosten begroot op in totaal € 800.000.
De financiering van de inwinningskosten en beheerkosten uit de rijksbegroting maakt een tariefdaling mogelijk van 83% voor
de vectorbestanden, de objectgerichte basisbestanden en orthofoto’s. Voor de rasterbestanden gold al sinds enkele jaren een
sterk verlaagd tarief. In de voorliggende regeling zijn die tarieven met 33% verlaagd.
In de voorliggende regeling is een tariefstructuur geïntroduceerd, die het mogelijk maakt om per afnemer de gegevensleveringen
af te kopen tegen een vast bedrag per jaar (abonnementstarief). Dit is in lijn met het kabinetsbeleid om bij de basisregistraties,
waar mogelijk, in de tariefstructuur een alternatief te bieden voor het afrekenen per raadpleging.
De tariefstructuur bestaat uit een basisbedrag per bestandstype voor een gemeente. Kleine gemeenten betalen hetzelfde als
grote gemeenten. Dat uitgangspunt is inherent aan een verstrekkingstarief. De kosten van verstrekking van een bestand zijn
voor een grote gemeente niet veel hoger dan voor een kleine gemeente. Door deze wijziging van de Regeling tarieven Kadaster
wordt een jaarabonnement op een totaal aan bepaalde bestandstypen per gemeente geïntroduceerd tegen een ‘pakketprijs’, die
circa 2/3 van de som van de afzonderlijke bedragen bedraagt. Door middel van vaste rekenfactoren is de ‘pakketprijs’ per gemeente
omgerekend naar tarieven voor grotere gebieden. De ‘pakketprijs’ voor alle landelijke bestanden gezamenlijk bedraagt circa
€ 50.000.
De tarieven voor analoge kaarten en publicatierechten in artikel 22, eerste lid, onderdelen j, k, p, r, s, t en u, van de
Regeling tarieven Kadaster zijn niet aangepast. Datzelfde geldt voor de tarieven voor maatwerk, bedoeld in artikel 22, zesde
en zevende lid, van de Regeling tarieven Kadaster.
Omtrent de voorgenomen tariefaanpassingen voor levering van topografische gegevens is de gebruikersraad, bedoeld in artikel
16 van de Organisatiewet Kadaster, gehoord. De gebruikersraad heeft ingestemd met de voorliggende tariefaanpassingen.
Artikel I, onderdeel A, subonderdelen 1, 3, 5, 6 en 8 (artikel 22, eerste lid, onderdelen a tot en met f, i, m, n en q, van
de Regeling tarieven Kadaster)
In artikel 22, eerste lid, onderdelen a tot en met f, i, m, n en q, van de Regeling tarieven Kadaster is telkens een abonnementstarief
voor het gebied van een gemeente opgenomen. Dat tarief is, zoals gezegd, voor kleine gemeenten hetzelfde als voor grote gemeenten.
Aan incidentele afnemers van de vector- en rasterbestanden, bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdelen a tot en met f en
i, van de Regeling tarieven Kadaster, zoals gebruikers van de functionaliteit Gebiedsinformatie op MijnKadaster en Kadata-Internet,
wordt een km2-tarief in rekening gebracht. Voor abonnees is het gebruik van deze functionaliteit vrij binnen hun abonnementsgebied en valt
dus binnen het vaste jaarbedrag.
Artikel I, onderdeel A, subonderdelen 7 en 9 (artikel 22, eerste lid, onderdelen o en s, van de Regeling tarieven Kadaster)
Door de voorliggende regeling vervallen in artikel 22, eerste lid, onderdeel o, van de Regeling tarieven Kadaster de tarieven
voor opgaven inzake topografische hoogtegegevens uit het terreinhoogtebestand. De verstrekking van die gegevens is stopgezet
omdat die gegevens met hoge precisie beschikbaar zijn in het Actueel Hoogtebestand Nederland. Dat bestand is goed geïntegreerd
met de topografische bestanden. Door de voorliggende regeling vervalt in artikel 22, eerste lid, onderdeel s, van de Regeling
tarieven Kadaster het tarief voor negatieven en diapositieven van analoge luchtfoto’s. Er is namelijk geen vraag meer naar
deze vorm van levering. Luchtfoto’s worden gedigitaliseerd. Een gevraagde historische luchtfoto wordt eerst gescand en vervolgens
digitaal geleverd.
Artikel I, onderdeel A, subonderdelen 10 tot en met 12 (artikel 22, tweede tot en met vijfde lid, van de Regeling tarieven
Kadaster)
In artikel 22, tweede lid (nieuw), van de Regeling tarieven Kadaster is het tarief opgenomen dat in rekening wordt gebracht
indien een afnemer alle opgaven uit vector-, raster- en objectgerichte bestanden voor het gebied van dezelfde gemeente afneemt,
die zijn vermeld in het eerste lid van dat artikel, onderdelen a tot en met f, i, m, n en q, alsmede het landelijk bestand
TOP250namen (onderdeel l). Bij een abonnement op die bestanden geldt een ‘pakketprijs’ van € 500 per gemeente. Die prijs bedraagt
circa 2/3 van de som van de afzonderlijke bedragen.
Het tarief voor een abonnement op een vector- of rasterbestand of op een objectgericht bestand bedraagt voor het gebied van
een waterschap of veiligheidsregio 10 maal het bedrag per gemeente, voor het gebied van een provincie 15 maal het bedrag per
gemeente en voor het landelijk bestand 100 maal het bedrag per gemeente.
Omdat het hier puur om verstrekkingskosten gaat speelt ook hier de uiteenlopende grootte van het grondgebied van waterschappen
of provincies, net zo min als bij het grondgebied van gemeenten, een rol.
Diezelfde rekenfactoren van 10, respectievelijk 15 en 100 maal zijn van toepassing op de berekening van de ‘pakketprijs’ per
waterschap of veiligheidsregio, respectievelijk per provincie en landelijk voor het totaal aan abonnementen op die bestanden,
waarvoor de ‘pakketprijs’ per gemeente geldt.
In artikel 22, vijfde lid (nieuw), van de Regeling tarieven Kadaster is een afnemer niet langer een tarief verschuldigd ingeval
meerdere eenheden binnen zijn organisatie gebruik maken van het abonnement op de in dat lid genoemde bestanden. Ook het vervallen
van dat tarief is een gevolg van het feit dat aan afnemers uitsluitend de verstrekkingskosten in rekening worden gebracht.
Artikel I, onderdeel B (artikel 23, derde en vierde lid, van de Regeling tarieven Kadaster)
In artikel 23, derde lid, van de Regeling tarieven Kadaster is voor de verstrekking van bepaalde in dat lid genoemde gegevens
een minimumbedrag van € 54,– vastgesteld. Daarvan is uitgezonderd de levering van gegevens door middel van internet. Door
de voorliggende regeling is de werkingssfeer van dat lid uitgebreid tot een opgave per afgebeelde km2 inzake gegevens uit het geografisch basisbestand TOP10NL en de in artikel 22, eerste lid, onderdelen b tot en met f en i,
genoemde vectorbestanden, rasterbestanden en objectgerichte bestanden. Voorts geldt dat minimumbedrag ook voor een enkele
afname van een jaarabonnement op een vectorbestand, rasterbestand of objectgericht bestand per gemeente, als bedoeld in artikel
22, eerste lid, onderdelen b tot en met f, i, m en n, van de Regeling tarieven Kadaster. Tenslotte geldt het minimumbedrag
van € 54,– voor de enkele afname van een orthofoto mozaïek (artikel 22, eerste lid, onderdeel q, van de Regeling tarieven
Kadaster). Het nieuwe vierde lid van artikel 23 van de Regeling tarieven Kadaster voorziet erin dat het minimumbedrag voor
afname ook geldt ingeval de kortingsregeling van toepassing is voor opgaven van bepaalde bestanden met een beperkte inhoud
(artikel 22, tweede lid, van de Regeling tarieven Kadaster).
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J.M. Cramer.