Tijdelijke regeling dyslexie onder/in de DBC geestelijke gezondheidszorg

4 augustus 2009

Nr. GG/NR-100.098

De Raad van Bestuur van de Nederlandse Zorgautoriteit,

Gelet op de artikelen 37, 38, 62 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg),

Heeft de volgende regeling vastgesteld:

Artikel 1

Onder zorgaanbieders in regeling worden verstaan:

  • a. alle zorgaanbieders als bedoeld in artikel 1 van de Regeling Declaratiebepalingen DBC GGZ en artikel 1 Instructie DBC-registratie GGZ; en

  • b. orthopedagogen-generalist, die geregistreerd zijn bij de Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijsdeskundigen (NVO); en

  • c. kinder- en jeugdpsychologen, die geregistreerd zijn bij het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP);

voor zover deze dyslexiezorg verlenen als bedoeld in artikel 2 van deze regeling.

Artikel 2

Voor deze regeling wordt onder dyslexiezorg verstaan:

  • zorg gericht op de diagnose en behandeling van enkelvoudige ernstige dyslexie bij kinderen van zeven jaar of ouder die basisonderwijs volgen en die wordt verricht conform het ‘Protocol Dyslexie, diagnostiek en behandeling’ (Blomert 2006).

Artikel 3

De zorgaanbieder dient de in artikel 2 genoemde dyslexiezorg te declareren en registreren met inachtneming van de bepalingen uit de Regeling declaratiebepalingen DBC GGZ en de Regeling Instructie DBC-registratie GGZ, inclusief de bij deze regelgeving behorende nadere regels.

Artikel 4

  • 1. Registratie van dyslexiezorg vindt plaats onder de productgroep ‘overige stoornissen in de kindertijd’ van de behandeltabel van de productstructuur DBC’s GGZ. Als typering dient te worden ingevoerd: ‘leesstoornis’ op as 1 van de DSM-IV-TR en ‘enkelvoudig’ op as 3.

  • 2. Als de zorgverlening enkel bestaat uit diagnostiek, wordt deze conform de Spelregels DBC GGZ ingedeeld in de bijzondere productgroep ‘diagnostiek’.

Artikel 5

Deze regeling wordt uiterlijk 31 december 2011 beëindigd. Voor DBC’s die voor de datum van beëindiging zijn geopend, blijven de bepalingen van deze regeling van toepassing.

Artikel 6

De regeling kan worden aangehaald als 'Tijdelijke regeling dyslexie onder/in de DBC geestelijke gezondheidszorg’.

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

De Raad van Bestuur van de Nederlandse Zorgautoriteit,

namens deze:

portefeuillehouder Zorgmarkten Cure/voorzitter a.i.,

C.C. van Beek

TOELICHTING

Algemeen

De diagnostiek en behandeling van dyslexie voor kinderen valt per 1 januari 2009 onder de aanspraken van de Zorgverzekeringswet. Het betreft zorg in verband met ernstige dyslexie aan kinderen van zeven jaar of ouder die basisonderwijs volgen. De zorg dient te worden verleend volgens het ‘Protocol Dyslexie, diagnostiek en behandeling’ (Blomert 2006).

Dyslexiezorg is een eigenstandige aanspraak in het kader van de Zorgverzekeringswet. Het Ministerie van VWS heeft gekozen voor een ingroeimodel. In 2009 behoort alleen dyslexiezorg aan kinderen van 7 en 8 jaar tot de te verzekeren prestatie. Tot 2013 wordt elk kalenderjaar deze leeftijdsgrens met één jaar opgetrokken, totdat in 2013 de zorg wordt vergoed voor kinderen tussen de 7 en 13 jaar (artikel 2.5a, tweede lid, Besluit zorgverzekering).

Deze regeling maakt het mogelijk de dyslexiezorg onder te brengen in de productstructuur DBC GGZ. Deze regeling eindigt uiterlijk 31 december 2011. Voordien zijn de uitkomsten bekend van de evaluatie met betrekking tot de dyslexiezorg. Het streven is voor bovengenoemde datum een geëigende/afzonderlijke productgroep voor de dyslexiezorg te ontwikkelen. Deze regeling komt tot stand op basis van een aanwijzing van de Minister van VWS gedateerd 18 december 2008 (kenmerk CZ CGG 2902762).

Reikwijdte van deze regeling

De voorliggende regeling geldt voor alle in artikel 1 genoemde zorgaanbieders die bij tariefbeschikking het recht hebben gekregen om de in artikel 2 van deze regeling omschreven dyslexiezorg te declareren. De zorgaanbieder dient deze dyslexiezorg te declareren en te registreren met inachtneming van de deze regeling. Dit geldt ook voor dyslexiezorg die als gevolg van het ingroeimodel nog niet tot de te verzekeren prestatie behoort. In verband met de evaluatie is het echter wel van belang om te monitoren hoeveel dyslexiezorg gedeclareerd is die wel tot de te verzekeren prestatie behoort. Met het oog daarop is het van belang dat zorgaanbieders op hun declaraties de juiste declaratiecodes vermelden. Zoals is aangegeven in artikel 6.3 van de Regeling declaratiebepalingen DBC GGZ moeten daarbij afzonderlijke prestatiecodes worden gehanteerd voor verzekerde en niet-verzekerde zorg.

Ook is het van belang dat de zorgaanbieder bij de registratie voor de dyslexiezorg de juiste typering hanteert (zie artikel 4).

Welke zorgaanbieders kunnen dyslexiezorg declareren?

De aanwijzing biedt de mogelijkheid dat aan alle zorgaanbieders in de curatieve geestelijke gezondheidszorg die binnen het kader van de DBC-spelregels, benoemd zijn als hoofdbehandelaar het recht wordt verleend tarieven in rekening te brengen voor de dyslexiezorg, zoals in deze beschikking beschreven. De NZa is voornemens voor deze groep ambtshalve een tariefbeschikking vast te stellen, waarbij als voorwaarde wordt gesteld dat er een overeenkomst met een verzekeraar moet zijn gesloten.

Uit de aanwijzing blijkt eveneens dat de Minister van VWS het mogelijk wil maken dat de orthopedagoog-generalist en de kinder- en jeugdpsycholoog de dyslexiezorg in rekening kan brengen.

Deze specialisten zijn echter niet ingeschreven in een BIG-register en zijn daarom geen hoofdbehandelaar als bedoeld in de DBC-spelregels. De Minister heeft blijkens de parlementaire behandeling van de aanwijzing ter bevordering van de kwaliteit van de te leveren zorg de NZa verzocht het recht tot declareren te koppelen aan registratie bij hun eigen beroepsorganisatie. De NZa heeft ervoor gekozen deze groep ambtshalve een tariefbeschikking te verlenen, waarbij niet de voorwaarde is gesteld dat er een overeenkomst met een verzekeraar is gesloten. Daartoe is reeds een tariefbeschikking afgegeven.

Dit besluit van de NZa is een afweging tussen enerzijds de wens van de verzekeraars om de kwaliteit van de te verlenen dyslexiezorg te kunnen controleren en waarborgen en anderzijds de doelstelling om zonder onnodige administratieve lasten de diagnostiek en behandeling van dyslexie door gespecialiseerde zorgaanbieders als te verzekeren prestatie voor de Zvw declareerbaar te maken.

Naar boven