Regeling van de Minister van Justitie en van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 14 januari 2009, nr. 5576604/08/6, houdende nadere regels in verband met de elektronische bekendmaking van wetten, algemene maatregelen van bestuur en anders dan bij wet of algemene maatregel van bestuur vastgestelde algemeen verbindende voorschriften (Bekendmakingsregeling)

De Minister van Justitie en de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Gelet op de artikelen 9 en 10, tweede lid, van de Bekendmakingswet en de artikelen 2, eerste lid, 4, tweede lid, 8, eerste lid, en 10, tweede lid, van het Bekendmakingsbesluit;

Besluiten:

Artikel 1

Het Staatsblad en de Staatscourant worden uitgegeven op www.officielebekendmakingen.nl.

Artikel 2

De Minister van Justitie onderscheidenlijk de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties draagt er zorg voor dat de betrouwbaarheid en de beveiliging van de elektronische uitgifte en beschikbaarstelling van het Staatsblad onderscheidenlijk de Staatscourant voldoen aan de volgende eisen:

  • a. De publicaties worden uitgegeven en beschikbaar gehouden in het bestandsformaat PDF/A-1 (ISO 19005-1:2005).

  • b. Het systeem voor gegevensverwerking waarmee de publicaties worden uitgegeven en beschikbaar gehouden, voldoet aan hoge continuïteitseisen.

  • c. Het systeem voor gegevensverwerking waarmee de publicaties worden uitgegeven en beschikbaar gehouden, is volgens algemeen aanvaarde nationale en internationale standaarden voor informatiebeveiliging ingericht.

  • d. Alle mutaties in het systeem voor gegevensverwerking waarmee de publicaties worden uitgegeven en beschikbaar gehouden, worden geregistreerd en deze registratie wordt buiten dit systeem opgeslagen.

  • e. Van elke publicatie wordt een elektronische kopie gemaakt, die wordt opgeslagen buiten het systeem voor gegevensverwerking waarmee de publicaties worden uitgegeven en beschikbaar gehouden.

Artikel 3

Vervangende uitgifte van het Staatsblad onderscheidenlijk de Staatscourant als bedoeld in artikel 9 van de Bekendmakingswet, geschiedt:

  • a. door middel van publicatie op een door de Minister van Justitie onderscheidenlijk de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan te wijzen vervangend internetadres,

  • b. door middel van een papieren uitgave, te verstrekken door een nooddistributiepunt dat wordt ingericht door het in artikel 4 genoemde uitgiftepunt, of

  • c. op een andere door de Minister van Justitie onderscheidenlijk de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties te bepalen wijze.

Artikel 4

Het uitgiftepunt, bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de Bekendmakingswet, is ondergebracht bij de stichting ICTU, Wilhelmina van Pruisenweg 104, Postbus 84011, 2508 AA Den Haag.

Artikel 5

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop artikel I van de Wet elektronische bekendmaking in werking treedt.

Artikel 6

Deze regeling wordt aangehaald als: Bekendmakingsregeling.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Justitie,

E.M.H. Hirsch Ballin.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

A.Th.B. Bijleveld-Schouten.

TOELICHTING

1. Algemeen

Deze regeling bevat nadere regels over de elektronische bekendmaking van wet- en regelgeving. De Bekendmakingswet, zoals deze is gewijzigd ingevolge artikel I van de Wet elektronische bekendmaking, voorziet in elektronische uitgifte van het Staatsblad en de Staatscourant. In het Bekendmakingsbesluit zijn diverse uitvoeringsbepalingen opgenomen. Deze regeling bevat een nadere uitwerking van enkele specifieke punten.

2. Artikelsgewijs

Artikel 1

Op grond van de artikelen 2, eerste lid, en 8, eerste lid, van het Bekendmakingsbesluit moet bij ministeriële regeling het internetadres worden aangewezen waarop het Staatsblad en de Staatscourant worden uitgegeven. Uit het oogpunt van toegankelijkheid wordt gekozen voor één internetadres. Op het desbetreffende internetadres – www.officielebekendmakingen.nl – wordt ook het elektronische Tractatenblad uitgegeven (zie artikel 1, eerste lid, van de Regeling elektronische bekendmaking Tractatenblad).

Artikel 2

In artikel 2 van deze regeling wordt bepaald aan welke eisen de betrouwbaarheid en de beveiliging van de uitgifte en de beschikbaarstelling van het elektronische Staatsblad de elektronische Staatscourant moeten voldoen. De artikelen 4, tweede lid, en 10, tweede lid, van het Bekendmakingsbesluit bieden de mogelijkheid hierover regels te stellen.

In onderdeel a wordt het bestandsformaat voorgeschreven dat voor de publicatie moet worden gehanteerd. Bij de keuze van deze standaard is van belang:

  • dat de publicaties op identieke wijze worden afgebeeld, ongeacht de software, het computerplatform of de printer die bij de raadpleging wordt gebruikt;

  • dat het een open standaard is, die geschikt is voor duurzame archivering;

  • dat de doorzoekbaarheid kan worden beperkt indien dit om redenen van privacy gewenst is;

  • dat de bovenstaande eisen zo min mogelijk ten koste gaan van de toegankelijkheidseisen die zijn vastgelegd in de Webrichtlijnen1.

Met het oog op deze eisen is in de regeling het zogenaamde PDF/A-1-bestandsformaat voorgeschreven. PDF/A-1 is een door ISO vastgestelde open standaard die expliciet bedoeld is voor eindversies van documenten, voor publicatie van documenten op websites en voor (langdurige) bewaring. Iedereen kan documenten conform het PDF/A-1-formaat met de (gratis) PDF-reader openen.

PDF/A-1 is te onderscheiden in een a- en een b-type. PDF/A-1a is de meest toegankelijke vorm van PDF. Bij PDF/A-1a worden ook structuur en semantiek opgeslagen. Die documenten zijn daardoor doorzoekbaar met zoekmachines en zodanig toegankelijk dat de website waarop ze worden gepubliceerd kan voldoen aan de eisen in de Webrichtlijnen, indien althans niet-machinaal leesbare elementen zoals afbeeldingen, worden voorzien van een machinaal leesbaar tekstequivalent. Bij PDF/A-1b kan sprake zijn van een afbeelding (image) van documenten, die niet met een zoekmachine doorzoekbaar is. Om te kunnen voldoen aan de eisen in de Webrichtlijnen dient de tekst dan tevens in een formaat te worden aangeboden dat wel voldoende toegankelijk is (bijvoorbeeld HTML).

In de praktijk kan het nodig zijn om in bepaalde gevallen uitsluitend gebruik te maken van PDF/A-1b zonder tevens permanent een HTML-versie van de tekst aan te bieden. Behalve algemeen verbindende voorschriften kunnen in de in artikel 1 genoemde publicaties namelijk ook andere besluiten en kennisgevingen worden gepubliceerd. Hierin kunnen persoonsgegevens zijn opgenomen, waarbij het uit een oogpunt van privacybescherming ongewenst is dat deze permanent door middel van een zoekmachine kunnen worden gevonden. In dat geval bestaat de mogelijkheid om de teksten uitsluitend in het formaat PDF/A-1b als imagebestand te publiceren.

In onderdeel b wordt de eis gesteld dat de publicatie aan hoge continuïteitseisen voldoet. Maatregelen die bijdragen aan een hoge continuïteit zijn onder meer de aanwezigheid van voldoende capaciteit (bandbreedte), zodat de informatie ook bij veel gelijktijdige raadplegingen voor iedereen beschikbaar is, het treffen van voorzieningen tegen kunstmatige overbelasting en het beschikbaar zijn van uitwijkvoorzieningen, zodat de informatievoorziening voortgang vindt bij storingen, onderhoud en calamiteiten.

In onderdeel c is het vereiste van een goede beveiliging opgenomen. Bij een goede beveiliging gaat het bijvoorbeeld om het treffen van de nodige maatregelen van technische en organisatorische aard tegen verlies of aantasting van de publicaties, tegen onbevoegde publicatie en tegen belemmering van de goede werking van het systeem van gegevensverwerking waarmee de publicaties worden uitgegeven en beschikbaar gehouden. Deze beveiliging dient in elk geval zodanig te zijn, dat deze aansluit bij nationale en internationale normen voor informatiebeveiliging.

In de onderdelen d en e worden maatregelen voorgeschreven die een reconstructie mogelijk maken, indien het systeem van gegevensverwerking waarmee publicaties worden uitgegeven en beschikbaar gehouden door een calamiteit worden getroffen. Door vastlegging van alle mutaties die met het systeem van gegevensverwerking zijn verricht en door het maken van een back-up van elke publicatie is herstel van de uitgangssituatie mogelijk. Deze gegevens dienen bewaard te worden op een gegevensdrager die fysiek gescheiden is van het medium dat gebruikt wordt voor de opslag van de publicaties. Uit een oogpunt van veiligheid worden deze gegevens in de regel in een andere ruimte bewaard dan de ruimte waarin het bedoelde systeem voor gegevensverwerking is opgesteld, bij voorkeur zelfs in een ander gebouw.

De eisen sluiten aan bij de eisen die zijn geformuleerd ten aanzien van de uitgifte van het Tractatenblad in de Regeling elektronische bekendmaking Tractatenblad en de Regeling elektronische bekendmaking en beschikbaarstelling decentrale overheden.

Artikel 3

Artikel 9 (nieuw) van de Bekendmakingswet schrijft voor dat de Minister van Justitie onderscheidenlijk de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voorziet in een vervangende uitgave van Staatsblad onderscheidenlijk de Staatscourant als elektronische uitgifte op de in de wet voorziene wijze niet mogelijk is, volgens bij ministeriële regeling te stellen regels. Artikel 3 voorziet in deze regels. Indien het in artikel 1 aangewezen internetadres niet algemeen toegankelijk is voor de raadpleger, of elektronische bekendmaking via dat adres niet mogelijk is, zal als regel worden uitgeweken naar een ander internetadres. Dat is de eerste optie die artikel 3 geeft. De tweede optie is bedoeld voor het geval internet volledig uitvalt en voorziet in de instelling van een nooddistributiepunt op de plek van het reguliere uitgiftepunt, vanwaaruit bekendmaking van Staatsblad en Staatscourant in papieren vorm wordt geregeld. Het derde alternatief – bekendmaking op een andere door de minister te bepalen wijze – is bedoeld voor zeer onvoorziene omstandigheden waarbij bekendmaking via een ander internetadres of verspreiding in papieren vorm vanuit het nooddistributiepunt niet mogelijk is.

Overigens kunnen naast de gekozen alternatieve vorm van officiële bekendmaking andere vormen van verspreiding plaatsvinden, die dan echter niet de status van rechtsgeldige bekendmaking hebben.

Artikel 4

Artikel 10 (nieuw) van de Bekendmakingswet gaat uit van het feit dat niet iedereen toegang heeft tot internet of hiermee kan werken. Daarom wordt de burger in staat gesteld ook een, niet officieel, papieren afschrift van het Staatsblad of de Staatscourant tegen verstrekkingskosten aan te schaffen bij een op grond van artikel 10, tweede lid, van de Bekendmakingswet door de verantwoordelijke minister aan te wijzen uitgiftepunt. Artikel 4 van deze regeling wijst voor die gevallen het uitgiftepunt aan waartoe de burger zich kan wenden.

De Minister van Justitie,

E.M.H. Hirsch Ballin.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

A.Th.B. Bijleveld-Schouten.


XNoot
1

Zie: http://www.webrichtlijnen.nl/richtlijnen/

Naar boven