TOELICHTING
Met deze wijziging van de Regeling tijdelijke maatregelen dierziekten in verband met bluetongue komt het insluitingsgebied
te vervallen. Het insluitingsgebied was eind oktober ingesteld om verdere verspreiding van bluetongue serotype 6 te voorkomen.
Het insluitingsgebied kan komen te vervallen, omdat de zogenoemde knuttenvrije periode recentelijk is ingegaan. Voorts zijn
er geen vectoren actief en zijn er sinds begin december 2008 geen nieuwe gevallen van bluetongue serotype 6 ontdekt. Dit maakt
het veterinair verantwoord om het gebied op te heffen. Ook Duitsland heeft het insluitingsgebied inmiddels opgeheven.
Het bovenstaande betekent dat heel Nederland is aangemerkt als beperkingsgebied voor de bluetongue serotypen 6 en 8 (artikel
3.1). Op een beperkingsgebied is het regime van verordening (EG) nr. 1266/2007 (verder: verordening) van toepassing. Dit regime
was ook van toepassing voordat bluetongue serotype 6 in Nederland aanwezig was en houdt het volgende in:
Verplaatsingen van herkauwers binnen een beperkingsgebied waar dezelfde typen bluetonguevirus circuleren zijn toegestaan,
mits de te verplaatsen dieren op de dag van het vervoer geen klinische tekenen van bluetongue vertonen (artikel 7, eerste
lid, van de verordening). Deze verplaatsingen zijn op dit moment niet alleen toegestaan binnen Nederland, maar ook naar het
beperkingsgebied van Duitsland. Artikel 3.4 van de onderhavige regeling voorziet hierin. Voor een actueel overzicht van de
lidstaten waar de verschillende serotypen bluetongue circuleren, wordt verwezen naar de website van de Europese Commissie2.
Op grond van artikel 8, eerste lid, onderdeel a, van de verordening mogen herkauwers en sperma, eicellen en embryo’s daarvan
vanuit het beperkingsgebied naar een ander bedrijf (buiten het beperkingsgebied) worden vervoerd, mits wordt voldaan aan de
voorwaarden van bijlage III van de verordening. Deze bijlage bevat in ieder geval de verplichting dat de dieren tijdens het
vervoer tegen vectoren moeten zijn beschermd. Van de mogelijkheid, geboden in artikel 8, eerste lid, onderdeel b, om alternatieve
afspraken te maken is op dit moment geen gebruik gemaakt.
Voorts mogen herkauwers uit het beperkingsgebied onder de voorwaarden van artikel 8, vierde lid, van de verordening, buiten
het beperkingsgebied geslacht worden. Deze voorwaarden houden onder meer in dat er geen geval van bluetongue is geconstateerd
gedurende een periode van ten minste 30 dagen vóór de datum van verzending en dat de dieren onder veterinair toezicht naar
het slachthuis worden vervoerd.
Verplaatsingen rechtstreeks vanuit Nederland naar een punt van uitgang voor uitvoer naar een derde land zijn toegestaan onder
de voorwaarden van artikel 8, lid 5bis, van de verordening. Het bovenstaande vindt een nationale vertaalslag in artikel 3.5,
eerste lid.
Artikel 3.5, tweede lid, geeft uitvoering aan artikel 9bis van de verordening. Op basis van dit artikel van de verordening
is het toegestaan dat lidstaten onder voorwaarden specifieke eisen stellen aan de import van herkauwers die niet zijn gevaccineerd
of niet natuurlijk zijn geïmmuniseerd vanwege een (eerdere) besmetting met bluetongue. De eisen die Nederland aan de import
mag stellen houden in dat, naast gevaccineerde en natuurlijk geïmmuniseerde herkauwers, alleen herkauwers uit een gebied met
een ander bluetongue serotype mogen worden ingevoerd, indien zij jonger zijn dan 90 dagen en aan de overige voorwaarden uit
dit artikel voldoen omtrent de bescherming tegen vectoren en een testregime (artikel 3.5, tweede lid, onderdeel a). De mogelijkheid
tot het stellen van deze eisen door de lidstaten is overigens beperkt tot en met 31 december 2009. Overigens kunnen voornoemde
dieren tevens worden geïmporteerd als ze aan het reguliere regime van artikel 8 van de verordening voldoen (artikel 3.5, tweede
lid, onderdeel b).
Artikel 9 van de verordening stelt voorwaarden aan de doorvoer van herkauwers. Deze voorwaarden zien op de behandeling van
de dieren en de vervoermiddelen met insecticiden of insectwerende middelen en de bescherming van dieren tegen vectoren (artikel
3.6, eerste en tweede lid). Deze voorwaarden zijn niet langer van toepassing wanneer meer dan 60 dagen zijn verstreken sinds
de aanvang van de zogenoemde knuttenvrije periode. Wanneer het einde van de knuttenvrije periode is vastgesteld, zijn de voorwaarden
echter weer onverkort van toepassing (artikel 3.6, derde lid).
De wijziging van deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten.
Het karakter van de regeling brengt met zich mee dat afgeweken wordt van de uitgangspunten van de vaste verandermomenten voor
regelgeving.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
G. Verburg.