Regeling van 29 september 2008, nr. 5561656/08, houdende de aanpassing van de Regeling criminele inlichtingen eenheden en de Regeling opsporingsinformatie regionale politiekorpsen aan de Wet politiegegevens

De Minister van Justitie, de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Defensie,

Gelet op de artikelen 38b, 46, 48 en 48b van de Politiewet 1993 en de artikelen 2, 4, 5, 5a en 5b van het Besluit beheer regionale politiekorpsen;

Besluiten:

ARTIKEL I

De Regeling criminele inlichtingen eenheden wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt gewijzigd als volgt:

1. Onderdeel d komt te luiden:

d. informantgegevens:

gegevens omtrent een persoon, bedoeld in artikel 12, zevende lid, van de Wet politiegegevens.

2. Onderdeel e komt te luiden:

e. criminele inlichtingen:

gegevens, die in aanmerking komen voor verwerking op grond van artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de Wet politiegegevens.

3. Onderdeel f komt te luiden:

f. verantwoordelijke:

de verantwoordelijke, bedoeld in artikel 1, onderdeel f, van de Wet politiegegevens.

B

In artikel 2 wordt de zinsnede ‘als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel k, van de Wet politieregisters’ vervangen door: artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de Wet politiegegevens.

C

Artikel 4, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:

1. Onderdeel b komt te luiden:

  • b. Het verwerken van criminele inlichtingen in een bestand, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet politiegegevens.

2. In onderdeel c wordt het woord ‘registratie’ vervangen door: verwerking. De woorden ‘de Wet politieregisters’ worden vervangen door: de Wet politiegegevens.

3. In onderdeel d, onder 1°, wordt de zinsnede ‘artikel 1, eerste lid, onder k, van de Wet politieregisters’ vervangen door: artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de Wet politiegegevens.

4. Onderdeel e komt te luiden:

  • e. het ter beschikking stellen van criminele inlichtingen overeenkomstig artikel 10, vijfde lid, van de Wet politiegegevens..

D

Artikel 5 komt te luiden:

Artikel 5

Criminele inlichtingen eenheden verwerken informantgegevens overeenkomstig het bepaalde in artikel 12 van de Wet politiegegevens, onder gelijktijdige codetoekenning. Informantgegevens kunnen slechts worden verwerkt met het oog op de doeleinden, bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de Wet politiegegevens.

E

Artikel 6 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het tweede lid wordt de zinsnede ‘als bedoeld in artikel 17 van het Besluit politieregisters ten aanzien van de registers zware criminaliteit’ vervangen door: als bedoeld in artikel 2:5, eerste lid, van het Besluit politiegegevens ten aanzien van het bestand met criminele inlichtingen.

2. In het derde lid worden de woorden ‘de korpsbeheerder’ vervangen door: de verantwoordelijke.

F

Artikel 7, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:

1. Onderdeel a komt te luiden:

  • a. criminele inlichtingen die van nationale of internationale betekenis zijn;

2. Onderdeel b komt te luiden:

  • b. personalia of bedrijfsgegevens van overeenkomstig artikel 10, tweede lid, onderdelen a en b, van de Wet politiegegevens geregistreerde personen in de door de Ministers aangewezen geautomatiseerde verwijzingsindex;

G

Artikel 8 wordt gewijzigd als volgt:

1. Het eerste lid, onderdeel a, komt te luiden:

  • a. criminele inlichtingen, voorzover deze gegevens van nationale of internationale betekenis zijn;

2. Het eerste lid, onderdeel b, komt te luiden:

  • b. personalia of bedrijfsgegevens van overeenkomstig artikel 10, tweede lid, onderdelen a en b, van de Wet politiegegevens geregistreerde personen in de door de Ministers aangewezen geautomatiseerde verwijzingsindex;

3. In het tweede lid worden de woorden ‘de Wet politieregisters’ vervangen door: de Wet politiegegevens.

H

In artikel 9, tweede lid, wordt ‘de beheerder’ vervangen door: de verantwoordelijke.

I

In artikel 10, eerste lid, wordt ‘de beheerder’ vervangen door: de verantwoordelijke.

J

In artikel 12 wordt ‘de beheerder’ telkens vervangen door: de verantwoordelijke.

K

Bijlage I wordt gewijzigd als volgt:

De titel ‘Zwacri-informatierapport’ wordt vervangen door: Criminele inlichtingenrapport. De zin ‘Het Zwacri-informatierapport dient de volgende verplichte rubrieken te bevatten’ wordt vervangen door: Het criminele inlichtingenrapport dient de volgende verplichte rubrieken te bevatten. De woorden ‘Hoofdgroepcode, CIE-informatieregister zware criminaliteit en CIE-informatie voorlopig register’ komen te vervallen.

ARTIKEL II

De Regeling opsporingsinformatie regionale politiekorpsen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 komen het eerste, derde en vierde onderdeel te vervallen. Het tweede en vijfde onderdeel worden vernummerd tot: 1 en 2.

B

Artikel 2 wordt gewijzigd als volgt:

In het eerste lid wordt het woord ‘registreert’ vervangen door: verwerkt. De woorden ‘als bedoeld in paragraaf 4 van het modelreglement Herkenningsdienst’ worden vervangen door: op grond van artikel 13 van de Wet politiegegevens.

C

In artikel 3 worden de woorden ‘op de wijze als voorgeschreven in het reglement politieregisters OPS’ vervangen door: op grond van artikel 13 van de Wet politiegegevens.

D

In artikel 4 worden de woorden ‘op de wijze als voorschreven in het reglement politieregister vingerafdrukken dCRI’ vervangen door: op grond van artikel 13 van de Wet politiegegevens.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Justitie,

E.M.H. Hirsch Ballin.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst.

De Minister van Defensie,

E. van Middelkoop.

TOELICHTING

Met ingang van 1 januari 2008 is de Wet politiegegevens in werking getreden, en de Wet politieregisters ingetrokken (art. 49 Wpolg). In verschillende ministeriele regelingen wordt echter verwezen naar de Wet politieregisters. Met de artikelen I en II worden de verwijzingen naar de relevante artikelen van de oude Wet politieregisters vervangen door die naar de thans geldende Wet politiegegevens. De Wet politiegegevens bevat een definitie van de informant (artikel 12, zevende lid, Wpolg), dit heeft aanleiding gegeven tot vervanging van de definitie in de Regeling criminele inlichtingen eenheden (artikel 1, onderdeel d). Met de Wet politiegegevens is het begrip ‘registerbeheerder’ of ‘beheerder’ vervangen door ‘de verantwoordelijke’. Dit heeft aanleiding gegeven tot aanpassing van verschillende bepalingen. Met de Wet politiegegevens is tevens het begrip ‘voorlopig register’ komen te vervallen, dit heeft geleid tot aanpassing van artikel 4, eerste lid, onderdeel b, artikel 7, eerste lid, onderdeel a en artikel 8, eerste lid, onderdeel a, van de Regeling criminele inlichtingen eenheden. Tenslotte is met de Wet politiegegevens de reglementsverplichting komen te vervallen. Dit heeft aanleiding gegeven tot aanpassing van de artikelen 4, eerste lid, onderdelen b en e, en artikel 5 van de Regeling criminele inlichtingen eenheden. Dit heeft tevens aanleiding gegeven tot aanpassing van de artikelen 1, 2, eerste lid, 3 en 4 van de Regeling opsporingsinformatie regionale politiekorpsen. De betreffende gegevensverwerkingen kunnen plaatsvinden op grond van artikel 13 van de Wet politiegegevens. Dit betreft de gegevensverwerking ten behoeve van ondersteunende taken. Hierover worden nadere regels gegeven in artikel 6:2 van het Besluit politiegegevens.

Met artikel III wordt aan deze regeling terugwerkende kracht verleend zodat de verwijzingen naar de Wet politiegegevens in de tijd volledig aansluiten op die naar de oude Wet politieregisters en er in de praktijk geen onduidelijkheid kan ontstaan over de toepassing van de regels. De rechtszekerheid is hiermee gediend.

De Minister van Justitie,

E.M.H. Hirsch Ballin.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst.

De Minister van Defensie,

E. van Middelkoop.

Naar boven