Burgemeester en wethouders van Rotterdam maken bekend dat
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland bij besluit van 7 juli 2009
(PZH-2009-451271A), verzonden 10 juli 2009, gedeeltelijke goedkeuring hebben
verleend aan het door de gemeenteraad op 20 november 2008 vastgestelde
bestemmingsplan ‘Deeldijk’.
Gedeputeerde Staten hebben de bij hen ingediende bedenking tegen
het vaststellingsbesluit gedeeltelijk gegrond verklaard en besloten het plan
gedeeltelijk goed te keuren. Goedkeuring is onthouden aan de risicocontouren
behorende bij de (verplaatste) leidingstrook.
Begrenzing plangebied
Het plangebied is gelegen in de deelgemeente Hoogvliet en loopt
van de polder Kleine Gadering in het noorden, tot in de rivier de Oude Maas in
het zuiden. Zowel de oost- als zuidgrens van het plangebied wordt gevormd door
de gemeentegrens. De westgrens wordt grotendeels gevormd door de begrenzing van
drie nu nog vigerende bestemmingsplannen ‘Zalmplaat’, ‘Boomgaardshoek’ en
‘Beneluxtunnel en Beneluxlijn LMO’. De noordgrens wordt gevormd door de grens
van het thans vigerende bestemmingsplan, ‘Vondelingenweg en de Albert
Plesmanweg’.
Het besluit van Gedeputeerde Staten en het daarbij behorende
bestemmingsplan liggen met ingang van vrijdag 7 augustus gedurende zes weken
(dus tot en met donderdag 17 september 2009) op werkdagen van 9.00 tot 16.00
uur ter inzage bij:
• het City Informatie Centrum, Coolsingel 197 (maandag van
13.00 uur tot 16.30, overige werkdagen van 09.00 tot 16.30 uur), bereikbaar op
telefoonnummer 0800-1545.
• de secretarie van de deelgemeente Hoogvliet, Middenbaan
Noord 47.
Gedurende deze termijn van zes weken kunnen degenen die zich
tijdig tot Gedeputeerde Staten hebben gewend, alsmede belanghebbenden die
aantonen dat zij redelijkerwijs niet in staat zijn geweest zich tot
Gedeputeerde Staten te wenden, tegen dit besluit schriftelijk beroep instellen
bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019,
2500 EA Den Haag.
Het besluit van Gedeputeerde Staten inzake goedkeuring treedt in
werking daags na afloop van de beroepstermijn, tenzij binnen de beroepstermijn
een verzoek om voorlopige voorziening is ingediend bij de Voorzitter van de
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.