De Staatssecretaris van Economische Zaken,
Handelende in overeenstemming met de Minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en met de Minister van
Financiën;
Gelet op de artikelen 2, derde lid,
11 en 12 van het Frequentiebesluit;
Besluit:
TOELICHTING
Bij besluit van 22 maart 2009, nr. WJZ/9055693, is bekend gemaakt dat
een procedure wordt gehouden voor de uitgifte van de kavels A7 en A8 voor
landelijke commerciële radio-omroep in de FM-band, voor de periode tot
1 september 2011. Voor de periode vanaf die datum zou het nieuwe beleid voor
analoge en digitale etherradio, dat toentertijd nog in ontwikkeling was, ook op
de kavels A7 en A8 worden toegepast. Met het oog op de hiervoor bedoelde
uitgifteprocedure is op 27 maart 2009 de Tijdelijke regeling uitgifte kavels A7
en A8 in werking getreden.
Zoals aangeduid in mijn brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer
van 23 juni 2009 (Kamerstukken II 2008–2009,
24 095, nr. 241)
hecht ik groot belang aan het bevorderen van digitalisering van commerciële
radio in de ether. Verlengen van de vergunningsduur van de zeven nog lopende
landelijke vergunningen geeft mij de mogelijkheid een extra impuls te geven aan
de digitalisering van de radio-omroep via de ether. Daarom heb ik ervoor
gekozen deze vergunningen met zes jaar te verlengen en deze te koppelen aan
frequentieruimte bestemd voor digitale etherradio (T-DAB). Met deze beleidslijn
sluit ik aan bij ontwikkelingen in andere Europese landen en geef ik
commerciële omroepen en hun investeerders nu reeds duidelijkheid. Hierdoor en
door de continuering van vergunningen tot na 1 september 2011 kan de
digitalisering van commerciële radio na september 2011 een forse impuls worden
gegeven.
Deze beleidskeuze heeft ook gevolgen voor de uitgifteprocedure voor
de kavels A7 en A8.
De uitgifte van deze kavels zou plaatsvinden voor de periode tot
1 september 2011. Gezien deze korte vergunningsperiode was er een reële kans
dat de vraag niet het aanbod zou overtreffen. De verdelingsprocedure
was hierop afgestemd. Verder is van belang dat de beoogde tijdelijke verdeling
van de kavels A7 en A8 geen prikkel bevat om te investeren in digitale
radio.
Het in de brief geschetste beleid ten aanzien van digitalisering is
reden de kavels A7 en A8 alsnog te gaan bestemmen voor omroepen die een
bijdrage willen leveren aan de opvolger van analoge etherradio. Vanuit het
oogpunt van doelmatig ethergebruik is het daarom wenselijk om deze twee kavels
nu reeds met een verplichting tot digitalisering vanaf 1 september 2011 uit te
geven voor de periode tot 1 september 2017.
Tegen deze achtergrond is de lopende procedure stilgezet en wordt het
besluit van 22 maart 2009, nr. WJZ/9055693, ingetrokken, evenals – met deze
regeling – de Tijdelijke regeling uitgifte kavels A7 en A8. Op aanvragen die
nog in behandeling zijn, zal besluitvorming plaatsvinden met inachtneming van
de intrekking van voornoemd besluit en van de Tijdelijke regeling. Omdat
partijen voor de deelname aan de tijdelijke uitgifte specifieke kosten hebben
gemaakt, zal hen de gelegenheid worden geboden in nader te bepalen gevallen een
vergoeding voor deze kosten te verkrijgen.
De kavels A7 en A8 zullen verdeeld worden op basis van een nieuwe
uitgifteprocedure. De nieuwe verdeling zal beginnen door plaatsing van een
nieuw bekendmakingbesluit als bedoeld in artikel 3 van het Frequentiebesluit.
Er zal geen nieuwe belangstellings-registratie plaatsvinden, omdat de vraag
naar de kavels A7 en A8 onder de gewijzigde condities naar alle
waarschijnlijkheid veel groter zal zijn dan het aanbod.
De Staatssecretaris van
Economische Zaken,
F. Heemskerk.