stcrt-2009-11392-001.png Vaststelling facetbestemmingsplan Openluchtrecreatie gewijzigd

Burgemeester en wethouders van de gemeente Wûnseradiel maken ingevolge artikel 3.8, lid 4 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) bekend dat de gemeenteraad op 26 mei 2009 het facetbestemmingsplan Openluchtrecreatie gewijzigd heeft vastgesteld. Tevens heeft de raad besloten om geen exploitatieplan vast te stellen, als bedoeld in artikel 6.12 Wro.

Het gewijzigd vastgestelde plan en de daarbij behorende stukken liggen met ingang van 30 juli 2009 tot en met 9 september 2009 in het gemeentehuis, afdeling VROM, tijdens openingstijden alsmede op maandag van 18.00 tot 20.00 uur, na telefonische afspraak, voor een ieder ter inzage ter inzage. Het facetbestemmingsplan Openluchtrecreatie omvat de planologische regeling voor kampeervoorzieningen in de gemeente, zowel bestaande voorzieningen als nieuwe.

De ambtshalve wijziging betreft:

  • een aanpassing van de wijzigingsbevoegdheid in artikel 3, betreffende het aantal reguliere verblijfsrecreatieterreinen;

  • een aanscherping van de vereiste landschappelijke inpassing voor stacaravans/chalets;

  • dat het aantal standplaatsen geldt voor kampeermiddelen en stacaravans en/of chalets;

  • dat bij kleinschalige recreatie een afstand van 5 meter tussen kampeermiddelen is opgenomen;

  • dat voor Holle Poarte en Mounewetter afzonderlijke bestemmingsplannen gelden;

  • dat de uitbreiding van minicamping aan Schwartzenbergweg 2 te Hichtum en de uitbreiding van een minicamping naar een reguliere camping aan de Bonjeterperweg 8 te Allingawier is opgenomen.

Degene die tijdig zijn zienswijze bij de gemeenteraad kenbaar heeft gemaakt, alsmede een belanghebbende die aantoont dat hij redelijkerwijs niet in staat is geweest overeenkomstig artikel 6.13 Algemene wet bestuursrecht zijn zienswijze bij de gemeenteraad kenbaar te maken, kan gedurende bovengenoemde termijn van zes weken bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 AE Den Haag. Hiervoor is griffierecht verschuldigd. Een gelijke bevoegdheid komt toe aan een ieder die bedenkingen heeft ten aanzien van de wijzigingen die bij de vaststelling van het facetbestemmingsplan zijn aangebracht ten opzichte van het ontwerp.

Het indienen van een beroepschrift heeft geen schorsende werking. Het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beroepstermijn afloopt. Indien gedurende de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening wordt ingediend bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, treedt het besluit niet in werking voordat op het verzoek is beslist.

Witmarsum, 29 juli 2009

Naar boven