Besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 15 juli 2009, nr. 24043, houdende verlening van machtiging aan de domeindirecties, facetdirecties en programmadirecties (Mandaatbesluit LNV beleidskern)

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Besluit:

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

  • 1. De directeur en de plaatsvervangend directeur van de domeindirecties, de facetdirecties en de programmadirecties, alsmede de regiodirecteuren van de regiovestigingen Noord, Zuid, Oost en West van de Directie Regionale Zaken zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

    • a. besluiten omtrent subsidieverstrekkingen aan organisaties werkzaam op het beleidsterrein van de directie, voor zover het subsidiebedrag het hiervoor vastgestelde bedrag in de begroting van de directie niet overschrijdt en de subsidie niet is gebaseerd op een door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit vastgestelde regeling;

    • b. het sluiten van overeenkomsten met betrekking tot onderzoek op het beleidsterrein van de directie, voor zover het subsidiebedrag het hiervoor vastgestelde bedrag in de begroting van de directie niet overschrijdt;

    • c. het sluiten van overeenkomsten voor uitgaven van materiële aard;

    • d. de beantwoording van aan de Minister gerichte individuele brieven, zijn werkterrein betreffende, voor zover het antwoord zich beperkt tot een beschrijving van vigerend beleid en niet van politieke betekenis is, terwijl ook overigens uit de aard en inhoud van de desbetreffende brieven niet voortvloeit dat de beantwoording door de minister persoonlijk of namens hem door de secretaris-generaal dient te worden ondertekend.

  • 2. Het hoofd van de eenheid Bedrijfsvoering Beleidskern en het plaatsvervangend hoofd van de eenheid Bedrijfsvoering Beleidskern zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende het sluiten van overeenkomsten voor uitgaven van materiële aard.

Artikel 2

De overige leden van het managementteam van de domeindirecties, de facetdirecties, de programmadirecties en de eenheid Bedrijfsvoering Beleidskern zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende het sluiten van overeenkomsten voor uitgaven van materiële aard voor zover deze een bedrag van € 10.000,– niet te boven gaan.

HOOFDSTUK 2. DIRECTIE VOEDSEL, DIER EN CONSUMENT

Artikel 3

De directeur en de plaatsvervangend directeur Voedsel, Dier en Consument zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende besluiten als bedoeld in artikel 24, tiende lid, onderdeel a, artikel 24a, eerste lid, onderdeel f, artikel 30, derde lid, artikel 33, zesde lid, artikel 37, derde lid, van het Besluit genetisch gemodificeerde organismen Wet milieugevaarlijke stoffen, alsmede het ter inzage liggen van ontwerpbesluiten, voor zover het besluit niet van politieke betekenis is.

Artikel 4

De directeur, de plaatsvervangend directeur, de Chief Veterinary Officer en de plaatsvervangend Chief Veterinary Officer zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

  • a. de registratie van diergeneesmiddelen, bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Diergeneesmiddelenwet, alsmede schorsingen en doorhalingen ingevolge de artikelen 10 en 11 van de Diergeneesmiddelenwet;

  • b. de toestemming voor de proefneming, bedoeld in artikel 75, eerste lid, onder b, van het Diergeneesmiddelenbesluit;

  • c. de vergunning voor het bereiden, verpakken, etiketteren of afleveren van diergeneesmiddelen, bedoeld in artikel 21, eerste lid, van de Diergeneesmiddelenwet;

  • d. de aanwijzing, bedoeld in artikel 29, van de Diergeneesmiddelenwet;

  • e. de ontheffing, bedoeld in artikel 45, eerste lid, van de Diergeneesmiddelenwet.

HOOFDSTUK 3. DIRECTIE NATUUR, LANDSCHAP EN PLATTELAND

Artikel 5

De directeur en de plaatsvervangend directeur Natuur, Landschap en Platteland zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

  • a. de goedkeuring van de begroting van het Jachtfonds, bedoeld in artikel 33 van de Jachtwet, en de bekostiging van het Jachtfonds, bedoeld in artikel 37 van de Jachtwet, alsmede de goedkeuring van de begroting van het Faunafonds, bedoeld in artikel 90, tweede lid, van de Flora- en faunawet en de verlening van de bijdrage aan het Faunafonds, bedoeld in artikel 96, eerste lid, van de Flora- en faunawet;

  • b. de besluiten als bedoeld in de artikelen 16, eerste lid, 19d, eerste lid en 19j, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998, voorzover het niet betreft de bevoegdheid tot het vernietigen van of tot het onthouden van goedkeuring aan een besluit van een ander bestuursorgaan als bedoeld in artikel 10:3, tweede lid, onderdeel d van de Algemene wet bestuursrecht;

  • c. het in kennis stellen van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, bedoeld in artikel 19k, tweede lid, van de Natuurbeschermingswet 1998.

HOOFDSTUK 4. DIRECTIE AGROKETENS EN VISSERIJ

Artikel 6

De directeur en de plaatsvervangend directeur Agroketens en Visserij zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

  • a. het aangaan van huurovereenkomsten voor bedrijfsvaartuigen en andere huurovereenkomsten die ten dienste zijn van de afdeling rederij;

  • b. het aangaan van hulp- en bergingsovereenkomsten ten behoeve van schepen van de afdeling rederij;

  • c. het verlenen van toestemming tot hulpverlening of berging.

Artikel 7

De directeur en de plaatsvervangend directeur Agroketens en Visserij zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

  • a. de besluiten inzake het Besluit registratie vissersvaartuigen 1998;

  • b. de besluiten inzake de Regeling visvergunning;

  • c. de besluiten inzake de Regeling contingentering zeevis;

  • d. de besluiten inzake de Regeling technische maatregelen 2000;

  • e. de besluiten inzake betreffende de goedkeuring van de werkprogramma’s, bedoeld in de Regeling werkprogramma’s producentenorganisaties visserij- en aquacultuursector;

  • f. de besluiten inzake de opkoopregeling gereserveerde licenties 2003;

  • h. het opleggen van leges als bedoeld in artikel 74 van de Visserijwet 1963;

  • i. de besluiten inzake de Regeling visserij-inspanningen herstelplannen;

  • j. de besluiten inzake de Regeling vangstbeperking;

  • k. de besluiten, bedoeld in artikel 6d van het Reglement zee- en kustvisserij 1977, voor zover betrekking hebbend op ontheffingen van de bepalingen bij of krachtens dat besluit genomen;

  • l. het verlenen van vergunningen als bedoeld in artikel 7, tweede lid, van de Visserijwet 1963;

  • m. de besluiten, bedoeld in de artikelen 8 en 11 van het Reglement voor de binnenvisserij 1985, voor zover geen betrekking hebbend op vrijstellingen;

  • n. de besluiten, bedoeld in artikel 11 van het Reglement minimummaten en gesloten tijden 1985, voor zover geen betrekking hebbend op vrijstellingen;

  • o. het aangaan van overeenkomsten van huur en verhuur van visrecht voor alle staatswateren, met uitzondering van die welke in beheer zijn bij het Bureau Beheer Landbouwgronden en Staatsbosbeheer.

Artikel 8

De programmadirecteur van het programma Biobased Economy is gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

  • a. besluiten omtrent subsidieverstrekkingen aan organisaties werkzaam op het beleidsterrein van het programma, voor zover het subsidiebedrag het hiervoor vastgestelde bedrag in de begroting van het programma niet overschrijdt en de subsidie niet is gebaseerd op een door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit vastgestelde regeling;

  • b. het sluiten van overeenkomsten met betrekking tot onderzoek op het beleidsterrein van het programma, voor zover het subsidiebedrag het hiervoor vastgestelde bedrag in de begroting van het programma niet overschrijdt;

  • c. het sluiten van overeenkomsten voor uitgaven van materiële aard;

  • d. de beantwoording van aan de Minister gerichte individuele brieven, zijn werkterrein betreffende, voor zover het antwoord zich beperkt tot een beschrijving van vigerend beleid en niet van politieke betekenis is, terwijl ook overigens uit de aard en inhoud van de desbetreffende brieven niet voortvloeit dat de beantwoording door de minister persoonlijk of namens hem door de secretaris-generaal dient te worden ondertekend.

HOOFDSTUK 5. DIRECTIE REGIONALE ZAKEN

Artikel 9

De directeur en de plaatsvervangend directeur van de Directie Regionale Zaken, alsmede de regiodirecteuren en MT-leden van de regiovestigingen Noord, Zuid, Oost en West zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

  • a. de besluiten als bedoeld in de artikelen 16, eerste lid, 19d, eerste lid, en 19j, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998, voor zover het niet betreft de bevoegdheid tot het vernietigen van of het onthouden van goedkeuring aan een besluit van een ander bestuursorgaan als bedoeld in artikel 10:3, tweede lid, onderdeel d, van de Algemene wet bestuursrecht;

  • b. de besluiten als bedoeld in artikel 20, tweede lid, van de Natuurbeschermingswet 1998;

  • c. de inschrijving, bedoeld in artikel 40 van de Natuurbeschermingswet 1998;

  • d. het zenden van een afschrift van de ontvangstbevestiging en van het verzoek om een vergunning als bedoeld in artikel 44 van de Natuurbeschermingswet 1998;

  • e. de besluiten tot toepassing van bestuursdwang, bedoeld in artikel 57, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet.

Artikel 10

De directeur en de plaatsvervangend directeur, alsmede de regiodirecteur en de MT-leden van de regiovestiging Oost van de Directie Regionale Zaken zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende besluiten op grond van de Regeling eenmalig project herintroductie otters.

Artikel 11

De directeur en de plaatsvervangend directeur, alsmede de regiodirecteur en de MT-leden van de regiovestiging West van de Directie Regionale Zaken zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende het aangaan van verplichtingen en het doen van betalingen voortkomend uit de rijksparticipatie in de gemeenschappelijke regelingen voor Midden-Delfland en de Grevelingen.

HOOFDSTUK 6. DIRECTIE JURIDISCHE ZAKEN

Artikel 12

De directeur en de plaatsvervangend directeur van de Directie Juridische Zaken zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

  • a. de besluiten op grond van artikel 6 van de Wet openbaarheid van bestuur stekkende tot verdaging van een beslissing op een verzoek om informatie als bedoeld in artikel 3 van de Wet openbaarheid van bestuur;

  • b. de verzoeken aan derden op grond van artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht, betrekking hebbend op een verzoek om informatie als bedoeld in artikel 3 van de Wet openbaarheid van bestuur;

  • c. het verstrekken van documenten ten aanzien waarvan reeds een beslissing op grond van de Wet openbaarheid van bestuur is genomen;

  • d. de besluiten op grond van de artikelen 86, 90 en 91 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

  • e. de afwijzing van verzoeken om schadevergoeding en de toekenning van schadevergoeding voor zover dit een bedrag van € 5000,– niet te boven gaat;

Artikel 13

De overige leden van het managementteam van de Directie Juridische Zaken zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

  • a. de besluiten op grond van artikel 6 van de Wet openbaarheid van bestuur stekkende tot verdaging van een beslissing op een verzoek om informatie als bedoeld in artikel 3 van de Wet openbaarheid van bestuur;

  • b. de verzoeken aan derden op grond van artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht, betrekking hebbend op een verzoek om informatie als bedoeld in artikel 3 van de Wet openbaarheid van bestuur;

  • c. het verstrekken van documenten ten aanzien waarvan reeds een beslissing op grond van de Wet openbaarheid van bestuur is genomen.

HOOFDSTUK 7. DIRECTIE INTERNATIONALE ZAKEN

Artikel 14

De directeur en de plaatsvervangend directeur van de Directie Internationale Zaken zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende het sluiten van overeenkomsten ter realisering van programmadoelstellingen zoals goedgekeurd door de secretaris-generaal van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (TRCIZ/2006/20202).

HOOFDSTUK 8. DIRECTIE KENNIS EN INNOVATIE

Artikel 15

De directeur en de plaatsvervangend directeur van de Directie Kennis en Innovatie zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

  • a. de bekostiging van Wageningen Universiteit, van agrarische innovatie en praktijkcentra en van het landelijk orgaan voor het beroepsonderwijs in de agrarische sector;

  • b. de besluiten op basis van de Wet op voortgezet onderwijs dan wel de Wet educatie en beroepsonderwijs met betrekking tot:

    • 1°. gecommitteerden en deskundigen bij examens;

    • 2°. de inrichting van het onderwijs;

    • 3°. de benoemingseisen en verklaringen van bekwaamheid van leraren;

    • de ingebruikneming, verhuur of vervreemding van roerende en onroerende zaken;

  • c. de besluiten op grond van de Regeling subsidie Stichting Dienst Landbouwkundig Onderzoek, voor zover het subsidiebedrag het hiervoor vastgestelde bedrag in de begroting van de directie niet overschrijdt.

HOOFDSTUK 9. SLOTBEPALINGEN

Artikel 16

De ondertekening, bedoeld in artikelen 1 tot en met 15, luidt:

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

voor deze:

gevolgd door functieaanduiding, handtekening en naam functionaris.

Artikel 17

De volgende besluiten worden ingetrokken:

a. het besluit van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van 10 mei 2001, nr. TRCJZ/2001/1671, houdende het mandaat directeur Groene Ruimte en Recreatie (Stcrt. 2001, 91);

b. het besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 20 oktober 2003, nr. TRCJZ/2003/8996, houdende het mandaatbesluit Directie Natuur;

c. het Mandaatbesluit LNV Regionale Zaken;

d. het Mandaatbesluit LNV Directie Visserij;

e. het Mandaatbesluit LNV Directie Juridische Zaken;

f. het Mandaatbesluit LNV Directie Kennis;

g. het Mandaatbesluit LNV directie Landbouw;

h. het Mandaatbesluit LNV Directie Internationale Zaken;

i. het Mandaatbesluit LNV Voedselkwaliteit en Diergezondheid;

j. het Mandaatbesluit LNV Directie Industrie en Handel.

Artikel 18

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 16 juni.

Artikel 19

Dit besluit wordt aangehaald als: Mandaatbesluit LNV beleidskern.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 15 juli 2009

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg.

Naar boven