Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 6 juli 2009, nr. HO&S/CBV/131415, tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Gelet op artikel 7.43, vierde lid, en 7.52, vijfde lid van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, en de 4.9, vierde lid, 4.10, 4.19, 4. 20, vierde lid, 4.23, eerste lid en 4.27, eerste lid, onder d van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008;

Besluit:

ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE REGELING FINANCIËN HOGER ONDERWIJS

De Regeling financiën hoger onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2, eerste lid, wordt ‘€ 19.260,64’ vervangen door: € 19.915,71.

B

In artikel 4, eerste lid, wordt ‘€ 3.008,71’ vervangen door: € 3.111,04.

C

Artikel 9 komt te luiden:

Artikel 9. Vaststelling collegegeld

• 1. De bedragen, genoemd in artikel 7.43, eerste en tweede lid, van de wet worden voor het studiejaar 2009–2010 aan de hand van de consumentenprijsindex, bedoeld in artikel 8, vastgesteld op € 1.620.

• 2. De bedragen, genoemd in artikel 7.43, eerste en tweede lid, van de wet worden voor het studiejaar 2010–2011 aan de hand van de consumentenprijsindex, bedoeld in artikel 8, vastgesteld op € 1.672.

D

Bijlagen 3, 5, 7 en 9 worden vervangen door nieuwe bijlagen, luidende:

BIJLAGE 3 BIJ ARTIKEL 3, EERSTE LID, ONDERDEEL A

Bedragen onderwijsopslag universiteiten, bedoeld in artikel 4.10 van het besluit

Universiteit		Kwaliteit	Kwetsbare opleidingen	Bijzondere voorzieningen	Totaalbedrag
21PB	Universiteit Leiden	€ 2.770.424	€ 18.274.970	€ 763.706	€ 21.809.100
21PC	Universiteit Groningen	€ 4.138.122	€ 29.110.957		€ 33.249.079
21PD	Universiteit Utrecht	€ 5.001.582	€ 47.043.052	€ 132.826	€ 52.177.460
21PE	Erasmus Universiteit Rotterdam	€ 2.403.476	€ 23.634.743	€ 8.199.821	€ 34.238.040
21PF	Technische Universiteit Delft	€ 2.484.317		€ 7.136.211	€ 9.620.528
21PG	Technische Universiteit Eindhoven	€ 1.500.503			€ 1.500.503
21PH	Universiteit Twente (Enschede)	€ 1.507.979	€ 12.696.286	€ 14.566.581	€ 28.770.846
21PJ	Universiteit Maastricht	€ 2.372.116	€ 21.596.575	€ 517.005	€ 24.485.696
21PK	Universiteit van Amsterdam	€ 3.756.141	€ 23.486.511	€ 804.378	€ 28.047.030
21PL	Vrije Universiteit Amsterdam	€ 3.057.187	€ 23.831.419	€ 265.652	€ 27.154.258
21PM	Radboud Universiteit Nijmegen	€ 2.792.312	€ 24.746.311	€ 1.339.116	€ 28.877.739
21PN	Universiteit van Tilburg	€ 1.585.553		€ 2.874.915	€ 4.460.468
22NC	Open Universiteit	€ 218.073		€ 16.743.774	€ 16.961.847
00DV	Protestantse Theologische Universiteit	€ 19.788		€ 4.496.953	€ 4.516.741
21QO	Theologische Universiteit Apeldoorn	€ 9.103		€ 673.607	€ 682.710
23BF	Universiteit voor Humanistiek	€ 38.491		€ 1.425.037	€ 1.463.528
	Totaal	€ 33.655.167	€ 224.420.824	€ 59.939.582	€ 318.015.573

BIJLAGE 5 BIJ ARTIKEL 3, TWEEDE LID, ONDERDEEL A

Bedragen onderwijsopslag hogescholen, bedoeld in artikel 4.19 van het besluit

Hogeschool		Kwaliteit	Kwetsbare opleidingen	Bijzondere voorzieningen	Totaalbedrag
00BH	Saxion Hogeschool IJselland	€ 1.917.238			€ 1.917.238
00IC	Katholieke PABO Zwolle	€ 314.909			€ 314.909
00MF	Hogeschool voor de Kunsten Utrecht	€ 1.983.763			€ 1.983.763
01VU	Christelijke Hogeschool Windesheim	€ 5.638.828			€ 5.638.828
02BY	Gerrit Rietveld Academie	€ 571.163			€ 571.163
02NR	Hotelschool Den Haag	€ 677.651			€ 677.651
02NT	Design Academy Eindhoven	€ 317.152			€ 317.152
04CS	Hogeschool Helicon	€ 235.727			€ 235.727
07GR	Avans Hogeschool Breda/Tilburg	€ 4.197.506			€ 4.197.506
08OK	Hogeschool De Kempel	€ 422.320			€ 422.320
08YJ	Hogeschool Edith Stein	€ 516.291			€ 516.291
09OR	Hogeschool Domstad	€ 513.826			€ 513.826
09OT	Iselinge Hogeschool	€ 253.295			€ 253.295
10IZ	Marnix Academie	€ 606.346			€ 606.346
10KK	Fontys PABO Eindhoven	€ 511.935			€ 511.935
14NI	Codarts, Hogeschool voor de Kunsten	€ 1.069.779			€ 1.069.779
15BK	Christelijke Hogeschool Driestar	€ 595.611			€ 595.611
15CL	Fontys Hogescholen Eindhoven	€ 4.714.869	€ 578.058		€ 5.292.927
17XA	Fontys PABO Limburg	€ 315.864			€ 315.864
21IY	Stenden Hogeschool (Emmen)	€ 906.752			€ 906.752
21MI	Hogeschool Zeeland	€ 1.534.475			€ 1.534.475
21QA	Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten	€ 2.800.485			€ 2.800.485
21QL	Avans Hogeschool ’s -Hertogenbosch	€ 2.481.612			€ 2.481.612
21RI	Hogeschool Leiden	€ 2.216.556	€ 465.541		€ 2.682.097
21UG	Hogeschool IPABO	€ 822.751			€ 822.751
21UI	NHTV internationale hogeschool Breda	€ 2.241.905			€ 2.241.905
21WN	Noordelijke Hogeschool Leeuwarden	€ 3.140.507		€ 1.729.499	€ 4.870.006
21WO	Fontys Hogescholen Venlo	€ 841.278			€ 841.278
22BO	Fontys Hogescholen Tilburg	€ 5.926.410			€ 5.926.410
22BP	Fontys PABO ’s -Hertogenbosch	€ 301.157			€ 301.157
22BQ	Fontys Hogescholen Sittard	€ 385.646			€ 385.646
22EX	Stenden Hogeschool (Leeuwarden)	€ 2.594.722			€ 2.594.722
22HH	Gereformeerde Hogeschool voor Beroepsonderwijs	€ 587.174			€ 587.174
22JA	Fontys Pedagogisch Technische Hogeschool	€ 286.067			€ 286.067
22OJ	Hogeschool Rotterdam	€ 10.900.757	€ 5.387.899		€ 16.288.656
23AH	Saxion Hogeschool Enschede	€ 4.163.160	€ 419.203		€ 4.582.363
23KJ	Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Den Haag	€ 1.247.207		€ 2.844.689	€ 4.091.896
25BA	Christelijke Hogeschool Ede	€ 1.474.474			€ 1.474.474
25BE	Hanzehogeschool Groningen	€ 7.572.308	€ 2.226.801		€ 9.799.109
25DW	Hogeschool Utrecht	€ 12.395.478	€ 3.920.809		€ 16.316.287
25JX	Hogeschool Zuyd	€ 5.335.687	€ 5.174.006		€ 10.509.693
25KB	Hogeschool van Arnhem en Nijmegen	€ 9.146.663	€ 2.585.624		€ 11.732.287
27NF	ArtEZ hogeschool	€ 2.292.434			€ 2.292.434
27PZ	Hogeschool INHolland	€ 11.984.121	€ 11.114.752		€ 23.098.873
27UM	Haagse Hogeschool	€ 6.761.092			€ 6.761.092
28DN	Hogeschool van Amsterdam	€ 13.941.948	€ 416.658		€ 14.358.606
	Totaal	€ 139.656.899,00	€ 32.289.351	€ 4.574.188	€ 176.520.438

Bedragen onderwijsopslag van hogescholen met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.19 van het besluit

Hogeschool		Kwaliteit	Kwetsbare opleidingen	Bijzondere voorzieningen	Totaalbedrag
01DZ	STOAS Hogeschool	€ 255.202	€ 13.614	€ 243.482	€ 512.298
01MY	CAH Dronten	€ 429.919	€ 0	€ 0	€ 429.919
21CW	HAS Den Bosch	€ 597.768	€ 0	€ 0	€ 597.768
22ND	Internationale Agrarische Hogeschool Larenstein	€ 670.598	€ 0	€ 0	€ 670.598
24LE	Van Hall Instituut	€ 658.919	€ 0	€ 0	€ 658.919
27PZ	Hogeschool INHolland	€ 200.594	€ 0	€ 0	€ 200.594
	Totaal	€ 2.813.000	€ 13.614	€ 243.482	€ 3.070.096

BIJLAGE 7 BIJ ARTIKEL 4, TWEEDE LID

Bedragen onderzoek universiteiten, bedoeld in artikel 4.23, eerste lid van het besluit

Universiteit		Afbouw dynamisering Smart Mix	Bijzondere voorzieningen	Totaalbedrag
21PB	Universiteit Leiden	€ 3.592.414	€ 3.100.139	€ 6.692.554
21PC	Universiteit Groningen	€ 3.691.157		€ 3.691.158
21PD	Universiteit Utrecht	€ 5.335.458		€ 5.335.459
21PE	Erasmus Universiteit Rotterdam	€ 2.318.357	€ 5.279.468	€ 7.597.826
21PF	Technische Universiteit Delft	€ 5.299.723	€ 3.875.818	€ 9.175.542
21PG	Technische Universiteit Eindhoven	€ 3.494.219		€ 3.494.220
21PH	Universiteit Twente (Enschede)	€ 3.730.114	€ 9.795.065	€ 13.525.180
21PJ	Universiteit Maastricht	€ 1.599.227		€ 1.599.228
21PK	Universiteit van Amsterdam	€ 3.848.751		€ 3.848.752
21PL	Vrije Universiteit Amsterdam	€ 2.730.737		€ 2.730.738
21PM	Radboud Universiteit Nijmegen	€ 3.638.223	€ 2.544.899	€ 6.183.123
21PN	Universiteit van Tilburg	€ 721.610	€ 4.138.057	€ 4.859.668
22NC	Open Universiteit		€ 10.389.426	€ 10.389.426
00DV	Protestantse Theologische Universiteit		€ 2.874.760	€ 2.874.760
21QO	Theologische Universiteit Apeldoorn		€ 137.380	€ 137.380
23BF	Universiteit voor Humanistiek		€ 1.338.993	€ 1.338.993
	Totaal	€ 39.999.990	€ 43.474.005	€ 83.474.007

BIJLAGE 9 BIJ ARTIKEL 6

Bedragen academische ziekenhuizen, bedoeld in artikel 4.27, eerste lid onder d. van het besluit

Universiteit		Bedrag
21PB	Universiteit Leiden	€ 14.052.215
21PC	Universiteit Groningen	€ 13.547.759
21PD	Universiteit Utrecht	€ 14.599.148
21PE	Erasmus Universiteit Rotterdam	€ 15.840.311
21PJ	Universiteit Maastricht	€ 13.175.461
21PK	Universiteit van Amsterdam	€ 14.665.012
21PL	Vrije Universiteit Amsterdam	€ 13.870.100
21PM	Radboud Universiteit Nijmegen	€ 13.042.704
	Totaal	€ 112.792.710

E

In bijlage 10 vervalt onderdeel q. en komen onderdeel r. en s. als volgt te luiden:

• r. bij inschrijving aan meer dan een opleiding: de opleiding van eerste inschrijving van de student, te weten,

  • 1° de opleiding waarvoor een persoon het collegegeld, bedoeld in de artikelen 7.43, eerste lid van de wet, is verschuldigd en waarvoor geen vermindering of vrijstelling van het betalen van collegegeld op grond van artikel 7.48, derde of vierde lid, van de wet is verkregen, of,

  • 2° de eerste opleiding waarvoor een persoon het collegegeld, bedoeld in artikelen 7.43, tweede lid of 7.44 van de wet is verschuldigd.

• s. of na een afsluitend examen voor een bachelor- of een masteropleiding een graad is verleend dan wel voor een ander type opleiding het afsluitende examen met goed gevolg is afgelegd en het inschrijvingsjaar en de maand waarin het examen is afgelegd;

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

• 1. Artikel I, onderdelen A, B en D treden in werking met ingang van 6 juli 2009 en werken terug tot en met 1 januari 2009.

• 2. Artikel I, onderdelen C en E treden inwerking met ingang 1 september 2009.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R.H.A. Plasterk.

TOELICHTING

Algemeen

1. Algemeen

De regeling strekt tot uitvoering van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW). Met deze wijziging wordt het (wettelijk) collegegeld voor het studiejaar 2010/2011 bepaald op een bedrag van € 1.672.

De regeling strekt overigens tot uitvoering van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008. In deze regeling is voorzien in aanpassing van de onderwijsopslag van enkele instellingen vanwege sectorale en instellingsspecifieke afspraken die gevolgen hebben voor de berekening van de rijksbijdrage 2009. Tevens zijn de bedragen geïndexeerd als gevolg van loon- en prijsbijstelling zoals voorzien op de begroting van OCW. Tot slot is voorzien in vereenvoudiging van de bijlage inzake het Centraal register inschrijvingen hoger onderwijs.

2. Gevoerd overleg

De maatregelen die onderwerp zijn van deze regeling zijn krachtens artikel 4.7 van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 aan VSNU en HBO-raad voorgelegd met het verzoek om een bestuurlijk oordeel. Dat heeft niet geleid tot wijzigingen van de maatregelen in deze regeling.

3. Uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets

Informatie Beheer Groep en CFI hebben aangegeven de wijzigingen uitvoerbaar te achten.

4. Financiële gevolgen

De wijzigingen in deze regeling hebben geen gevolgen voor de Rijksbegroting.

Artikelsgewijs

Artikel I. Wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs

Onderdelen A en B

De zgn. vast diplomaprijzen worden verhoogd met 3,40% vanwege loon- en prijsbijstelling verstrekt in 2009.

Onderdeel C

Het collegegeld voor het studiejaar 2009/2010 is vanwege aanpassing van de wijziging van de wet van 23 april 2009 (Staatsblad 2009, nr. 246) wet vastgesteld op € 1.620. Voor het studiejaar 2010/2011 wordt het collegegeld vastgesteld op € 1672,–. Dit geschiedt op basis van artikel 7.43, vierde lid, van de wet en artikel 8 van de regeling. Het (niet afgeronde) wettelijk collegegeld dat voor 2009/2010 van toepassing is van € 1619,81 wordt verhoogd met € 22. De som wordt vermenigvuldigd met 106,1 (indexcijfer april 2009) en gedeeld door met 104,2 (indexcijfer april 2008). Dat resulteert in een bedrag van € 1671,75 . Dit wordt afgerond en bepaald op € 1672,–

Onderdeel D

Bijlage 3 inzake de onderwijsopslagen van universiteiten wordt aangepast voor het begrotingsjaar 2009. Alle opgenomen bedragen zijn aangepast vanwege loon- en prijsbijstelling verstrekt in 2009. De bedragen zijn verhoogd met 3,40%.

De onderwijsopslag betreffende kwaliteit wordt overigens als volgt aangepast. De middelen die beschikbaar zijn vanwege de meerjarenafspraak zijn onverkort verdeeld over de universiteiten conform de verdeling van het onderwijsdeel wo, exclusief bedragen onderwijsopslag.

De onderwijsopslag betreffende bijzondere voorzieningen wordt als volgt aangepast:

• a. In verband met de gesprekken over de toekomst van het International Institute for the Study of Islam in the Modern World (ISIM) na 2008 is de opslag van Universiteit Leiden incidenteel voor 2009 verhoogd met € 0,5 miljoen (prijspeil 2008) in verband met het eenmalig ter beschikking stellen van overbruggingsmiddelen zolang er nog geen directe zekerheid is over de toekomst van ISIM (brief OWB/WG/2007/32705 van 30 oktober 2007).

• b. Vanwege het addendum op bestuurlijke afspraken restauratorenopleiding in verband met huisvesting in het Ateliergebouw is de onderwijsopslag van Universiteit Amsterdam verhoogd met € 559.000 (prijspeil 2008) (brief DCE/72153 van 20 november 2008).

• c. Op basis van het goedgekeurde Plan van Aanpak Weerbaarheid instellingen Randwijck-complex in Maastricht is de opslag van de Universiteit Maastricht eenmalig voor 2009 verhoogd met € 0,5 miljoen (prijspeil 2008) (brief V&R/83468 van 3 december 2008).

• d. Vanwege de beëindiging van de samenwerking met Unie van Baptistengemeenten is de onderwijsopslag van Universiteit Utrecht verlaagd met € 128.655 (prijspeil 2008) (brief HO&S/CBV/92798 van 27 maart 2009).

• e. Vanwege het aangaan van de samenwerking met Unie van Baptistengemeenten is de onderwijsopslag van Vrije Universiteit Amsterdam verhoogd met € 128.655 (prijspeil 2008) (brief HO&S/CBV/92798 van 27 maart 2009).

Bijlage 5 inzake de onderwijsopslagen van hogescholen wordt aangepast voor het begrotingsjaar 2009. Alle bedragen in deze bijlage zijn aangepast vanwege loon- en prijsbijstelling verstrekt in 2009. De bedragen zijn verhoogd met 3,65%.

De onderwijsopslag betreffende kwetsbare opleidingen wordt overigens als volgt aangepast. De bedragen die vanwege de zorgmasters, te weten Advanced nursing practice (ANP) en physician assistent (PA) beschikbaar zijn gesteld zijn technisch aangepast ic de berekening is vereenvoudigd.

Bijlage 7 inzake de bedragen onderzoek wordt aangepast. De bedragen onderzoek zijn – uitgezonderd de bedragen vanwege afbouw smart mix – aangepast vanwege loon- en prijsbijstelling verstrekt in 2009. De bedragen zijn verhoogd met 3,40%. In deze bijlage is overigens daarna vanwege HFML (High Field Magnetic Lab) het bedrag onder de noemer bijzondere voorzieningen bij Radboud Universiteit Nijmegen verhoogd met € 270.000 (brief OWB/WG/2009/122271 van 19 mei 2009).

Met dit onderdeel wordt tot slot bijlage 9 inzake de bedragen academische ziekenhuizen aangepast. De bedragen zijn aangepast vanwege loon- en prijsbijstelling verstrekt in 2009. De bedragen zijn alle verhoogd met 3,57%.

Onderdelen E

Uit bijlage 10 vervalt onderdeel q. vanwege overlap met het het iets aangepaste onderdeel r. aangepast. Onderdeel s. is verhelderd zodat helder is dat voorafgaand aan graadverlening (Bachelor of Master) een afsluitend examen is voorzien, en dat de datum van dat examen dient te worden geregistreerd.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R.H.A. Plasterk.