De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op de artikelen 8, derde lid,
en 22 van de Wet arbeid vreemdelingen;
Besluit:
ARTIKEL I
De Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen
behorende bij het Delegatie- en Uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen
worden als volgt gewijzigd:
A
De eerste zin van de derde alinea van paragraaf 13 komt te
luiden: In het geval van grensarbeiders die woonachtig zijn in België of
Duitsland en die in die landen een legaal verblijfsrecht hebben, kan worden
volstaan met een bewijsstuk van dit verblijfsrecht.
B
Paragraaf 19 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel f wordt ‘2008’ telkens vervangen door:
2009.
2. Na onderdeel f wordt een nieuw onderdeel g toegevoegd
luidende:
- g. Circulaire migratie
Ten behoeve van vreemdelingen die in het kader van een
in opdracht van de Nederlandse overheid uitgevoerde pilot ’circulaire
migratie’, gedurende maximaal twee jaar bij een bedrijf of instelling door het
verrichten van vooraf schriftelijk vastgelegde werkzaamheden kennis en ervaring
opdoen en die reeds een voldoende vakgerichte basisopleiding hebben gevolgd kan
worden afgeweken van artikel 8, eerste lid, onder a en b, van de Wet arbeid
vreemdelingen.
C
In de aanhef van paragraaf 24 wordt ‘artikel 8, eerste lid, van
de Wet arbeid vreemdelingen’ vervangen door: artikel 8, eerste lid, onder a, b
en d, van de Wet arbeid vreemdelingen.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na
dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
TOELICHTING
Deze wijziging van de Uitvoeringsregels behorende bij het Delegatie-
en Uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen betreft naast de introductie van
een tijdelijke pilot circulaire migratie, enkele technische of
uitvoeringstechnische aanpassingen.
Artikel I, onderdeel A
In paragraaf 13 wordt als hoofdregel aangegeven dat een
bewijsstuk van de aanvraag van een verblijfsvergunning voor het verrichten van
arbeid moet worden overgelegd, voordat een tewerkstellingsvergunning kan worden
afgegeven. Voor grensarbeiders, woonachtig in België of Duitsland die in die
landen een legaal verblijfsrecht hebben, wordt een uitzondering gemaakt. Voor
deze doelgroep kon worden volstaan met een door het IND-loket aan de
vreemdeling afgegeven verklaring van bekendheid met diens verblijf, de
zogenaamde ‘sticker grensarbeiders’. Deze regeling stuitte op
uitvoeringstechnische problemen, met name omdat de betrokkenen geen feitelijk
verblijf in Nederland beogen.
Door deze wijziging kan bij de beoordeling van de aanvraag van
een tewerkstellingsvergunning nu worden volstaan met een kopie van het Duitse
of Belgische verblijfsdocument van de grensarbeider, ten bewijze dat sprake is
van vreemdelingen met een in België of Duitsland legaal verblijfsrecht.
Artikel I, onderdeel B, onder 1
In paragraaf 19, onderdeel f. was abusievelijk het jaartal 2008
genoemd in plaats van 2009. Deze omissie is nu hersteld.
Artikel I, onderdeel B, onder 2
Bij circulaire migratie gaat het volgens een gangbare definitie
om migratie waarbij een migrant achtereenvolgens gedurende langere tijd in
verschillende landen verblijft waaronder zijn of haar land van herkomst. In
verband met circulaire migratie wordt vaak gesproken over potentiële winst voor
het ontvangende land, voor het land van herkomst en voor de migrant zelf.
Het kabinet is voornemens in een pilot circulaire migratie te
bezien of circulaire migratie een toegevoegde waarde heeft als nieuwe aanpak in
de ontwikkelingssamenwerking. Daarbij betreft circulaire migratie hier mensen
die vanuit een land van herkomst tijdelijk in Nederland werken en daarna weer
teruggaan naar dit herkomstland. Daartoe worden afspraken gemaakt met twee
landen van herkomst en hierbij te betrekken bedrijven in Nederland. Het zal
gaan om mensen die reeds een voldoende vakgerichte basisopleiding hebben
gevolgd en na maximaal twee jaar moeten teruggaan naar hun herkomstland om daar
de verworven kennis en ervaring in te kunnen zetten. Beloning, huisvesting en
ziektekosten worden geregeld met de bedrijven waar zij zullen werken. Voor de
deelnemers van de pilot geldt geen recht op gezinshereniging. Dit wordt
vastgelegd in de Vreemdelingencirculaire. Er komen in totaal twee deel-pilots
voor elk maximaal honderd circulaire migranten.
Om de realisatie van de pilot zoveel mogelijk te bevorderen en
gelet op het tijdelijke karakter van de pilot, wordt voor de deelnemers van de
pilot afgezien van de arbeidsmarkttoets. Omdat het om een tijdelijke regeling
gaat, zal deze na afloop van de pilot worden ingetrokken. De werkzaamheden van
de circulaire migranten worden schriftelijk vastgelegd. Dit wordt overgelegd
bij de aanvraag van de tewerkstellingsvergunning en dient aanwezig te zijn op
de plek waar de werkzaamheden worden verricht. Andere werkzaamheden mogen niet
worden verricht.
Artikel I, onderdeel C
In paragraaf 24 van de Uitvoeringsregels Wet arbeid vreemdelingen
behorende bij het Delegatie- en Uitvoeringsbesluit Wet arbeid vreemdelingen was
geregeld dat in het geval van arbeid van bijkomende aard door studenten geen
toetsing hoeft plaats te vinden aan de voorwaarden uit artikel 8, eerste lid,
van de Wet arbeid vreemdelingen. Dit betreft onder meer de arbeidsmarkttoets.
Deze redactie had echter tot gevolg dat niet werd getoetst of de werkzaamheden
wel in het Nederlandse belang zijn. Daarom worden de te maken uitzonderingen op
artikel 8, eerste lid, van de Wet arbeid vreemdelingen in deze wijziging
hersteld zoals oorspronkelijk beoogd.
De Minister van
Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
J.P.H. Donner.