Mandatering bevoegdheden aan directeur dienst Binnenwaterbeheer (BBA) en aanwijzingen medewerkers BBA als bevoegde autoriteit, opsporingsambtenaren en toezichthouders

Mandatering van bevoegdheden aan de directeur van de dienst Binnenwaterbeheer (BBA) en aanwijzingen medewerkers BBA als bevoegde autoriteit, opsporingsambtenaren en toezichthouders op grond van diverse wet- en regelgeving (Scheepvaartverkeerswet (SVW), Binnenvaartpolitiereglement (BPR), Verordening op de haven en het binnenwater 2006 (Vhb 2006) etc.)

Burgemeester en Wethouders van Amsterdam,

Overwegende

- dat de Verordening op de haven en het binnenwater 1995 (Vhb 1995) bij raadsbesluit van 1 februari 2006 is geactualiseerd en gewijzigd (afd. 3a Gemeenteblad 2006 nummer 35/47);

- dat dit raadsbesluit is vervangen door het raadsbesluit “wijziging en hernieuwde bekendmaking van de Verordening op de haven en het binnenwater 2006 (Vhb 2006)” van 10 mei 2006, afd. 3a Gemeenteblad 2006 nummer 105/209;

- dat de dienst Binnenwaterbeheer door het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam is belast met de uitvoering op het binnenwater van het bepaalde in de Wrakkenwet en in de Vhb 2006 voor zover deze bevoegdheden niet door de Verordening op de stadsdelen aan de stadsdelen zijn overgedragen;

- dat het uit een oogpunt van efficiënte bedrijfsvoering ter uitvoering van de Wrakkenwet en de Vhb 2006 wenselijk en noodzakelijk is mandaat respectievelijk machtiging te verlenen aan de directeur BBA en diens plaatsvervanger;

- dat het voor een adequate handhaving gewenst en noodzakelijk is functionarissen van de BBA aan te wijzen als toezichthouder en opsporingsambtenaren Vhb 2006;

- dat het college van B&W Amsterdam het bevoegd gezag en nautisch vaarwegbeheerder is van wateren binnen de gemeentegrenzen met uitzondering van het Centraal Nautisch Beheergebied;

- dat het college de dienst Binnenwaterbeheer onder meer heeft belast met dit nautisch vaarwegbeheer inhoudende het handhaven van de orde en veiligheid op het binnenwater in het kader van onder andere de SVW en het BPR;

- dat het voor een adequate uitvoering van de in de SVW en de in het BPR neergelegde bevoegdheden en verantwoordelijkheden nodig is de daartoe in aanmerking komende ambtenaren, werkzaam bij de dienst Binnenwaterbeheer aan te wijzen als bevoegde autoriteit en als bevoegde personen tot het geven van verkeersaanwijzingen en -informatie;

- dat het voor een adequate handhaving gewenst en noodzakelijk is functionarissen van de BBA aan te wijzen als opsporingsambtenaren (en daarmee als toezichthouder) SVW;

Gelet op

- artikel 125 van de Gemeentewet juncto de afdelingen 5.2, 5.3 en 5.4 Awb;

- artikelen 10:1 tot en met 10:12 Awb;

- de Vhb 2006 (Gemeenteblad, afd 3a nr 105/209);

- artikel 5, eerste lid, sub b, van het Vaststellingsbesluit BPR (besluit van 26 oktober 1983; Staatsblad 1983, nr. 682);

- artikel 32, 34 en art 2 van de SVW;

- artikel 9 van de SVW en artikel 2 van het Besluit verkeersinformatie en aanwijzingen scheepvaartverkeer van 4 december 2002 (Staatsblad 2003, nr. 7);

- Wrakkenwet (Staatsblad 1934, 401);

- het instellingsbesluit Dienst Binnenwaterbeheer (Gemeenteblad 2006, afd 3b, nr 74);

Brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 19 december 2006 hebben besloten:

I. in te trekken

a. het besluit tot mandatering van 4 maart 2003, Gemeenteblad 2003, afd. 3b, volgnr. 15;

b. het aanwijzingsbesluit van 21 juli 2000 (Gemeenteblad 2000, afd.3 volgnr. 91);

c. het bepaalde onder II onder b van het besluit tot aanwijzing opsporingsambtenaren van 10 november 1995 (Gemeenteblad 1995, afd. 3, volgnr. 96);

II. te mandateren respectievelijk machtiging te verlenen aan de directeur Binnenwaterbeheer en diens plaatsvervanger de hierna volgende aan het college toekomende bevoegdheden:

a. Verordening op de haven en het binnenwater 2006 (Vhb 2006)

Het geven van aanwijzingen conform het bepaalde in artikel 1.2.9. en het nemen van besluiten, niet zijnde het vaststellen van nadere regels, op grond van de Vhb, met uitzondering van:

1. besluiten op grond van artikel 2.3.5 lid 4 (ontheffingen op grond van de zogeheten oud-schippersregeling);

2. besluiten op grond van de artikelen 3.2.1 tot en met 3.2.5 en 3.2.7 en 3.2.8 en 3.3.4 tot en met 3.6.3 (vallende onder de werkzaamheden van de Haven Amsterdam);

b. Bestuursdwang en dwangsom

Het uitvaardigen van beschikkingen tot bestuursdwang, het (doen) treffen van maatregelen ter toepassing van bestuursdwang en het (doen) opleggen van een last onder dwangsom als bedoeld in de afdelingen 5.3 en 5.4 van de Algemene wet bestuursrecht ten behoeve van het beëindigen van overtredingen van de bepalingen van de Vhb 2006 alsmede het nemen van invorderings- en executiemaatregelen overeenkomstig de afdelingen 5.3 en 5.4 van de Algemene Wet Bestuursrecht in verband daarmee;

c. Wrakkenwet

1. het op grond van artikel 1 nemen van besluiten tot opruiming van in openbaar water gestrande, gezonken of vastgeraakte vaartuigen of overblijfselen daarvan en andere voorwerpen;

2. het op grond van artikel 2 doen van aankondigingen van dat opruimen aan de belanghebbenden;

3. het op grond van artikel 3 doen van kennisgevingen daaromtrent in een of meer nieuwsbladen;

4. het op grond van artikel 6 het verkopen van al hetgeen geborgen wordt;

III. de directeur en diens plaatsvervanger te machtigen ten aanzien van de onder II vermelde bevoegdheden ondermandaat c.q. ondermachtiging te verlenen aan door hen aan te wijzen functionarissen werkzaam bij de dienst Binnenwaterbeheer;

IV. aan te wijzen

a. als toezichthouder als bedoeld in artikel 4.2 Vhb 2006 en

b. als opsporingsambtenaar als bedoeld in artikel 4.3 Vhb 2006:

de controleurs vaarwegen werkzaam bij de dienst Binnenwaterbeheer;

V. aan te wijzen als bevoegde autoriteit in de zin van het BPR de hierna genoemde functionarissen van de dienst Binnenwaterbeheer voor de achtereenvolgens genoemde bepalingen van het BPR:

- brugwachter en sluiswachter:

• artikel 6.26, 1e lid, 3e lid onder c. en 7e lid;

• artikel 6.28, 4e en l4e lid;

- controleur vaarwegen en nautisch inspecteur (of diens plaatsvervanger):

• artikel 1.10 4e lid;

• artikel 1.12, 3e lid en 4e lid;

• artikel 1.13 2e lid en 3e lid;

• artikel 1.14;

• artikel 1.15 2e lid;

• artikel 1.17 1e lid;

• artikel 1.20;

• artikel 6.19 6e lid;

• artikel 6.26 2e lid en 3e lid onder e;

• artikel 6.28, 2e lid en 10e lid;

• artikel 7.01 4e lid;

• artikel 7.02 3e lid;

- nautisch inspecteur (of diens plaatsvervanger):

• artikel 1.21, 2e lid;

• artikel 1.23, 1e lid t/m 3e lid;

• artikel 3.25, 3e lid;

• artikel 3.28;

• artikel 3.29, 2e lid;

• artikel 4.05, 6e lid en 7e lid;

• artikel 4.06, 5e lid;

• artikel 6.21a, 1e lid en 4e lid;

• artikel 6.32, 1e lid;

• artikel 7.07, 3e lid;

• artikel 7.08, 1e lid en 2e lid;

• artikel 8.08, 3e lid;

- directeur (of diens plaatsvervanger):

• artikel 1.01 sub. 8 en sub. 14;

• artikel 3.15, 2e lid;

• artikel 3.20, 5e lid;

• artikel 6.08;

• artikel 6.28b, onder b;

• artikel 6.31, 1e lid;

• artikel 7.01, 5e lid;

• artikel 7.02, 1e lid;

• artikel 8.06, 1e lid en 2e lid;

• artikel 8.08, 2e lid;

VI. aan te wijzen als buitengewoon opsporingsambtenaar van de bij of krachtens de SVW strafbaar gestelde feiten, met uitzondering van de bepalingen, genoemd in de artikelen 27, 28, 28a, 29 en 29a van die wet en daarmee als toezichthouder op de naleving van het bepaalde in de SVW:

- de controleurs vaarwegen van de dienst Binnenwaterbeheer;

VII. aan te wijzen als personen die bevoegd zijn verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen te geven zoals bedoeld in de SVW:

- de nautisch inspecteur, diens plaatsvervanger en de controleurs vaarwegen van de dienst Binnenwaterbeheer;

- de brug- en sluiswachters van de dienst Binnenwaterbeheer voor zover noodzakelijk voor veilige situaties tijdens de bediening van de bruggen en sluizen;

VIII. te bepalen dat dit besluit zal worden bekend gemaakt in afdeling 3B van het Gemeenteblad;

IX. te bepalen dat dit besluit met terugwerkende kracht in werking treedt vanaf 20 februari 2006 zijnde de datum van de inwerkingtreding van de Vhb 2006.

Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
E. Gerritsen, secretaris;
M.J. Cohen, burgemeester.

N.B. Dit B&W-besluit is gepubliceerd op 27 december 2006 in afdeling 3B, nr. 92 Gemeenteblad 2006, Gemeente Amsterdam.

Naar boven