Wijziging Warenwetregeling vaststelling van tarieven voor retributies levensmiddelen 2008

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 29 april 2008, nr. VGP/VV 2846095, houdende wijziging van de Warenwetregeling vaststelling van tarieven voor retributies levensmiddelen 2008, ter uitvoering van artikel 22 van verordening (EG) 882/2004

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 11 van het Warenwetbesluit retributies levensmiddelen;

Besluit:

Artikel I

Artikel 4 van de Warenwetregeling vaststelling van tarieven voor retributies levensmiddelen 2008 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. In het eerste lid (nieuw) wordt ‘artikel 2a, van het besluit’ vervangen door: artikel 2a, eerste lid, van het besluit.

3. Een lid wordt toegevoegd, luidende:

2. De retributie, bedoeld in artikel 2a, tweede lid, van het besluit, komt overeen met de werkelijke kosten van een activiteit als bedoeld in artikel 18, 19, 20 of 21 van verordening (EG) 882/2004, met inbegrip van de administratiekosten, de loonkosten en de sociale premies van de met de activiteit belaste medewerker van de VWA en de kosten van laboratorium onderzoek.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, A. Klink.

Toelichting

Bij de Warenwetregeling vaststelling van tarieven voor retributies levensmiddelen 2008 zijn de tarieven van retributies vastgesteld, bedoeld in onder andere artikel 11 van het Warenwetbesluit retributies levensmiddelen. In die regeling was nog geen tarief vastgesteld van de retributie, bedoeld in artikel 2a, tweede lid, van het Warenwetbesluit retributies levensmiddelen. Deze regeling zorgt ervoor dat dit alsnog gebeurt.

Artikel 2a, tweede lid, van het Warenwetbesluit retributies levensmiddelen bepaalt dat de belanghebbende bij de lading aan de Voedsel en Waren Autoriteit een retributie is verschuldigd voor de kosten, bedoeld in artikel 22 van verordening (EG) 882/20041 . Artikel 22 heeft betrekking op officiële controles op het binnenbrengen van diervoeders en levensmiddelen uit derde landen. Het bepaalt dat de exploitant van een levensmiddelenbedrijf die voor de zending verantwoordelijk is (of diens vertegenwoordiger), de kosten draagt die de bevoegde autoriteiten moeten maken voor de in de artikelen 18, 19, 20 en 21 van verordening (EG) 882/2004 bedoelde activiteiten. Deze activiteiten betreffen achtereenvolgens:

a. artikel 18: maatregelen bij een vermoeden van niet-naleving van de wetgeving inzake levensmiddelen;

b. artikel 19: maatregelen naar aanleiding van officiële controles van levensmiddelen uit derde landen;

c. artikel 20: speciale behandeling;

d. artikel 21: terugsturen van zendingen.

Het tarief van deze retributie – zijnde de werkelijke kosten – is vastgesteld bij het nieuwe artikel 4, tweede lid, van de Warenwetregeling vaststelling van tarieven voor retributies levensmiddelen 2008.

Regulier Overleg Warenwet

Het ontwerp van deze regeling is voorgelegd aan de deelnemers aan het Regulier Overleg Warenwet (ROW)2 . Daarbij is gebleken dat het Agrarisch Import Platform (AIP) bezwaar heeft tegen het voornemen om bij toepassing van artikel 21 van verordening (EG) 882/2004 de kosten bij het bedrijfsleven in rekening te brengen. De betrokken bedrijven willen in dat geval ook zelf de mogelijkheid krijgen om die producten te kunnen beoordelen. Op basis hiervan kan dan een besluit worden genomen over terugsturen naar het land van oorsprong of destructie.

Het in rekening brengen van de kosten betreft echter een verplichting uit verordening (EG) 882/2004. Het AIP kan de uitvoering daarvan desgewenst in regulier overleg met de VWA aan de orde stellen.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink

Naar boven