Wijziging Beschikking casinospelen 1996

Beschikking van de Minister van Justitie van 21 april 2008, nr. 5541276/08/DSP, tot wijziging van de Beschikking casinospelen 1996

De Minister van Justitie,

Gelezen het verzoek van de Nationale Stichting tot Exploitatie van Casinospelen in Nederland van 29 januari 2008 tot wijziging van de Beschikking casinospelen 1996 teneinde het gebruik van coinless en cashless technologieën op permanente basis in alle vestigingen toe te staan;

Gelezen het verzoek van de Nationale Stichting tot Exploitatie van Casinospelen in Nederland, van 27 december 2007, tot wijziging van de Beschikking casinospelen 1996 teneinde aanbod van het kaartspel High/Low op permanente basis toe te staan;

Gelet op de artikelen 27h en 27i van de Wet op de kansspelen;

Gezien het advies van het College van toezicht op de kansspelen van 19 maart 2008, nr. C.228/08;

Gezien het advies van het College van toezicht op de kansspelen van 21 februari 2008, nr. C.130/08;

Besluit:

Artikel I

De Beschikking casinospelen 1996 te wijzigen als volgt:

Artikel 8, elfde lid, komt te luiden:

11. In afwijking van het gestelde in het eerste lid, onder d en j, is het de stichting tevens toegestaan inworp en uitbetaling te doen plaatsvinden in de vorm van tegoeden op een geldige door de stichting uitgegeven chipkaart, waarbij de stichting de volgende voorschriften in acht neemt:

a. het welkomsttegoed op een chipkaart bedraagt ten hoogste 5 euro;

b. het tegoed op een niet op naam gestelde kaart bedraagt ten hoogste 500 euro;

c. c. het tegoed op een op naam gestelde kaart bedraagt ten hoogste 2500 euro, maar kan op nadrukkelijk verzoek van de kaarthouder verhoogd worden tot ten hoogste 10.000 euro;

d. het tegoed is tijdens de openingsuren te allen tijde door de kaarthouder op te nemen;

e. aan de chipkaart kan een borgsom verbonden worden.

Artikel II

De Beschikking casinospelen 1996 te wijzigen als volgt:

Artikel 4, eerste lid, onder e, komt te luiden:

e. Punto banco;

Artikel III

Deze Beschikking treedt in werking op 28 april 2008 en zal worden gepubliceerd in de Staatscourant.

Binnen zes weken na de dag van verzending van dit besluit kan een ieder wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, bezwaar maken. Het bezwaar moet door de indiener zijn ondertekend en bevat tenminste naam en adres van de indiener, een kopie of een beschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden waarop het bezwaar berust. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan: de Minister van Justitie, Directie Sanctie- en Preventiebeleid, Postbus 20301, 2500 EH DEN HAAG

Den Haag, 21 april 2008.
De Minister van Justitie,
namens deze:
Directeur Sanctie- en Preventiebeleid, M.C.J. Groothuizen.

Naar boven