Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| Ministerie van Financiën | Staatscourant 2008, 86 pagina 7 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Printen
Delen
Wijziging Wet op de accijns, Uitvoeringsregeling accijns en Douaneregeling
29 april 2008
Nr. DV 2008/00367M
Directoraat-generaal voor fiscale zaken, Directie douane en verbruiksbelastingen
De Staatssecretaris van Financiën,
Gelet op de artikelen XXIV en XXV van het Belastingplan 2008 en de artikelen 35a, 63, 75, derde lid, en 78, vierde lid, van de Wet op de accijns;
Besluit:
Artikel 35 van de Wet op de accijns wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel b, worden ‘20,52’, ‘€ 72,97’ en ‘€ 110,58’ vervangen door onderscheidenlijk: 21,28, € 86,25 en € 135,53.
2. In het eerste lid, onderdeel c, worden ‘14,21’, ‘€ 30,78’ en ‘€ 43,92’ vervangen door onderscheidenlijk: 17,84, € 37,19 en € 56,81.
De Uitvoeringsregeling accijns1 wordt als volgt gewijzigd:
A. Artikel 41, derde lid, komt te luiden:
3. De sluitzegels bevatten geen open vakken. Voor sigaretten en rooktabak zijn onder het beeld van die zegels gedrukt de hoeveelheid (netto massa of aantal stuks) en de soort van het tabaksproduct en boven het beeld van die zegels de kleinhandelsprijs. Voor sigaren is onder het beeld van die zegels gedrukt de soort van het tabaksproduct en boven het beeld van de zegels de kleinhandelsprijs. De naam van degene die de accijnszegel heeft aangevraagd, wordt opgenomen onder de vermelding van de soort van het tabaksproduct.
B. Aan artikel 43 worden twee leden toegevoegd:
3. De zegels, bedoeld in het tweede lid, onderdelen b, c en d, worden voorzien van een code. De zegels voor sigaretten, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, worden bedrukt met de code AZ01. De zegels voor rooktabak, bedoeld in het tweede lid, onderdeel c, worden bedrukt met de code BZ01. De zegels voor pijptabak, bedoeld in het tweede lid, onderdeel d, worden bedrukt met de code CZ01.
4. De code, bedoeld in het derde lid, wordt als volgt op de zegels voor sigaretten en rooktabak vermeld:
– op de lintzegel, bedoeld in artikel 41, eerste lid: horizontaal rechtsonder in het vak links naast de soort van het tabaksproduct;
– op de sluitzegel, bedoeld in artikel 41, derde lid: verticaal linksonder tegen het randmotief naast de soort van het tabaksproduct.
C. In artikel 48, eerste lid, onderdeel c, wordt ‘60, 75’ vervangen door: 60, 70, 75.
In artikel 153 van de Douaneregeling2 worden ‘44,4%’ en ‘57%’ vervangen door onderscheidenlijk: 51,6% en 58,5%.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, met uitzondering van de artikelen I, II, onderdelen A en B, en III die in werking treden met ingang van 1 juli 2008.
Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
Toelichting
In artikel XXV van het Belastingplan 2008 is bepaald dat de accijnstarieven voor sigaretten en rooktabak met ingang van 1 juli 2008 worden verhoogd met € 14,50 per 1000 sigaretten respectievelijk € 9,15 per 1000 gram rooktabak. In datzelfde artikel is voorts bepaald dat indien voorafgaande aan deze zogenaamde autonome verhoging een wijziging van de meest gevraagde prijsklasse (mppc) van sigaretten onderscheidenlijk rooktabak heeft plaatsgevonden als bedoeld in artikel 35a van de Wet op de accijns, de autonome accijnsverhoging op sigaretten en rooktabak eerst wordt toegepast nadat de aanpassing op grond van artikel 35a van de Wet op de accijns is toegepast. Dit betekent dat de hiervoor genoemde autonome verhoging van accijns op sigaretten van € 14,50 respectievelijk rooktabak van € 9,15 wordt toegepast op de accijns zoals die volgt uit toepassing van artikel 35a van de Wet op de accijns. In het Belastingplan is voorts geregeld dat, indien een wijziging van de mppc sigaretten of rooktabak inderdaad heeft plaatsgevonden, de ministeriële regeling tot aanpassing van de tarieven eveneens in werking treedt met ingang van 1 juli 2008, een en ander in afwijking van het vierde lid van artikel 35a van de Wet op de accijns, waarin is bepaald dat dit normaliter met ingang van 1 april 2008 zou dienen te gebeuren.
De mppc wordt bepaald aan de hand van de in een kalenderjaar aangevraagde accijnszegels. Gebleken is dat de mppc van sigaretten inderdaad is gewijzigd van het pakje van 20 stuks à € 4,00 naar het pakje van 19 stuks à € 3,90. Kortom, op 1 juli 2008 vindt er één accijnsverhoging plaats voor zowel sigaretten als rooktabak, waarbij de hoogte ervan wordt bepaald door enerzijds de wijziging van de mppc sigaretten en anderzijds door de autonome verhogingen per productsoort.
De wijziging van de mppc sigaretten heeft tot gevolg dat de accijns op sigaretten moet worden aangepast aangezien de nieuwe mppc niet voldoet aan de voorgeschreven 57%-norm (minimum accijnsdruk). Om de tarieven te kunnen bepalen is in beginsel wetenschap nodig van de kleinhandelsprijs van de nieuwe mppc sigaretten per 1 juli 2008. Nu er als gevolg van enkel de mppc-wijziging van sigaretten in de praktijk niet een kleinhandelsprijs zal worden vastgesteld (de tariefsverhoging als gevolg van de mppc-wijziging zal immers per direct gevolgd worden door de autonome verhoging) heb ik een aanname gedaan ter bepaling van een fictieve kleinhandelsprijs. Daarbij heb ik het aandeel handel en industrie gelijkblijvend gesteld. Dit leidt tot een fictief hogere kleinhandelsprijs, waarbij de accijnstarieven zodanig zijn verhoogd dat voldaan wordt aan de voorgeschreven 57%-norm. Deze berekeningen hebben vervolgens als basis gediend waarop de autonome verhoging voor sigaretten van € 14,50 per 1000 stuks is toegepast. Een en ander leidt er toe dat de totale accijns voor 1000 sigaretten met ingang van 1 juli 2008 minimaal zal dienen te bedragen: € 135,53.
De kleinhandelsprijs van de nieuwe mppc sigaretten bedraagt met ingang van 1 juli 2008 € 231,58 per 1000 stuks. De totale accijns bedraagt € 135,53, waardoor voldaan wordt aan de eis dat deze minimaal 57% bedraagt van de kleinhandelsprijs van de mppc. De omzetbelasting bedraagt € 36,97 (19/119 van € 231,58). De totale belasting bedraagt derhalve € 172,50. Het specifieke deel van de accijns dient 50% te zijn van de totale belastingdruk en bedraagt derhalve € 86,25. Het ad valorem deel van de accijns zal dientengevolge € 49,28 bedragen, zijnde 21,28 percent van de kleinhandelsprijs.
In artikel XXV, derde lid, van het Belastingplan 2008 is voorts geregeld dat de aanpassing van de tarieven zodanig geschiedt dat het bedrag dat ten minste aan accijns dient te worden betaald gelijk is aan het totale bedrag van de accijns voor 1000 stuks sigaretten respectievelijk 1 kilogram rooktabak van de mppc (voorheen was dit 97% van de accijns op de mppc). Als gevolg van de hiervoor genoemde accijnsaanpassing wordt aldus tevens het minimumaccijnsbedrag voor sigaretten aangepast. Het minimumaccijnsbedrag dient te worden vastgesteld op 100% van de accijns op de mppc en wordt dientengevolge € 135,53 per 1000 stuks sigaretten.
Een verhoging van de accijns op sigaretten als gevolg van een wijziging van de mppc sigaretten, leidt op grond van artikel 35a, negende lid, van de Wet op de accijns eveneens tot een verhoging van de accijns op rooktabak. Voor de mate van de accijnsverhoging voor de mppc van rooktabak wordt aangesloten bij de accijnsverhoging zoals die uitwerkt voor de sigaretten van de mppc in 2007 te weten het pakje van 20 stuks à € 4,00. Een en ander resulteert in een accijnsverhoging van 11,88 eurocent per pakje rooktabak van 50 gram oftewel € 2,38 per kilogram. Hier bovenop wordt de totale accijns voor een kilogram rooktabak verhoogd met € 9,15. Een en ander leidt er toe dat de totale accijns voor een kilogram rooktabak met ingang van 1 juli 2008 zal dienen te bedragen: € 56,81.
De kleinhandelsprijs van de mppc rooktabak bedraagt met ingang van 1 juli 2008 € 110,00 per kilogram. De totale accijns bedraagt € 56,81. De omzetbelasting bedraagt € 17,56 (19/119 van € 110,00). De totale belasting bedraagt derhalve € 74,37. Het specifieke deel van de accijns dient 50% te zijn van de totale belastingdruk en bedraagt derhalve – na afronding – € 37,19. Het ad valorem deel van de accijns zal dientengevolge € 19,62 bedragen, zijnde 17,84 percent van de kleinhandelsprijs.
Het ten minste te betalen bedrag aan accijns per kilogram rooktabak wordt – net als bij sigaretten – gesteld op 100% van de totale accijns voor 1 kilogram rooktabak. Dit is € 56,81.
De nieuwe accijnstarieven voor sigaretten en rooktabak treden in werking met ingang van 1 juli 2008.
Artikel 41, derde lid, van de Uitvoeringsregeling accijns wordt in overeenstemming gebracht met de wijziging van artikel 78, tweede lid, van de Wet op de accijns, die wordt voorgesteld in artikel XX, onderdeel D, van het wetsvoorstel tot wijziging van een aantal belastingwetten en enkele andere wetten, dat thans aanhangig is bij de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2007/08, 31 404, nr. 2). Door deze wijziging wordt voortaan de vermelding van de hoeveelheid op het accijnszegel voor sigaren achterwege gelaten. Slechts de kleinhandelsprijs en de soort van het tabaksproduct worden voortaan op de accijnszegel voor sigaren vermeld. Vermelding van het aantal stuks sigaren is niet meer vereist, omdat het bedrag van de accijns sinds 1992 niet meer afhankelijk is van de hoeveelheid sigaren.
Zoals gebruikelijk worden door de gewijzigde tarieven voor de accijns voor sigaretten en rooktabak nieuwe accijnszegels uitgegeven. Wijziging van de kleuren van de zegels, zoals in voorgaande jaren, zal niet meer plaatsvinden. In plaats van een kleurwijziging zijn de nieuwe accijnszegels voor sigaretten en rooktabak met ingang van 1 juli 2008 voorzien van een code. De productiekosten van de accijnszegels zullen door deze wijze van bedrukken afnemen. Aangezien het tarief voor sigaren niet wordt gewijzigd, is voor deze accijnszegel nog geen code vastgesteld.
Ingevolge artikel 48 van de Uitvoeringsregeling accijns mogen verpakkingen van tabaksproducten slechts één van de in dat artikel aangegeven hoeveelheden tabaksproducten bevatten. Vanuit de branche is een verzoek gedaan om voor rooktabak een verpakking van 70 gram op de markt te mogen brengen.
Tegen het aanwijzen van deze verpakkingseenheid bestaan geen overwegende bezwaren. De onderhavige regeling strekt tot het aanwijzen van genoemde verpakkingseenheid.
In artikel 153 van de Douaneregeling zijn forfaitaire accijnstarieven opgenomen die van toepassing zijn voor reizigersbagage en kleine zendingen die in Nederland worden ingevoerd en waarvoor geen vrijstelling van accijns kan worden verleend. In onderhavige regeling worden de forfaitaire accijnstarieven voor rooktabak en sigaretten overeenkomstig de wijziging van de accijnstarieven voor sigaretten en rooktabak in artikel 35 van de Wet op de accijns aangepast. Deze forfaitaire accijnstarieven zijn uitgedrukt als een percentage van de kleinhandelsprijs. Voor rooktabak zal het percentage per 1 juli 2008 51,6% bedragen. Voor sigaretten zal het percentage per 1 juli 2008 58,5% bedragen.
De Staatssecretaris van Financiën,
J.C. de Jager
- 1
Stcrt. 1991, 252; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 6 februari 2008, Stcrt. 26.
- 2
Stcrt. 1996, 94; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 8 februari 2008, Stcrt. 32.
Permanente link
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2008-86-p7-SC85615.html