Wijziging Arbeidsomstandighedenregeling

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 11 maart 2008, nr. ARBO/P&G/08/6541, tot vaststelling van nadere criteria en voorschriften voor de aanwijzing en het (blijven) functioneren als certificerende instelling in het werkveld asbest en vaststelling van twee certificatieschema’s in dit werkveld

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 20 van de Arbeidsomstandighedenwet en de artikelen 1.5a, tweede lid, en 1.5e van het Arbeidsomstandighedenbesluit;

Besluit:

Artikel I

A

Artikel 4.27, onderdelen a en b, van de Arbeidsomstandighedenregeling komen te luiden:

a. in geval van het certificaat, bedoeld in artikel 4.54a, vierde lid, van het besluit, de aanvrager voldoet aan de eisen, vastgelegd in het SCA Certificatieschema SC-540 /2007 Asbestinventarisatie.

b. in geval van het certificaat, bedoeld in artikel 4.54d, eerste lid, van het besluit, de aanvrager voldoet aan de eisen, vastgelegd in het SCA Certificatieschema SC-530 /febr. 2008 Asbestverwijdering.

B

Na artikel 4.27 van de Arbeidsomstandighedenregeling wordt een artikel 4.28 ingevoegd, luidende:

Artikel 4.28

Nadere criteria en voorschriften voor de aanwijzing en het (blijven) functioneren als certificerende instelling in het werkveld asbest

Als certificerende instelling als bedoeld in de artikelen 4.54a, vierde lid, en 4.54d, eerste, vijfde en zevende lid, van het besluit, kan worden aangewezen de instelling die voldoet en blijft voldoen aan de criteria en voorschriften, opgenomen in het document ‘Nadere criteria en voorschriften voor de aanwijzing en het (blijven) functioneren als certificerende instelling in het werkveld asbest’, februari 2008.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking op 1 juni 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 11 maart 2008.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.P.H. Donner.

Toelichting

De Arbeidsomstandighedenwet (artikel 20) en het daarop gebaseerde Arbeidsomstandigheden-besluit (artikelen 1.5a- d) bevatten diverse bepalingen over de aanwijzingsprocedure en -criteria betreffende respectievelijk het toezicht op de door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (hierna SZW) aan te wijzen certificerende instellingen.

De criteria die hierin zijn opgenomen, gelden voor alle, in het kader van de Arbowet- en regelgeving, aan te wijzen certificerende instellingen. Ze zijn daarom globaal gesteld.

Eén van de onderhavige wijzigingen van de Arbeidsomstandighedenregeling (nieuw artikel 4.28) voorziet in de behoefte aan maatwerk op het gebied van asbest en de daaronder vallende deelwerkvelden, zoals asbestinventarisatie en asbestverwijdering.

De criteria van artikel 1.5a van het Arbeidsomstandighedenbesluit (hierna Arbobesluit) zien enerzijds op de aanwijzing als certificerende instelling als zodanig en anderzijds op het blijven functioneren als certificerende instelling; met name de onderdelen d (deskundigheid), e (registratie) en f (naar behoren functioneren). Bij het laatste criterium gaat het om het naar behoren uitvoeren van de verschillende aan de wettelijk opgedragen taak verbonden aspecten (te weten het verstrekken van certificaten, periodieke controle en handhaving). Dit uiteraard met inachtneming van de gestelde organisatorische en financiële kaders en de geldende wet- en regelgeving.

Momenteel wordt gewerkt aan een herziening van de certificeringscriteria en -⁠procedure in de Arbo- en Warenwetgeving, die moet leiden tot een strakkere regeling van de certificerings-procedure en de daarbij te hanteren criteria alsmede tot meer transparantie betreffende de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de betrokken instanties (ministerie van SZW, Raad voor de Accreditatie, verzoekers, etc.). Daarbij zal het hele hierboven beschreven conglomeraat aan criteria en procedures ook weer onder de loep worden genomen.

De totstandkoming van een nieuw artikel 4.28 van de Arboregeling in combinatie met het hieronder toe te lichten document ‘Nadere criteria en voorschriften voor het aanwijzen en (blijven) functioneren als certificerende instelling in het werkveld asbest’, februari 2008, is gericht op het actualiseren en aanscherpen van de criteria en voorschriften die het ministerie van SZW zal hanteren bij de aanwijzing van en het toezicht op certificerende instellingen in het werkveld asbest. Hieraan bleek niet alleen behoefte bij degenen die dagelijks met de materie omgaan, maar ook bij het parlement, dat, kennisnemend van de soms twijfelachtige praktijken in dit werkveld, aandrong op een dergelijke aanpak.

Het door de Minister van SZW vastgestelde document ‘Nadere criteria en voorschriften voor het aanwijzen en (blijven) functioneren als certificerende instelling in het werkveld asbest’, februari 2008, dat o.a. een actualisering en aanscherping bevat van het beleid inzake hercontrole, toezicht en handhaving door de certificerende instellingen, strekt ter invulling van artikel 1.5a Arbobesluit, in het bijzonder van het al genoemde onderdeel f. Het document zal worden gepubliceerd op de website van het ministerie van SZW (www. szw.nl), gelijktijdig met de publicatie in de Staatscourant.

Bij het opstellen van de in dit document vervatte nadere criteria en voorschriften heeft de Stichting Certificatie Asbest (SCA) een cruciale rol gespeeld. Het Ministerie van SZW heeft met de SCA een convenant gesloten, waarin de adviserende rol van de SCA omtrent de SZW wet- en regelgeving over asbest, is vastgelegd. In de SCA zijn de marktpartijen in de sector asbest vertegenwoordigd.

Verder hebben zowel de Inspectie Werk en Inkomen, die voor het Ministerie van SZW toezicht houdt op de door SZW aangewezen certificerende instellingen, als de Arbeids-inspectie, die als toezichthouder op de Arbowet- en regelgeving vanuit zijn dagelijkse praktijk betrokken is bij o.a. het slopen en verwijderen van asbest, een belangrijke bijdrage geleverd.

De andere de wijziging (artikel 4.27 van de Arboregeling) betreft de vaststelling van twee door de SCA opgestelde certificatieschema’s (asbestinventarisatie en asbestverwijdering)

Om de betreffende bedrijven tijd te geven zich aan de nieuwe regeling aan te passen, is de ingangsdatum bepaald op 1 juni 2008.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J.P.H. Donner

Naar boven