Tijdelijke regeling van de Staatssecretaris van Justitie van 7 oktober 2008, nr. 5536756, houdende wijziging van de Regeling toepassing mechanische middelen jeugdigen in verband met de mogelijkheid tot gebruik van het veiligheidsbed

De Staatssecretaris van Justitie,

Gelet op artikel 38, derde lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen,

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling toepassing mechanische middelen jeugdigen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onderdeel b, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel 7 door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • veiligheidsbed.

B

Aan artikel 2 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Toepassing van het veiligheidsbed vindt slechts plaats op een door de Minister, op grond van de artikelen 22a en 22b van de wet, als zodanig aangewezen afdeling voor intensieve zorg, dan wel afdeling voor intensieve behandeling.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Justitie,

N. Albayrak.

TOELICHTING

Op 14 augustus 2001 is de regeling houdende de toepassing van mechanische middelen in justitiële jeugdinrichtingen in werking getreden. Deze regeling voorzag niet in toepassing van het veiligheidsbed binnen deze inrichtingen. Het veiligheidsbed beperkt de jeugdige vrijwel geheel in zijn bewegingsvrijheid: armen, benen, boven en onderlichaam worden volledig gefixeerd.

In de praktijk is evenwel gebleken dat in zeer specifieke situaties, met name voor jeugdigen op civielrechtelijke titel, toch behoefte bestaat, op deze ingrijpende wijze, de jeugdige zelf en/of anderen te beschermen. Mede vanwege het bijzondere karakter van de afdelingen voor intensieve zorg en intensieve behandeling kan op deze afdelingen het veiligheidsbed, door hiervoor opgeleid personeel, op basis van deze regeling, worden toegepast.

Vrijwel gehele beperking van de bewegingsvrijheid door middel van toepassing van het veiligheidsbed zal slechts in uitzonderlijke situaties noodzakelijk zijn. De artikelen 22a en 22b van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen voorzien in het geval van crisissituaties, in plaatsing in door mij als zodanig aangewezen afdelingen voor intensive zorg en intensieve behandeling. In de praktijk is gebleken dat met name in deze voor crisissituaties bedoelde afdelingen behoefte bestaat aan de mogelijkheid van toepassing van het veiligheidsbed. Toepassing van dit verstrekkende middel kan dan ook beperkt blijven tot deze aangewezen inrichtingen.

De scheiding tussen strafrechtelijke en civielrechtelijke jeugdigen in gesloten inrichtingen zal een feit zijn per 1 januari 2010. Vanaf 1 januari 2010 zal het veld van jeugdzorg en jeugdGGZ de civielrechtelijke doelgroep moeten opvangen. Deze regeling zal dan vervallen.

De Staatssecretaris van Justitie,

N. Albayrak.

Naar boven