Wijziging Subsidieregeling ESF 2007–2013

Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 15 februari 2008, nr. AM/BR/2008/4266, tot wijziging van de Subsidieregeling ESF 2007–2013 in verband met vaststelling van het subsidieplafond van Actie C voor 2008 en nadere invulling van begrippen

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, en 5 van de Kaderwet SZW-subsidies;

Besluit:

Artikel I

Wijziging van de Subsidieregeling ESF 2007–2013

De Subsidieregeling ESF 2007–2013 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Na ‘begunstigde: de subsidieaanvrager aan wie krachtens deze regeling subsidie is verleend;’ wordt ingevoegd:

– branchegerichte cursussen met een civiel effect: cursussen, niet zijnde bedrijfsspecifieke trainingen, gericht op een specifieke branche teneinde de leerling vakspecifieke beroepsvaardigheden aan te leren;.

2. Na ‘laaggekwalificeerd: een opleiding hebbend tot en met MBO-4 niveau;’ wordt ingevoegd:

leerlingwerkplaatsen: praktisch onderwijs, waarbij werkzaamheden worden uitgevoerd die deel uitmaken van een gesimuleerd dienstverlenings- of productieproces;.

B

In artikel 1.3, vijfde lid, wordt onder verlettering van onderdeel c tot onderdeel d, een onderdeel ingevoegd, luidende:

c. ten behoeve van projecten als bedoeld in artikel 1.2, eerste lid, onder c, € 33.200.109,–;.

C

In artikel 2.3.2, onderdeel h, onder 3°, vervalt ‘voor leerlingen’.

D

In artikel 5.1, derde lid, onderdeel b, wordt ‘1 april tot en met 30 april’ vervangen door: 1 april, 09.00 uur tot en met 30 april.

Artikel II

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 15 februari 2008.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, A. Aboutaleb.

Toelichting

Algemeen

Door middel van deze wijziging van de Subsidieregeling ESF 2007–2013 is het subsidieplafond voor Actie C voor het kalenderjaar 2008 vastgesteld. Het tijdvak wordt geopend vanaf 9.00 uur op 1 april tot en met 30 april 2008.

Verder zijn de begrippen ‘leerlingwerkplaatsen’ en ‘branchegerichte cursussen met een civiel effect’ in de begripsbepalingen opgenomen omdat is gebleken dat deze begrippen door aanvragers verschillend geïnterpreteerd kunnen worden. Hierna volgt een nadere toelichting op beide begrippen.

Leerlingwerkplaatsen:

De leerlingwerkplaats is een plaats waar leerlingen – bij voorkeur in een afgesloten omgeving – leren om te werken, indien mogelijk ten behoeve van een (interne) klant. Deze activiteit (de leerlingwerkplaats) betreft praktisch onderwijs, gericht op branches en bedrijven en uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de school.

Het voorgaande brengt onherroepelijk met zich mee dat praktische en theoretische, algemeen vormende vakken, welke niet specifiek gericht zijn op een bepaalde branche en deel uitmaken van het reguliere onderwijs, niet als (subsidiabele) kosten in het kader van de leerlingwerkplaats kunnen worden gezien.

Algemeen vormende vakken, al dan niet in een praktische vorm gegeven vanwege het leervermogen van de leerlingen, vallen niet onder de activiteit leerlingwerkplaats en zijn derhalve niet subsidiabel, aangezien de vakken algemeen vormend zijn en niet specifiek betrekking hebben op een bepaalde arbeidsfunctie. Voorts behoren deze vakken in de regel tot het pakket van het reguliere onderwijs en vormen daar geen aanvulling op.

Denkbaar is dat een leerlingwerkplaats bestaat uit verschillende componenten. Dit kan ertoe leiden dat de leerlingwerkplaats mogelijk een theoriecomponent bevat, welke als zijnde een component van de leerlingwerkplaats, subsidiabel kan zijn. Voorwaarde is wel dat deze theoretische component aantoonbaar deel uitmaakt van één bepaalde leerlingwerkplaats en specifiek betrekking heeft op het onderwerp van de desbetreffende leerlingwerkplaats. De component mag niet tevens algemeen vormend zijn en mag niet tevens deel uitmaken van het reguliere onderwijs.

Branchegerichte cursussen met een civiel effect:

De cursus dient betrekking te hebben op één of meerdere specifieke branches of sectoren. Cursussen die betrekking hebben op alle sectoren of branches vallen in principe niet onder de onderhavige definitie. Het betreft bij voorkeur een cursus die afgerond wordt met een certificaat of diploma.

Het civiele effect wordt aanwezig geacht indien de lesstof toepasbaar is binnen meerdere ondernemingen/instellingen. Anders gezegd: Er mag geen sprake zijn van een bedrijfsspecifieke training.

Artikelsgewijs

Artikel I (onderdeel A)

In artikel 1.1 zijn ter verduidelijking de begrippen ‘leerlingwerkplaatsen’ en ‘branchegerichte cursussen met een civiel effect’ opgenomen. Deze begrippen komen voor in artikel 2.3.2, waarin de eisen ten aanzien van projecten van Actie C zijn opgesomd.

Artikel I (onderdeel B)

In onderdeel B is het subsidieplafond voor kalenderjaar 2008 met betrekking tot Actie C vastgesteld.

Artikel I (onderdeel C)

Dit betreft een technische wijziging.

Artikel I (onderdeel D)

In onderdeel D is bepaald dat de aanvraagtijdvakken voor Actie C voor de jaren 2008 tot en met 2013 pas om 9 uur ’s ochtends op 1 april worden opengesteld.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. Aboutaleb

Naar boven