Vaststelling Tender Naar Energieneutraal Wonen krachtens de Unieke kansen regeling

Regeling van de Minister van Economische Zaken van 7 februari 2008, nr. WJZ 8009779, tot vaststelling van de Tender Naar Energieneutraal Wonen krachtens de Unieke kansen regeling

De Minister van Economische Zaken, handelende in overeenstemming met de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

Gelet op de artikelen 3, eerste en derde lid, 4, vijfde lid, 6, eerste en tweede lid, en 11, zesde lid, van het Besluit EOS: demo en transitie-experimenten;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. besluit: Besluit EOS: demo en transitie-experimenten;

b. project: project voor energiebesparing in de woningnieuwbouw of woningrenovatie:

1°. dat zich uitsluitend bevindt op transitiepad EGG 1: Energiebesparing gebouwde omgeving, bedoeld in bijlage 1 bij de Unieke kansen regeling;

2°. dat uit ten minste 50 woningen bestaat;

3°. waarbij de CO2-reductie ten minste 45% bedraagt ten opzichte van het normenergieverbruik in 1990;

4°. waarbij, indien het nieuwbouw betreft, de energieprestatiecoëfficiënt als bedoeld in artikel 1.1 van het Bouwbesluit 2003 ten hoogste 0,55 bedraagt, en

5°. waarbij, indien het renovatie van bestaande woningen betreft, de energieklasse bepaald volgens het gestelde in de Regeling energieprestatie gebouwen voor aanvang van renovatie C of lager en na renovatie A bedraagt.

Artikel 2

1. Als periode, bedoeld in artikel 6 van het besluit, wordt vastgesteld: de periode die aanvangt op de dag dat deze regeling in werking treedt en loopt tot 24 april 2008, 17.00 uur.

2. Het subsidieplafond, bedoeld in artikel 6 van het besluit, voor het verlenen van subsidies op aanvragen, ontvangen in de in het eerste lid genoemde periode, wordt vastgesteld op € 4.500.000.

3. In afwijking van artikel 4, eerste en derde lid, van de Unieke kansen regeling bedraagt het maximale subsidiebedrag per project € 500.000.

4. Tot de kostensoorten, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van het besluit, behoren alleen de projectkosten voor energiebesparing en de kosten voor het opwekken van duurzame energie die rechtstreeks gekoppeld zijn aan de exploitatie van de woningen.

5. In afwijking van artikel 9 van de Unieke kansen regeling worden als criteria als bedoeld in artikel 11, zesde lid, van het besluit vastgesteld:

a. de omvang van het project;

b. de mate waarin het project bijdraagt aan de CO2-reductie, waarbij het energieverbruik bestaat uit de som van het gebouwgebonden energieverbruik, het gebouwafhankelijke gebruikersenergieverbruik en het huishoudelijk energieverbruik;

c. bij nieuwbouwwoningen: de mate waarin het project een betere energieprestatiecoëfficiënt realiseert;

d. bij renovatie van bestaande woningen: de mate waarin het project een hogere energieklasse realiseert;

e. de mate waarin het project andere verbeteringen tot stand brengt dan strikt energetische;

f. de mate waarin het project bijdraagt aan het toepassen van duurzame warmte;

g. het innovatieve vermogen van het project;

h. de slaagkans van het project.

Artikel 3

Het projectplan dat als bijlage bij het aanvraagformulier moet worden bijgesloten dient conform het modelprojectplan dat is opgenomen in de bijlage bij deze regeling te worden opgesteld.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst met uitzondering van de bijlage die ter inzage wordt gelegd bij SenterNovem, te weten bij de vestigingen aan de Juliana van Stolberglaan 3, 2595 CA Den Haag en aan de Catharijnesingel 59, 3511 GG Utrecht (info e-⁠innovatie@senternovem.nl).

Den Haag, 7 februari 2008.
De Minister van Economische Zaken, M.J.A. van der Hoeven.

Toelichting

Algemeen

In het kader van de Unieke kansen regeling wordt de Tender Naar Energieneutraal Wonen geopend. De tender heeft als doel om een beperkt aantal projecten te ondersteunen die mede kunnen zorgen voor een brede navolging van de toepassing van innovatieve technieken en concepten in de woningbouw – nieuwbouw en renovatie. Bij de subsidiëring van de projecten zal worden gestreefd naar een evenwichtige spreiding tussen nieuwbouw en renovatie. De projecten moeten bijdragen aan de doelstellingen op het gebied van de reductie van de uitstoot van broeikasgassen in de gebouwde omgeving zoals verwoord in het werkprogramma Schoon & Zuinig. De tender richt zich op de realisatie van woningbouwprojecten met bijzonder hoge energieprestaties, waardoor ten minste 45% CO2-reductie op het totale gebouwgebonden en ongebonden energieverbruik wordt gerealiseerd ten opzichte van 1990. Het is de bedoeling dat de leereffecten die worden opgedaan, zich enerzijds vertalen in het op grote schaal realiseren van zeer energiezuinige projecten en anderzijds leiden tot de ontwikkeling van nog energiezuiniger technieken en concepten in de woningbouw. Innovatie op het gebied van het bouwproces en de contractvorming is daarbij onontbeerlijk en vormt eveneens een belangrijke doelstelling. De genoemde doelen passen naadloos in de visie en ambities van het Platform Energietransitie Gebouwde Omgeving (PeGO), een samenwerking van overheid, bedrijfsleven, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties.

Het budget van 4,5 miljoen euro voor deze tender wordt beschikbaar gesteld door de minister voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI), die daarmee een stimulans creëert voor transitiecoalities die een bijdrage willen leveren aan de energietransitie in de gebouwde omgeving. Voor de grondslag van de subsidieverlening is aansluiting gezocht bij de Unieke kansen regeling die subsidiëring van het thema energiebesparing gebouwde omgeving (transitiepad EGG1) mogelijk maakt. Deze regeling is genoegzaam bekend in de markt hetgeen naar verwachting zal bijdragen aan het succes van deze tender. Afgezien van een ingeperkte projectdefinitie, enkele afwijkende criteria en een aangepast modelprojectplan zijn de voorwaarden van het Besluit EOS: demo en transitie-experimenten en de Unieke kansen regeling van toepassing. Dat geldt eveneens voor de Europese regelgeving omtrent het milieusteunkader. Een aanvullende eis uit het modelprojectplan is de openbare tussenrapportage die na afloop van de belangrijkste projectfasen wordt gevraagd en gebruikt kan worden door PeGO ter ondersteuning van het innovatieve proces en de kennisoverdracht. Evenals de andere tenders in het kader van de Unieke kansen regeling zal deze tender worden uitgevoerd door SenterNovem. De opdracht daarvoor zal worden gegeven door de minister voor WWI als budgetverantwoordelijke minister. Gezien de inschatting van de markt zullen naar verwachting circa 25 projectvoorstellen door aanvragers worden ingediend.

De totale administratieve lasten bedragen naar schatting ca. € 121.500,– oftewel ongeveer 2,7% van het subsidieplafond van € 4.500.000. De voorliggende regeling is aan het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal) voorgelegd. Actal heeft te kennen gegeven de regeling niet te zullen toetsen op administratieve lasten.

Artikelsgewijs

Artikel 1

In de definitie van project wordt de werkingssfeer van de regeling beperkt tot projecten voor energiebesparing in de woningbouw en woningrenovatie die zich uitsluitend bevinden op transitiepad EGG1: energiebesparing gebouwde omgeving. Dit transitiepad is beschreven in bijlage 1 bij de Unieke kansen regeling en luidt als volgt: beperking van het gebruik van fossiele energie in woningen en gebouwen door optimaal systeemontwerp, efficiënte conversiesystemen of door toepassing van externe warmtebronnen (aardwarmte, omgevingswarmte of restwarmte van industrie of elektriciteitsopwekking). Onderdelen van een project die zijn gericht op bijvoorbeeld utiliteitsbouw vallen buiten de subsidiabele kosten. Verder volgt uit de definitie dat projecten aan verschillende minimum-eisen moeten voldoen met betrekking tot de omvang en de energieprestatie om toegelaten te worden tot de ranking.

Artikel 2

Het subsidieplafond voor de projecten die zich bevinden op het transitiepad EGG1 wordt vastgesteld op € 4.500.000,–. In het derde lid wordt het maximale subsidiebedrag per project vastgesteld op € 500.000. Hiermee wordt afgeweken van het maximale subsidiebedrag van € 4.000.000 dat in de Unieke kansen regeling is opgenomen. Door het lager vaststellen van het maximale subsidiebedrag wordt het mogelijk gemaakt aan meer projecten subsidie te verstrekken. Daarnaast zal altijd worden gekeken naar de hoogte van de projectkosten. In de Unieke kansen regeling is het subsidiepercentage vastgesteld op 40% van de projectkosten. Dit percentage is ook bij deze tender van toepassing. Het vijfde lid bevat de rankingcriteria:

a. omvang: een project krijgt een hogere ranking naarmate het meer woningen omvat; een project moet immers een significante bijdrage kunnen leveren aan de opschaling van energiebesparende concepten in de woningbouw.

b. CO2-reductie: een project kan een hogere waardering krijgen naarmate een grotere verbetering van de energieprestatie ten opzichte van de huidige standaard wordt bereikt. De verbetering dient zich uit te strekken tot de Gebouwgebonden Energie (GGE), de Gebouw Afhankelijke Gebruikersgebonden energie (GAGE) en het Huishoudelijk Energiegebruik (HHE). Onder Gebouwgebonden maatregelen wordt tevens de opwekking begrepen van duurzame energie, voor zover deze gekoppeld is aan de stichting en exploitatie van het project. Onder maatregelen die ingrijpen op Gebouw Afhankelijke Gebruikersgebonden Energie (GAGE) vallen bouw- en installatietechnische maatregelen die in de woning genomen worden om het netto elektriciteitsverbruik te reduceren, voor zover deze niet al gewaardeerd zijn in de post Gebouwgebonden maatregelen. Maatregelen die inspelen op woon- en leefgedrag van de bewoner en het gebruik van de aanwezige apparatuur en verlichting vallen onder categorie HuisHoudelijk Energiegebruik (HHE).

c. nieuwbouw: een project scoort hoger in de ranking naarmate de energieprestatiecoëfficiënt (EPC, zoals geregeld in het Bouwbesluit) lager is. Voor de berekening van de energieprestatie van woningbouw geldt de norm NEN 5128:2004. De regeling streeft naar een verbetering van de energetische kwaliteit van woningen van minimaal 30% ten opzichte van de huidige standaard. Voor woningen die deel uit maken van het project moet dan ook een EPC worden gehaald van ten hoogste 0,55.

d. renovatie: het in te dienen project scoort hoger naarmate de renovatie leidt tot indeling in een hogere energielabelklasse. In ieder geval moet energielabelklasse A worden gehaald en moet de woning bij aanvang van het project een energielabel C, D, E, F of G hebben. Bestaande woningen die bij aanvang van het project energielabel A of B hebben, komen niet in aanmerking voor deze tender. De bepaling van de energielabelklasse is conform het Besluit en de Regeling energieprestatie gebouwen. Onder renovatie wordt zowel sloop met vervangende nieuwbouw als gedeeltelijke vernieuwing door verandering of toevoeging verstaan. Voor het geheel of gedeeltelijk vernieuwen, veranderen of het vergroten van een bouwwerk gelden in principe de nieuwbouweisen in het Bouwbesluit. Woningen moeten na renovatie voldoen aan de energieprestatie-eisen zoals die ook aan nieuwe woningen worden gesteld. Het gaat hier nadrukkelijk niet om onderhouds- en verbouwprojecten en sloop-nieuwbouwprojecten.

e. andere verbeteringen: een project zal hoger gewaardeerd worden naarmate er meer aandacht wordt besteed aan de aspecten gezondheid, comfort, woonkwaliteit, binnenmilieu en andere sociale aspecten.

f. duurzame warmte: een project zal hoger worden gewaardeerd naarmate een groter aandeel van de resterende warmtevraag in de woning op duurzame wijze wordt ingevuld. Met duurzaam wordt bedoeld: energie uit hernieuwbare bronnen die worden opgewekt in de woning of wijk. Voorbeelden zijn zonne-energie, warmtepompen (individueel per woning of collectief) al dan niet gecombineerd met warmte-koude-opslag, geothermie en andere mogelijke hernieuwbare bronnen.

g. innovatie: een project moet niet alleen bijdragen aan technische innovatie maar tevens bijdragen aan bouwprocesinnovatie, innovaties in de hele bouwketen en in de instrumentatie. Daarbij gaat het onder meer om innovatie in het bouwproces, de visie op verdere reducties van de energievraag op basis van een kwalitatieve en kwantitatieve opschaling en de activiteiten voor kennisoverdracht gewaardeerd.

h. slaagkans: de slaagkans van een project wordt beoordeeld op de samenstelling van het projectteam en de gekozen projectaanpak.

Artikel 3

Om een aanvraag tot verlening van een subsidie in te kunnen dienen, dient gebruik te worden gemaakt van het aanvraagformulier dat is vastgesteld in artikel van de Unieke kansenregeling. Als bijlage bij aanvraagformulier dient een projectplan te worden bijgesloten dat conform het modelprojectplan is opgesteld. Voor de Tender naar Energieneutraal Wonen is een apart modelprojectplan vastgesteld dat opgenomen in de bijlage bij deze regeling. Dit modelprojectplan wordt niet in de Staatscourant geplaatst, maar ter inzage gelegd bij SenterNovem, te weten bij de vestigingen aan de Juliana van Stolberglaan 3, 2595 CA Den Haag en aan de Catharijnesingel 59, 3511 GG Utrecht (info e-⁠innovatie@senternovem.nl).

De Minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven

Naar boven