Instellingsbesluit Raad voor Deltaonderzoek

Besluit van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat houdende instelling van de Raad voor Deltaonderzoek

30 januari 2008

Nr. HDJZ/WAT/2007-1729

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Besluit:

Artikel 1

Er is een Raad voor Deltaonderzoek, hierna de te noemen: de Raad.

Artikel 2

De Raad heeft tot taak:

a. maatschappelijke strategische onderzoeksvraagstukken met betrekking tot de Nederlandse delta te formuleren en te agenderen en daarover gevraagd en ongevraagd de Minister van Verkeer en Waterstaat te adviseren;

b. het (middel)lange termijn onderzoeksprogramma van de Stichting Deltares te beoordelen en indien nodig te prioriteren;

c. de Minister van Verkeer en Waterstaat te adviseren over de aanvraag tot subsidieverlening op grond van de Subsidieregeling Stichting Deltares.

Artikel 3

De Raad bestaat uit 18 leden, onder wie de voorzitter en de vice-voorzitter.

Artikel 4

1. De Minister van Verkeer en Waterstaat benoemt en ontslaat de leden van de Raad.

2. Als voorzitter wordt benoemd de directeur-generaal van het directoraat-generaal Water van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en als vice-voorzitter de plaatsvervangend directeur-generaal van het directoraat-generaal Rijkswaterstaat van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

3. Als lid worden benoemd:

a. de hoofdingenieur-directeur Waterdienst van het directoraat-generaal Rijkswaterstaat van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat;

b. de directeur-generaal van het directoraat-generaal Milieu van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu;

c. een directeur-generaal van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

d. de directeur-generaal van het directoraat-generaal voor Ondernemen en Innovatie van het Ministerie van Economische Zaken;

e. de directeur-generaal van het directoraat-generaal Hoger Onderwijs, Beroepsonderwijs en Wetenschap van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

f. de voorzitter van het college van bestuur van de Vrije Universiteit Amsterdam;

g. de voorzitter van het college van bestuur van de Universiteit Utrecht;

h. de voorzitter van het college van bestuur van de Technische Universiteit Delft;

i. de voorzitter van het college van bestuur van de Wageningen Universiteit en Researchcentrum, en

j. de voorzitter van het college van bestuur van de Universiteit Twente.

4. Het Interprovinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie van Waterschappen dragen elk een lid ter benoeming aan de Minister van Verkeer en Waterstaat voor.

5. Het Nederlandse bedrijfsleven draagt drie vertegenwoordigers op directeursniveau uit de sectoren bouw, baggeraars en advies- en ingenieursbureaus, als lid ter benoeming aan de Minister van Verkeer en Waterstaat voor.

6. De Algemeen Directeur van Deltares wordt uitgenodigd voor de bijeenkomsten van de Raad als toehoorder.

Artikel 5

1. Het secretariaat van de Raad berust bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

2. Indien de Raad wordt opgeheven draagt de secretaris het archief over aan de beheerder van het archief van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, met inachtneming van het bepaalde in het Besluit archiefoverdrachten rijksadministratie.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 7

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Raad voor Deltaonderzoek.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, J.C. Huizinga-Heringa.

Toelichting

Inleiding en achtergrond

De instelling van de Raad voor Deltaonderzoek hangt samen met de oprichting van de Stichting Deltares (hierna Deltares) en heeft de volgende achtergrond.

In het kabinetsstandpunt Brugfunctie TNO en de Grote Technologische Instituten (GTI’s), dat in 2004 naar aanleiding van het advies van de Commissie Wijffels1 is opgesteld, heeft het kabinet onder meer de aanbeveling tot vorming van een Delta-instituut overgenomen. De nadere uitwerking is verwoord in het kabinetsbesluit inzake de implementatie van de vorming van het Delta-instituut2 . Het kabinet acht een krachtig kennis- en innovatiecentrum van ‘delta-kennis’ (inmiddels ‘Stichting Deltares’ genoemd) van groot belang om de laaggelegen, kwetsbare en overstromingsgevoelige Nederlandse delta duurzaam bewoonbaar te houden. Naar het oordeel van het kabinet zal dit instituut tevens bijdragen aan versterking van het innovatieve vermogen van Nederland op het gebied van delta-vraagstukken. Deltares is per 1 januari 2008 opgericht. In artikel 3 van de statuten is het doel van Deltares aldus bepaald: het voorzien in de behoefte aan strategisch en toegepast onderzoek naar deltavraagstukken in het publieke belang van de duurzame bewoonbaarheid van de Nederlandse delta.

Op aanbeveling van de commissie Wijffels stuurt de overheid sinds 2005 ook aan op een andere rol van TNO en de GTI’s. Met vraagprogrammering wordt beoogd om het onderzoek beter dan voorheen te laten aansluiten bij de maatschappelijke vraagstukken. Doel daarvan is om de effectiviteit van het onderzoek van TNO en de GTI’s te verhogen, en de kennisbenutting voor maatschappelijke vraagstukken bij bedrijven, organisaties en in de maatschappij als geheel te verbeteren.

De kern van het advies van de Commissie Wijffels is dat de ‘innovatieparadox’ (de kloof tussen excellent onderzoek enerzijds en de achterblijvende innovatiekracht van het bedrijfsleven en de overheid anderzijds) moet worden overwonnen door een directe verbinding tussen de vraag naar en het aanbod van kennis, waarbij de vraag sturend is. De effectiviteit van het programmatisch opgezette onderzoek dient daarbij te worden verbeterd door invoering van vraagsturing.

Regievoering

De regievoerder (in principe het meest inhoudelijk betrokken departement) neemt de inhoudelijke en organisatorische aspecten van de vraagsturing in relatie tot een, door de overheid benoemd, strategisch thema en de kennisarena voor haar rekening. Het Ministerie van Verkeer en Waterstaat is voor Deltares het meest belangrijke regievoerend departement (Regievoerder voor het thema ‘Leven met Water’). Daarnaast zijn ook andere thema’s relevant voor Deltares, waarvoor andere departementen als regievoerder optreden. Dit betreft onder meer de thema’s bouwen voor ruimte (VROM), leefomgeving (LNV en VROM) en hoogwaardige systemen, processen en materialen (EZ).

De Raad voor Deltaonderzoek en vraagsturing

De Raad voor Deltaonderzoek (Raad) staat volgens het Kabinetsbesluit voor het samen met de directie formuleren en prioriteren van de maatschappelijke onderzoeksvragen voor de (middel)lange termijn. De hierboven genoemde kennisarena’s spelen een belangrijke rol bij het identificeren van de maatschappelijke onderzoeksvragen.

De Raad bestaat uit vertegenwoordigers van de overheid, kennisinstellingen, universiteiten en private partijen. Naast de regievoerder voor het thema ‘Leven met water’ zijn er buiten het departement van Verkeer en Waterstaat ook andere regievoerders lid van de Raad voor Deltaonderzoek.

Teneinde de discussie binnen de Raad op het juiste strategische niveau te kunnen voeren, vaardigen de departementen directeuren-generaal af naar de Raad, de universiteiten hun voorzitters van de colleges van bestuur en de lagere overheden bestuurders of directeuren. De sectoren van het bedrijfsleven op het terrein van water, te weten bouw, baggeraars en advies- en ingenieursbureaus, dragen ieder één vertegenwoordiger voor namens de sectoren op het niveau van directeur.

Deltares is vertegenwoordigd als toehoorder op het niveau van Algemeen Directeur. Eventueel kunnen deskundigen worden uitgenodigd de vergaderingen van de Raad bij te wonen. Het is aan de Raad om hiertoe het initiatief te nemen.

Subsidieverstrekking aan Deltares

De Raad voor Deltaonderzoek heeft een belangrijke rol in de procedure tot subsidieverstrekking aan Deltares. De Raad heeft onder meer tot taak de Minister van Verkeer en Waterstaat (geheel of gedeeltelijk) te adviseren over de aanvraag tot subsidieverlening aan Deltares.

Bij de financiering van Deltares is een onderscheid gemaakt tussen de marktfunctie en de taakfunctie. Bij de marktfunctie gaat het om commerciële opdrachten die Deltares tegen betaling kan verrichten. Hierbij gaat het om opdrachten van met name private opdrachtgevers maar ook van overheden.

De taakfunctie wordt middels de Subsidieregeling Stichting Deltares gesubsidieerd3 . Bij deze functie gaat het om strategisch onderzoek, toegepast onderzoek en het ontwikkelen, het onderhouden en het beschikbaar stellen van modellen en software. Daarvoor is een adequate kennisbasis te realiseren c.q. te onderhouden relevant waarbij in nauwe samenwerking met onder meer universiteiten kennisontwikkeling dient plaats te vinden (‘Kennis als vermogen’).

De inhoudelijke aansturing van Deltares op de taakfunctie geschiedt via programmasturing (kennisontwikkeling en innovatie) en Service Level Agreements (ontwikkelen, beheren en onderhouden van modellen en software). Daarnaast vindt sturing plaats via de sturingsinstrumenten op grond van de statuten van Deltares, waarvoor de Minister van Verkeer en Waterstaat (hierna: de minister) de verantwoordelijkheid draagt. Dit in verband met de strategische afhankelijkheid van de (rijks)overheid en het hierboven reeds aangegeven publieke belang dat met Deltares is gemoeid.

Artikel 7 van de Subsidieregeling Stichting Deltares verplicht de minister de aanvraag tot subsidieverlening geheel of gedeeltelijk ter advisering voor te leggen aan de Raad. Het is aan de minister te bepalen voor welke onderdelen van de aanvraag tot subsidieverlening een advies van de Raad noodzakelijk is. In elk geval zal het deel van de aanvraag dat betrekking heeft op het strategisch onderzoek aan de Raad worden voorgelegd.

Op de aanvraag tot subsidieverlening neemt de minister een beschikking op basis van het advies van de Raad. Aan dit advies wordt een belangrijke betekenis toegekend, nu deze Raad als forum van deskundigen op het terrein van deltavraagstukken moet worden beschouwd. Van het advies van de Raad zal dan ook slechts om zeer zwaarwegende redenen worden afgeweken.

Organisatie van de Raad

Om het programmeringproces te kunnen coördineren, is de directeur-generaal Water namens de Minister van Verkeer en Waterstaat in de hoedanigheid van regievoerder – voorzitter van deze Raad en als vice-voorzitter treedt op de plaatsvervangend directeur-generaal Rijkswaterstaat. De Raad wordt voorts ondersteund door een secretaris, aan te wijzen door de voorzitter.

De directeur-generaal Water is verantwoordelijk voor het functioneren van de Raad en heeft als voorzitter de volgende taken:

– Zorg dragen voor duidelijke afspraken over coördinatie en besluitvorming;

– Zorg dragen voor transparante afweging en besluitvorming over de keuze van aanwezige vragende en aanbiedende partijen in de Raad voor Deltaonderzoek;

– Zorg dragen voor duidelijke afspraken over financiering, begeleiding en evaluatie van programma’s, passend binnen de algemene voorwaarden;

– Zorg dragen voor duidelijke afspraken over samenwerking, communicatie en kennisdisseminatie.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J.C. Huizinga-Heringa

Naar boven