Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 24 december 2008, nr. TRCJZ/2008/3803, houdende wijziging van de Regeling contingentering zeevis

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op de verordening van 19 december 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften;

Gelet op de artikelen 3 en 4 van het Reglement zee- en kustvisserij 1977;

Besluit:

ARTIKEL I

De bijlage bij de Regeling contingentering zeevis1 wordt vervangen door de bij deze regeling gevoegde bijlage.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2009.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

overeenkomstig het door de minister genomen besluit,

de Directeur-Generaal,

J.P. Hoogeveen.

BIJLAGE

  • a. Vissoorten en vangstgebieden, bedoeld in artikel 1;

    Vissoort

    Gebied

    Blauwe wijting

    EG wateren en Internationale wateren van de ICES gebieden I, II, III, IV, V, VI, VII, VIIIa, b, d, e, XII en XIV

      

    Haring

    EG wateren en Internationale wateren van de ICES gebieden I en II

     

    EG wateren en Noorse wateren van ICES gebied IV ten noorden van 53°30' NB

     

    ICES gebieden IVc en VIId

     

    EG-wateren en Internationale wateren van de ICES gebieden Vb, VIb en VIa-Noord

     

    ICES gebieden VIa-Zuid en VIIb en c

     

    ICES gebieden VIIg, h, j en k

      

    Horsmakreel

    EG-wateren van de ICES gebieden IIa en IV

     

    ICES gebieden VI, VII, VIIIabde, de EG wateren van ICES gebied Vb en de Internationale wateren van de ICES gebieden XII en XIV

      

    Kabeljauw

    ICES gebied IV, de EG wateren van ICES gebied IIa en ICES gebied IIIa tot aan het Skagerrak

      

    Makreel

    ICES gebieden IIIa en IV en de EG wateren van ICES gebied IIa

     

    ICES gebieden VI, VII en VIIIabde, de EG wateren van ICES gebied Vb, en de Internationale wateren van de ICES gebieden IIa, XII en XIV

      

    Schol

    ICES gebied IV, de EG wateren van ICES gebied IIa en ICES gebied IIIa tot aan het Skagerrak

      

    Tong

    EG wateren van de ICES gebieden II en IV

      

    Wijting

    ICES gebied IV en de EG wateren van ICES gebied IIa

      

    Grote zilversmelt

    EG wateren en Internationale wateren van de ICES gebieden V, VI en VII

  • b. Aanverwante vissoorten, bedoeld in artikel 1;

    bij Tong:

    Schol

    bij Schol:

    Tong

    bij Kabeljauw:

    Wijting

    bij Wijting:

    Kabeljauw

  • c. Hoeveelheden kabeljauw en wijting, bedoeld in artikel 7, eerste lid onderdeel a;

    Kabeljauw:

    146 kg

    Wijting:

    46 kg

  • d. Hoeveelheid makreel, bedoeld in artikel 8, eerste lid onderdeel a;

    Makreel:

    170 kg

  • e. Percentages, bedoeld in artikel 10, eerste lid;

    Vissoort

    Gebied

    Percentage

    Blauwe wijting

    EG wateren en Internationale wateren van de ICES gebieden I, II, III, IV, V, VI, VII, VIIIa, b, d, e, XII en XIV

    42,1795

       

    Haring

    EG wateren en Internationale wateren van de ICES gebieden I en II

    108,2466

     

    EG wateren en Noorse wateren van ICES gebied IV ten noorden van 53o30' NB

    84,1711

     

    ICES gebieden IVc en VIId

    84,1551

     

    EG-wateren en Internationale wateren van de ICES gebieden Vb, VIb en VIa-Noord

    79,4037

     

    ICES gebieden VIa-Zuid en VIIb en c

    79,7698

     

    ICES gebieden VIIg, h, j en k

    74,1518

       

    Horsmakreel

    EG-wateren van de ICES gebieden IIa en IV

    93,2499

     

    ICES gebieden VI, VII, VIIIabde, de EG wateren van ICES gebied Vb en de Internationale wateren van de ICES gebieden XII en XIV

    98,8173

       

    Kabeljauw

    ICES gebied IV, de EG wateren van ICES gebied IIa en ICES gebied IIIa tot aan het Skagerrak

    131,4033

       

    Makreel

    ICES gebieden VI, VII en VIIIabde, de EG wateren van ICES gebied Vb, en de Internationale wateren van de ICES gebieden IIa, XII en XIV

    133,1091

       

    Schol

    ICES gebied IV, de EG wateren van ICES gebied IIa en ICES gebied IIIa tot aan het Skagerrak

    110,028

       

    Tong

    EG wateren van de ICES gebieden II en IV

    109,5445

       

    Wijting

    ICES gebied IV en de EG wateren van ICES gebied IIa

    74,5899

       

    Grote zilversmelt

    EG wateren en Internationale wateren van de ICES gebieden V, VI en VII

    100,0237

  • f. Hoeveelheden, bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel b, artikel 8, eerste lid, onderdeel b en artikel 8a;

    Kabeljauw:

    42.704kg

    Wijting:

    7.424 kg

    Makreel:

    5.005 kg

    Horsmakreel:

    505.267 kg

TOELICHTING

Onderhavige wijzigingsregeling geeft uitvoering aan de verordening van 19 december 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften. Door het vervangen van de bijlage bij de Regeling contingentering zeevis wordt op de gebruikelijke wijze nationaal uitvoering gegeven aan voornoemde verordening, waarbij thans de maximaal toegestane vangstmogelijkheden voor 2009 worden vastgesteld.

Afwijking Vaste Verandermoment

De onderhavige regeling treedt op 1 januari 2009 in werking. De vaststelling van de hieraan ten grondslag liggende EU-regelgeving in de Europese Raad van 18 en 19 december 2008 brengt zich mee dat niet voldaan kan worden aan de uitgangspunten van het systeem van Vaste Verandermomenten voor wat betreft het uitgangspunt dat de regelgeving minimaal drie maanden voorafgaande aan de inwerkingtreding wordt gepubliceerd, zoals neergelegd in mijn brief van 28 april 2008 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2007–2008, 29 515 en 31 201, nr. 243).

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

overeenkomstig het door de minister genomen besluit,

de Directeur-Generaal,

J.P. Hoogeveen.


XNoot
1

Stcrt. 1993, 252; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 21 december 2007 (Stcrt. 251).

Naar boven