Besluit uitoefening taken ex artikel 52a van de Gaswet

11 december 2008

Nr. ET/EM / 8194913

De minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 10a, eerste lid, onderdeel f, van de Gaswet;

Besluit:

Enig artikel

  • 1. De netbeheerder van het landelijk gastransportnet wordt met ingang van 1 januari 2009 belast met de taak, bedoeld in artikel 52a van de Gaswet.

  • 2. De minister van Economische Zaken stelt de netbeheerder, bedoeld in het eerste lid, alle bij hem berustende gegevens ter beschikking die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taak waarmee die netbeheerder op grond van het eerste lid is belast.

  • 3. De netbeheerder van het landelijk gastransportnet brengt jaarlijks uiterlijk op 1 juni rapport uit aan de minister van Economische Zaken over de uitvoering van de taak, bedoeld in het eerste lid. Dit rapport bevat in ieder geval een beknopte weergave van de uitkomsten van de verrichte analyses.

Dit besluit wordt bekendgemaakt door toezending aan betrokkene. Van het besluit wordt kennisgeving gedaan in de Staatscourant.

Den Haag, 11 december 2008

De minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven.

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dat besluit is betrokken, binnen 6 weken na de dagtekening van de Staatscourant waarin de kennisgeving van het besluit bekend is gemaakt, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, directie Wetgeving en Juridische Zaken, ALP L/204, Postbus 20101, 2500 EC ’s-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de aanhef van dit besluit vermelde datum.

TOELICHTING

Op grond van artikel 52a van de Gaswet heeft de Minister van Economische Zaken (hierna: de minister) de taak om inlichtingen en gegevens te verzamelen, te analyseren en systematisch te bewerken met betrekking tot de leverings- en voorzieningszekerheid van gas, deze jaarlijks te publiceren en een verslag daarvan te sturen naar de Europese Commissie.

Voor een groot deel wordt daarbij gebruik gemaakt van gegevens die worden aangeleverd door de netbeheerder van het landelijk gastransportnet. De tot nu toe verzamelde gegevens geven echter onvoldoende weer in hoeverre de voorzieningszekerheid in Nederland gewaarborgd is. De reden daarvoor is dat er nog onvoldoende gegevens beschikbaar zijn en de samenhang in de gegevens nog ontbreekt.

Aan de netbeheerder van het landelijk gastransportnet zijn in de Gaswet vele taken opgedragen en deze netbeheerder beschikt daardoor over veel expertise op het gebied van gastransport, inkoop en opslag van aardgas in Nederland. Met het oog op de totstandkoming van een goed en samenhangend rapport draagt de minister door middel van het onderhavige besluit daarom, op grond van artikel 10a, eerste lid, onderdeel f, van de Gaswet de werkzaamheden ter uitvoering van de taak, bedoeld in artikel 52a van de Gaswet, op aan de netbeheerder van het landelijk gastransportnet. Hierbij wordt opgemerkt dat de netbeheerder van het landelijk gastransportnet op grond van artikel 34, derde en vierde lid, van de Gaswet, de verzamelde bescheiden, gegevens of inlichtingen over het gasbedrijf, een gas- of elektriciteitsbeurs, een netgebruiker of een afnemer, uitsluitend mag gebruiken ten behoeve van de wettelijke taak als hiervoor genoemd.

In het tweede lid van het onderhavige besluit is bepaald dat de minister de beheerder van het landelijk gastransportnet alle gegevens en inlichtingen ter beschikking zal stellen die deze nodig heeft ter uitvoering van de hem opgedragen taak. Het ter beschikking stellen kan er ook in bestaan dat de netbeheerder van het landelijk gastransportnet in de gelegenheid wordt gesteld inzage te hebben in de gegevens. Het derde lid van het onderhavige besluit bepaalt dat de landelijke netbeheerder jaarlijks voor 1 juni rapport aan de minister uitbrengt over de uitvoering van de monitoring. De minister heeft vervolgens één maand om mede op basis van dit rapport het verslag van bevindingen op te stellen en dit aan de Europese Commissie toe te zenden.

De minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven.

Naar boven