Regeling van de Minister van Economische Zaken van 8 december 2008, nr. WJZ/8180240, houdende wijziging van de Uitvoeringsregeling S&O-afdrachtvermindering 2006

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 22, derde lid en zesde lid, artikel 23, vierde lid, artikel 24, vijfde lid, en artikel 27, achtste lid, van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen;

Besluit:

ARTIKEL I

De Uitvoeringsregeling S&O-afdrachtvermindering 2006 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 komt te luiden:

Artikel 1

  • 1. Een aanvraag voor een S&O-verklaring wordt ingediend bij SenterNovem, agentschap van het ministerie van Economische Zaken met gebruikmaking van een formulier, waarvan de inhoud is neergelegd in de bij deze regeling behorende bijlage.

  • 2. De indiening van een aanvraag geschiedt niet per telefax.

  • 3. De opgave van de burgerservicenummers en het doen van de mededeling, bedoeld in respectievelijk artikel 22, vijfde lid, en artikel 24, tweede lid, van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen, geschiedt uitsluitend langs elektronische weg door gebruik te maken van de via de website (www.senternovem.nl/wbso) beschikbaar gestelde elektronische voorziening en het opvolgen van de daarbij opgenomen aanwijzingen.

  • 4. Indien het gebruik van de elektronische weg als bedoeld in het derde lid onredelijk bezwarend is voor de S&O-inhoudingsplichtige, kan de Minister van Economische Zaken, al dan niet op verzoek, ontheffing verlenen van de verplichting tot het gebruik daarvan. De ontheffing geldt voor maximaal twee jaar. De Minister van Economische Zaken kan voorschriften verbinden aan de ontheffing.

  • 5. Het derde lid geldt niet voor het doen van de mededeling die wordt gedaan op de voet van artikel 24, vierde lid, van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen.

B

Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3

  • 1. De peildatum, bedoeld in artikel 23, vierde lid, derde volzin, van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen, is 1 april.

  • 2. In afwijking van het eerste lid is de peildatum voor aanvragen die betrekking hebben op 2009 of een deel van dat kalenderjaar 1 juli 2008.

C

De artikelen 4, 5 en 6 vervallen.

D

De bijlage wordt vervangen door de bij deze wijzigingsregeling behorende bijlage.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking op het moment dat artikel IV van de wet Overige fiscale maatregelen 2008 in werking treedt.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst met uitzondering van de bijlage, die ter inzage wordt gelegd bij SenterNovem, agentschap van het Ministerie van Economische Zaken, Dokter van Deenweg 108, Zwolle.

Den Haag, 8 december 2008

De Minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven.

TOELICHTING

Algemeen

1. Doel en aanleiding

De wet Overige fiscale maatregelen 2008 bevat een aantal wijzigingen van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen (Wva). Deze regeling brengt de daarmee verband houdende wijzigingen in de Uitvoeringsregeling S&O-afdrachtvermindering 2006 tot stand.

De ontwerp-regeling is op 17 juli 2008 ingevolge artikel 8 van de Richtlijn 98/34/EG aan de Europese Commissie gemeld.

Het effect van deze wijzigingsregeling op de administratieve lasten is opgenomen in de Nota van toelichting bij het Besluit van 26 juli 2008, nr. 07.002751 tot inwerkingtreding van enkele bepalingen van de wet van 20 december 2007, houdende wijzigingen van enkele belastingwetten en enige overige wetten (Overige fiscale maatregelen) (Stb. 2007, 563) (Stb. 2008, 343).

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

In onderdeel A is artikel 1 integraal opgenomen. Waar mogelijk is de oude tekst van artikel 1 ongewijzigd overgenomen.

In het nieuwe derde lid van artikel 1 is aangegeven hoe de opgave van de burgerservicenummers van de medewerkers die voor de S&O-inhoudingsplichtige in het tweede voorafgaande kalenderjaar S&O-werk verrichtten, bedoeld in artikel 22, vijfde lid, Wva, moet geschieden. Van de mogelijkheid om die opgave verplicht langs elektronische weg te laten doen, bedoeld in artikel 22, zesde lid, Wva, wordt gebruik gemaakt. Door het gebruik van de elektronische weg kunnen bij SenterNovem de aangeleverde gegevens makkelijker en sneller worden verwerkt. De aanlevering zal langs elektronische weg geschieden met gebruikmaking van een door SenterNovem per post aan de S&O-inhoudingsplichtige verzonden wachtwoord om in te loggen op de website (www.senternovem.nl/wbso). Door vervolgens de dan direct beschikbare elektronische voorziening (applicatie) volgens de aanwijzingen te gebruiken, kunnen de burgerservicenummers op eenvoudige wijze worden aangeleverd.

In het derde lid is geregeld dat voor het doen van de mededeling als bedoeld in artikel 24, tweede lid, Wva, de S&O-inhoudingsplichtige dezelfde elektronische weg moet volgen. Dat wil zeggen dat de mededeling eveneens wordt gedaan met behulp van het wachtwoord, via dezelfde website, en met gebruikmaking van dezelfde applicatie.

Het nieuwe vierde lid van artikel 1 biedt de S&O-inhoudingsplichtige een ontheffingsmogelijkheid voor elektronische aanlevering indien het voorgeschreven systeem van aanlevering van de burgerservicenummers en de mededeling van de gerealiseerde S&O-uren zwaarwegende problemen oplevert. De verwachting is dat het aantal S&O-inhoudingsplichtigen dat een ontheffing zal vragen beperkt zal blijken te zijn. Een S&O-inhoudingsplichtige die twee jaar geleden reeds speur- en ontwikkelingswerk heeft verricht, zal bijna per definitie beschikken over ruime mogelijkheden tot gebruik van de elektronische weg voor het aanleveren van informatie.

Het vijfde lid geeft aan dat de mededeling die een (voorheen) S&O-inhoudingsplichtige op de voet van artikel 24, vierde lid, Wva, moet doen binnen een maand nadat hij opgehouden is inhoudingsplichtige te zijn, niet langs elektronische weg behoeft te geschieden. Het ook voor deze gevallen geschikt maken van de elektronische weg, bedoeld in het derde lid, zou onevenredige kosten met zich mee brengen.

Artikel I, onderdeel B

Het nieuwe artikel 3 bevat de peildatum waarvan moet worden uitgegaan bij het bepalen van het gemiddelde uurloon dat nodig is ter berekening van het S&O-uurloon. Er wordt gestreefd naar een situatie waarin een S&O-inhoudingsplichtige – vóór hij een S&O-verklaring aanvraagt – inzicht heeft in het S&O-uurloon waarop zijn afdrachtvermindering gebaseerd zal zijn in het geval hij inderdaad een aanvraag gaat doen. Als SenterNovem tijdig beschikt over door de S&O-inhoudingsplichtige op te geven burgerservicenummers is het mogelijk de S&O-inhoudingsplichtige ook ruim van te voren een indicatie te geven van welk S&O-uurloon de S&O-inhoudingsplichtige kan uitgaan als hij overweegt speur- en ontwikkelingswerk te gaan doen en daarvoor een S&O-verklaring aan te vragen. De peildatum voor aanvragen die betrekking hebben op 2010 of latere jaren wordt gesteld op 1 april van het voorafgaande kalenderjaar. Voor aanvragen die betrekking hebben op 2009 is de peildatum 1 juli 2008 gekozen, omdat het tempo van vulling van de polisadministratie met de gegevens over 2007 wat lager lag.

Artikel I, onderdeel C

Door de hiervoor gemelde wijzigingen van de Wva (Overige fiscale maatregelen 2008) kunnen de artikelen 4, 5 en 6 vervallen. Deze artikelen bevatten niet meer toepasselijke regels en regels van uitgewerkt overgangsrecht. Hierdoor vervalt ook Bijlage 2 bij de Uitvoeringsregeling S&O-afdrachtvermindering 2006.

Artikel I, onderdeel D

Het aanvraagformulier wordt in de bijlage opnieuw vastgesteld omdat het op een zeer beperkt aantal onderdelen wijziging moet ondergaan als gevolg van een wijziging van de Afbakeningsregeling 1997 die met ingang van 1 januari 2009.

Artikel II

Deze wijzigingsregeling zal in werking treden op het moment dat Artikel IV van de wet Overige fiscale maatregelen 2008 in werking treedt. Deze laatste bepaling treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Thans wordt de inwerkingtreding voorzien met ingang van 1 januari 2009.

De Minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven.

Naar boven