De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op de artikelen 75 en 77, derde lid, van de Wet werk en bijstand, 54, derde lid, en 59b van de Wet inkomensvoorziening
oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, 54, derde lid, en 59b van de Wet inkomensvoorziening oudere
en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, 53 en 57, eerste lid, van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen
2004, 46, tweede lid, 48, derde lid, en 49, derde lid, van de Wet werk en inkomen kunstenaars, artikel 8, vierde lid, van
de Wet sociale werkvoorziening, artikel 16, eerste en zesde lid, van het Besluit uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid
werken en artikel 1, derde lid, van de Wet tarieven in burgerlijke zaken;
Besluit:
ARTIKEL I. REGELING WWB
De Regeling WWB wordt als volgt gewijzigd:
A
Het opschrift van paragraaf 2 komt te luiden:
§ 2. Beeld van de uitvoering.
C
Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘voorlopig verslag over de uitvoering’ vervangen door: beeld van de uitvoering.
2. In het eerste tot en met vierde lid wordt ‘voorlopig verslag’ vervangen door: beeld van de uitvoering.
3. In het derde lid wordt ‘uitkeringen, bedoeld in artikel 69, eerste lid, onderdelen a en b’ vervangen door: uitkering, bedoeld
in artikel 69, eerste lid.
4. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
D
In artikel 5, eerste en tweede lid, wordt ‘uitkeringen, bedoeld in artikel 69, eerste lid’ vervangen door: uitkering, bedoeld
in artikel 69, eerste lid.
ARTIKEL II. REGELING FINANCIERING EN VERANTWOORDING IOAW, IOAZ EN BBZ 2004
De Regeling financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1, onderdeel k, vervalt onder verlettering van de onderdelen l tot en met o tot de onderdelen k tot en met n.
B
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘voorlopig verslag’ vervangen door: beeld van de uitvoering.
2. Het tweede lid vervalt onder vernummering van het derde tot en met vijfde lid tot tweede tot en met vierde lid.
3. In het tweede lid (nieuw) wordt ‘Indien de bijlage, bedoeld in artikel 7, eerste lid, en de verklaring, bedoeld in artikel
7, tweede lid, niet door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn ontvangen binnen twaalf maanden na
het kalenderjaar waarop zij betrekking hebben,’vervangen door ‘Indien de verantwoordingsinformatie, bedoeld in artikel 17a,
eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet, met betrekking tot de uitvoering van de IOAW, de IOAZ of het Bbz 2004 niet door
de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is ontvangen binnen twaalf maanden na het kalenderjaar waarop zij
betrekking heeft,’.
4. Het derde lid (nieuw) komt te luiden:
5. In het vierde lid (nieuw) wordt ‘Het tweede en vierde lid’ vervangen door: Het eerste en derde lid.
D
Artikel 7b wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘voorlopig verslag over de uitvoering’ vervangen door: beeld van de uitvoering.
2. In het eerste tot en met vierde lid wordt ‘voorlopig verslag’ vervangen door: beeld van de uitvoering.
ARTIKEL III. REGELING FINANCIERING EN ADMINISTRATIEVE UITVOERINGSVOORSCHRIFTEN WWIK
De Regeling financiering en administratieve uitvoeringsvoorschriften WWIK wordt als volgt gewijzigd:
B
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het opschrift komt te luiden:
Artikel 5. Beeld van de uitvoering en opschorting van voorschotten.
2. Het eerste lid komt te luiden:
1. Het beeld van de uitvoering, bedoeld in artikel 46, eerste lid, van de WWIK wordt uiterlijk op 28 februari van het kalenderjaar
volgend op het kalenderjaar waarop het beeld van de uitvoering betrekking heeft door de minister ontvangen.
3. In het tweede en derde lid wordt ‘De voorlopige kostenopgave’ vervangen door: Het beeld van de uitvoering.
4. In het vierde tot en met zesde lid wordt ‘de voorlopige kostenopgave’ vervangen door: het beeld van de uitvoering.
5.
Er worden een lid toegevoegd, luidende:
C
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het opschrift komt te luiden:
Artikel 6. Maandvoorschotten.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
5. Indien de verantwoordingsinformatie, bedoeld in artikel 17a, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet, met betrekking
tot de uitvoering van de WWIK niet door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is ontvangen binnen twaalf
maanden na het kalenderjaar waarop zij betrekking heeft, worden de maandvoorschotten met betrekking tot het desbetreffende
kalenderjaar op nihil vastgesteld en worden de reeds betaalde voorschotten teruggevorderd.
ARTIKEL IV. REGELING UITVOERING SOCIALE WERKVOORZIENING EN BEGELEID WERKEN 2008
De Regeling uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken 2008 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 5 komt te luiden:
Artikel 5. Garantiestelling
1. Het percentage, bedoeld in artikel 16, zesde lid, van het besluit, bedraagt 97 voor het jaar 2009.
2. Het totaal aantal arbeidsjaren, bedoeld in factor D in artikel 16, eerste lid, van het besluit, bedraagt:
– voor het jaar 2008 3.826,66;
– voor het jaar 2009 1.371,36.
B
Artikel 7 komt te luiden:
Artikel 7. Opschorting van betaling
1. Indien het college in gebreke blijft om binnen een door de minister vastgestelde termijn aanvullende informatie te verstrekken
noodzakelijk voor het financieel beheer van de Wet sociale werkvoorziening, schort de minister de betaling van de uitkering,
bedoeld in artikel 8 van de wet, voor het lopende vergoedingsjaar op met ingang van de kalendermaand volgend op de kalendermaand
waarop de ontvangsttermijn is verlopen, doch niet gedurende de periode waarover door de minister aan het college in geval
van overmacht uitstel is verleend.
2. De betaling van de uitkering wordt hervat op de vijftiende van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de aanvullende
informatie, bedoeld in het eerste lid, is ontvangen door de minister.
ARTIKEL V. REGELING TARIEVEN IN BURGERLIJKE ZAKEN
In artikel 1, onderdeel g, van de Regeling tarieven in burgerlijke zaken vervalt: en artikel 13 van de Invoeringswet Wet werk
en bijstand.
ARTIKEL VI
1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2009.
2. In afwijking van het eerste lid treedt artikel I, onderdeel C, onder 3, en onderdeel D, in werking met ingang van de dag
dat het bij koninklijke boodschap van 29 augustus 2008 ingediende voorstel van wet tot bundeling van het WWB-werkdeel, budgetten
voor inburgeringsvoorzieningen en de middelen voor volwasseneneducatie (Wet
participatiebudget) (31 567) nadat het tot wet is verheven, in werking treedt.
3. In afwijking van het eerste lid treedt artikel V in werking met ingang van de dag dat het bij koninklijke boodschap van 22 augustus
2008 ingediende voorstel van wet tot intrekking van de Invoeringswet Wet werk en bijstand (31 559) nadat het tot wet is verheven,
in werking treedt.
TOELICHTING
Algemeen
Met de Wet van 3 juli 2008 tot wijziging van de Financiële-verhoudingswet en enkele andere wetten in verband met het stellen
van nadere regels over uitkeringen uit de algemene fondsen en over specifieke uitkeringen (Stb. 312) zijn de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
(IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), het Besluit bijstandverlening
zelfstandigen 2004 (Bbz 2004) en de Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) aangepast aan het principe van single information
en single audit (verder: sisa). Met de onderhavige regeling worden de Regeling WWB, de Regeling financiering en verantwoording
IOAW, IOAZ en Bbz 2004 (Rfi), de Regeling financiering en administratieve uitvoeringsvoorschriften WWIK (Rfw) en de Regeling
uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken 2008 hieraan aangepast.
Voorts is de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) technisch aangepast aan de opname van artikel 17a in de Financiële-verhoudingswet.
Daarnaast is in artikel 17b van de Financiële-verhoudingswet geregeld dat de uitkering uit het gemeentefonds aan een gemeente
geheel of gedeeltelijk kan worden opgeschort gedurende ten hoogste zesentwintig weken indien de het college van burgemeester
en wethouders de jaarrekening en het jaarverslag alsmede de bijbehorende accountantsverklaring en het verslag van bevindingen
niet uiterlijk 15 juli van het jaar volgend op het begrotingsjaar aan Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
(BZK) heeft gezonden. Gelet hierop is een aparte regeling voor opschorting van de uitkeringen van SZW aan gemeenten in de
situatie van een te late verzending van de genoemde stukken niet langer opportuun, dit mede gelet op het voornemen om, voor
zover dat nog niet geval is, te regelen dat ontvangst na 1 januari van het jaar volgend op het begrotingsjaar leidt tot nihilstelling
van de uitkering met betrekking tot het verantwoordingsjaar en terugvordering daarvan.
Voorts wordt een aantal andere wijzigingen aangebracht die worden toegelicht in de artikelsgewijze toelichting.
Artikelsgewijs
Artikel I. Regeling WWB
Onderdelen A en B
De eerste twee leden van artikel 2 van de Regeling WWB kunnen vervallen gelet op de wijziging van artikel 77 van de WWB. Daarnaast
vervallen de leden drie en vier die handelen over de opschorting van de uitkering bij te late indiening van de (bijlage bij
de) jaarrekening en de bijbehorende accountantsverklaring. Hiermee zou dit artikel nog slechts handelen over de opschorting
van de uitkering indien het college in gebreke blijft om binnen een door de minister vastgestelde termijn aanvullende informatie
te verstrekken noodzakelijk voor het financieel beheer van de wet. Dit artikellid (het vijfde) wordt overgebracht naar artikel
4 (zie onderdeel C, onder 4). In verband hiermee vervalt artikel 2 en wordt het opschrift van paragraaf 2 aangepast.
Onderdeel C
Artikel 4 van de Regeling WWB wordt technisch aangepast aan de vervanging van de term ‘voorlopig verslag over de uitvoering’
in artikel 77, tweede lid, van de WWB door de term ‘beeld van de uitvoering’. Voorts is het oude vijfde lid van artikel 2
overgebracht naar het vijfde lid van dit artikel. Ook is in het derde lid een technische wijziging aangebracht omdat in de
Wet participatiebudget artikel 69, eerste lid, onderdeel a, van de WWB komt te vervallen. Daarom wordt hier de verwijzing
naar dat onderdeel verwijderd uit artikel 4, derde lid, van de Regeling WWB. Deze wijzigingen hebben geen inhoudelijke gevolgen.
Onderdeel D
Dit betreft een technische wijziging. In de Wet participatiebudget komt artikel 69, eerste lid, onderdeel a, van de WWB te
vervallen. Daarom betreft artikel 69, eerste lid, van de WWB slechts één uitkering.
Artikel II. Regeling financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004
Onderdeel A
De definitie van de term ‘verslag over de uitvoering’ in artikel 1, onderdeel k, van de Rfi kan vervallen nu die term niet
langer in de regeling voorkomt.
Onderdeel B
Artikel 3 van de Rfi wordt redactioneel aangepast aan de wijziging van de IOAW en IOAZ en het Bbz 2004. Daarnaast vervallen
de leden twee en vier, onderdeel b, die handelen over de opschorting van de uitkering bij te late indiening van de (bijlage
bij de) jaarrekening en de bijbehorende accountantsverklaring. In verband hiermee wordt het tot vierde lid vernummerde lid
technisch aangepast. Deze wijzigingen hebben geen inhoudelijke gevolgen.
Onderdeel C
Artikel 7 van de Rfi kan vervallen gelet op de wijziging van artikel 54, eerste lid, van de IOAW, en artikel 54, eerste lid,
van de IOAZ.
Onderdeel D
Artikel 7b van de Rfi wordt technisch aangepast aan de vervanging van de term ‘voorlopig verslag over de uitvoering’ in artikel
54, tweede lid, van de IOAW en artikel 54, tweede lid, van de IOAZ door de term ‘beeld van de uitvoering’.
Artikel III. Regeling financiering en administratieve uitvoeringsvoorschriften WWIK
Onderdeel A
De eerste twee leden van artikel 4 van de Rfw kunnen vervallen gelet op de wijziging van artikel 46 van de WWIK. Daarnaast
vervallen de leden drie en vijf die handelen over de opschorting van de maandvoorschotten bij te late indiening van de (bijlage
bij de) jaarrekening en de bijbehorende accountantsverklaring. Het vierde lid, dat de nihilstelling betreft van de maandvoorschotten
en de terugvordering daarvan, wordt overgebracht naar artikel 6 dat handelt over de maandvoorschotten (zie onderdeel C, onder
2). Hiermee zou dit artikel nog slechts handelen over de opschorting van de maandvoorschotten indien het college in gebreke
blijft om binnen een door de minister vastgestelde termijn aanvullende informatie te verstrekken noodzakelijk voor het financieel
beheer van de WWIK. Dit artikellid (het zesde) wordt overgebracht naar artikel 5 (zie onderdeel B, onder 5). In verband hiermee
vervalt artikel 4 en dus ook paragraaf 4.
Onderdeel B
Artikel 5 van de Rfw wordt technisch aangepast aan de vervanging van de term ‘voorlopig verslag over de uitvoering’ in artikel
46 van de WWIK door de term ‘beeld van de uitvoering’. Het beeld van de uitvoering zal een voorlopige opgave bevatten van
de door het college gemaakte kosten, bedoeld in artikel 48, eerste lid, van de WWIK. Voorts is het oude zesde lid van artikel
4 overgebracht naar het zevende lid van dit artikel. Deze wijzigingen hebben geen inhoudelijke gevolgen.
Onderdeel C
Aan artikel 6 van de Rfw ontbrak een opschrift. Met dit onderdeel wordt deze omissie herstelt. Daarnaast wordt het oude vierde
lid van artikel 4, onder aanpassing aan de nieuwe terminologie, toegevoegd aan artikel 6 (het nieuwe vijfde lid). Deze wijzigingen
hebben geen inhoudelijke gevolgen.
Artikel IV. Regeling uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken 2008
Onderdeel A
In artikel 5 van de Regeling uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken 2008 wordt het percentage van de garantiestelling,
bedoeld in artikel 16, zesde lid, van het Besluit uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken, vastgesteld voor
het jaar 2009, alsmede het totaal aantal arbeidsjaren dat nodig is voor de toepassing van de garantiestelling voor dat kalenderjaar.
Dit aantal arbeidsjaren wordt jaarlijks iteratief berekend.
Onderdeel B
Met dit onderdeel vervallen het eerste en tweede lid van in artikel 7 van de Regeling uitvoering sociale werkvoorziening en
begeleid werken 2008, die handelen over de opschorting van de uitkering bij te late indiening van de (bijlage bij de) jaarrekening
en de bijbehorende accountantsverklaring. In verband hiermee wordt het derde lid van dat artikel redactioneel aangepast.
Artikel V. Regeling tarieven in burgerlijke zaken
Dit betreft een technische wijziging. Met de inwerkingtreding van het voorstel van wet tot intrekking van de Invoeringswet
Wet werk en bijstand (31 559), nadat het tot wet is verheven, komt de Invoeringswet Wet werk en bijstand te vervallen. Om
deze reden dient de verwijzing hiernaar geschrapt te worden in artikel 1, onderdeel g, van de Regeling tarieven in burgerlijke
zaken.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A. Aboutaleb.