Wijziging diverse regelingen zeevisserij

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 29 januari 2008, nr. TRCJZ/2008/235, houdende wijziging diverse regelingen zeevisserij;

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op Verordening (EG) nr. 40/2008 van 16 januari 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 19);

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, aanhef en onderdeel a, en 4 van het Reglement zee- en kustvisserij 1977;

Besluit:

Artikel I

De Regeling visserij-inspanning herstelplannen1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel d, komt te luiden:

d. verordening inzake vangstmogelijkheden: verordening (EG) nr. 40/2008 van 16 januari 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 19);.

2. In het eerste lid, onderdeel k, wordt de zinsnede die begint met ‘op grond van de onderdelen 4’ en die eindigt met ‘onderdelen 10 en 11’ vervangen door: op grond van artikel 4 van deze regeling en van de onderdelen 14, 18.2, 18.3, 18.4 en 20.2 van bijlage IIa van de verordening inzake vangstmogelijkheden en onder de voorwaarden van de onderdelen 4, 5.3, 7, 8.2, 8.3, 8.4, 8.8, 8.9, 8.10 en 18.5 van die bijlage, in aanmerking komt, met inbegrip van het in voorkomend geval op grond van de onderdelen 10, 11 en 12.

3. In het derde lid wordt ‘14.1 tot en met 14.4 en onderdeel 15’ vervangen door: 15.1 tot en met 15.4 en onderdeel 16.

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘artikel 7, derde lid,’ vervangen door: onderdeel 5.1 van bijlage IIa.

2. In het tweede lid, onderdeel c, wordt de zinsnede die begint met ‘op grond van de onderdelen 4’ en die eindigt met ‘onderdelen 10 en 11’ vervangen door: op grond van artikel 4 van deze regeling en van de onderdelen 14, 18.2, 18.3, 18.4 en 20.2 van bijlage IIa van de verordening inzake vangstmogelijkheden en onder de voorwaarden van de onderdelen 4, 5.3, 7, 8.2, 8.3, 8.4, 8.8, 8.9, 8.10, 13.2 en 18.5 van die bijlage, in aanmerking komt, met inbegrip van het in voorkomend geval op grond van de onderdelen 10, 11 en 12.

3. In het tweede lid, onderdeel d, wordt ‘onderdeel 17.7 van bijlage IIa’ vervangen door: onderdeel 18.5 van bijlage IIa.

4. Het zesde lid vervalt.

C

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt ‘onderdeel 17.7, onder b, van bijlage IIa’ vervangen door: onderdeel 18.5, onder b, van bijlage IIa.

2. In het derde lid wordt ‘onderdeel 20 van bijlage IIa’ vervangen door: onderdeel 21 van bijlage IIa.

D

In artikel 4, eerste lid, wordt ‘14.1 tot en met 14.4 en voor zover van toepassing, onderdeel 15’ vervangen door: 15.1 tot en met 15.4 en, voor zover van toepassing, onderdeel 16.

E

In artikel 5, eerste en tweede lid, wordt ‘onderdeel 21’ telkens vervangen door: onderdeel 22.

Artikel II

De Regeling technische maatregelen 20002 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, onderdeel l, komt te luiden:

l. verordening inzake vangstmogelijkheden: verordening (EG) nr. 40/2008 van 16 januari 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 19);.

B

Artikel 7e wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en tweede lid wordt de zinsnede die begint met ‘verordening (EG) nr. 41/2007’ en eindigt met ‘van toepassing zijn (PbEU L 15)’ telkens vervangen door: de verordening inzake vangstmogelijkheden.

2. In het tweede lid wordt ‘bedoeld in dat onderdeel’ vervangen door: bedoeld in de onderdelen 1 en 2 van die bijlage.

Artikel III

In artikel 3, tweede lid, van de Regeling visvergunning3 wordt de zinsnede die begint met ‘onderdeel 20’ en eindigt met ‘van toepassing zijn (PbEU L 15)’ vervangen door: onderdeel 21 van bijlage IIa van verordening (EG) nr. 40/2008 van 16 januari 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 19).

Artikel IV

De Regeling stelselmatige controle bij aanlanding 19884 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, onderdeel f, komt te luiden:

f. verordening inzake vangstmogelijkheden: verordening (EG) nr. 40/2008 van 16 januari 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 19).

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘IJmuiden (Gemeente Velsen)’ vervangen door: IJmuiden en Velsen (Gemeente Velsen).

2. In het vierde lid, onderdeel a, wordt ‘in de havens en binnen de daarbij vermelde lostijden, bedoeld in Bijlage 2, behorende bij deze regeling’ vervangen door: in de havens, bedoeld in het eerste lid, behoudens de havens van Vlaardingen en Velsen.

3. In het vierde lid, onderdeel b, wordt ‘bedoeld in Bijlage 2, behorende bij deze regeling, alsmede in de haven van Velsen’ vervangen door: bedoeld in het eerste lid, behoudens de haven van Vlaardingen.

4. In het vierde lid, onderdeel d, wordt ‘in de havens en binnen de daarbij vermelde lostijden, bedoeld in Bijlage 2, behorende bij deze regeling’ vervangen door: in de havens, bedoeld in het eerste lid, behoudens de havens van Vlaardingen en Velsen.

5. In het vierde lid, onderdeel e, wordt ‘bedoeld in Bijlage 2, behorende bij deze regeling, alsmede in de haven van Velsen’ vervangen door:, bedoeld in het eerste lid, behoudens de haven van Vlaardingen.

C

In artikel 2a, tweede lid, wordt ‘zesde lid’ vervangen door: zevende lid.

D

Bijlage 2 vervalt.

Artikel V

De Regeling eisen, administratie en registratie inzake uitoefening visserij5 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 21, tweede lid, wordt de zinsnede die begint met ‘de verordening van 19 december’ en eindigt met ‘inzake vangstmogelijkheden’ vervangen door: verordening (EG) nr. 40/2008 van 16 januari 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 19).

B

Artikel 34, derde lid, vervalt.

Artikel VI

In artikel 3b, tweede lid, van de Regeling van de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van 18 juni 2001, TRCJZ/2001/87506 , wordt de zinsnede die begint met ‘de verordening van 19 december’ en eindigt met ‘te nemen voorschriften’ vervangen door: verordening (EG) nr. 40/2008 van 16 januari 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 19).

Artikel VII

De Regeling vangstbeperking7 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, onderdeel g, komt te luiden:

g. verordening inzake vangstmogelijkheden: verordening (EG) nr. 40/2008 van 16 januari 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 19).

B

Bijlage 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het gebied behorend bij de vissoort Blauwe Wijting (Micromesistius poutassou) wordt vervangen door: ICES gebieden VIIIc, IX, X en de EG wateren van CECAF gebied 34.1.1.

2. Het gebied behorend bij de vissoort Haring (Clupea harengus) wordt vervangen door: ICES gebieden IIIa, VIa Clyde en VIIa, e en f.

Artikel VIII

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 februari 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, G. Verburg.

Toelichting

Met deze wijzigingsregeling wordt uitvoering gegeven aan bijlage IIa van verordening (EG) nr. 40/2008 van 16 januari 2008 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 19) (hierna: de verordening inzake vangstmogelijkheden). Deze bijlage geeft uitvoering aan een deel van het kabeljauwherstelplan dat is vastgesteld op grond van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van de Europese Unie van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (PbEG L 358). In bijlage IIa van de verordening inzake vangstmogelijkheden is de beperking van de visserij-inspanning in de herstelplangebieden voor het jaar 2008 vastgelegd, inhoudende dat elk vissersvaartuig met bepaalde vistuigen slechts een bepaald aantal dagen per jaar in die gebieden de visserij uit mag oefenen. In de Regeling visserij-inspanning herstelplannen wordt uitvoering gegeven aan dit onderdeel van het kabeljauwherstelplan (Artikel I). Daarnaast zijn met de onderhavige wijzigingsregeling de verwijzingen in de nationale visserijregelingen naar de verordening inzake vangstmogelijkheden geactualiseerd en zijn enkele technische aanpassingen doorgevoerd (Artikelen II, III, IV, onderdeel A, V, onderdeel A, VI en VII).

In de Regeling eisen, administratie en registratie inzake uitoefening visserij vervalt het derde lid van artikel 34, aangezien de bevoegdheden van toezichthouders ten algemene geregeld zijn in hoofdstuk 5 van de Algemene wet bestuursrecht (Artikel V, onderdeel B).

Voorts vervalt Bijlage 2 bij de Regeling stelselmatige controle bij aanlanding 1988 (artikel IV, onderdelen B en D). In de bijlage waren de tijden opgenomen waarbinnen in de Nederlandse zeehavens aangeland en gelost kon worden. De lostijden worden niet langer voorgeschreven. Deze wijziging neemt belemmeringen weg en leidt tot meer flexibiliteit in de bedrijfsvoering. De maatregel past in het kabinetsbeleid tot vereenvoudiging van regelgeving en vermindering van lasten voor burgers en overheid. De controlepraktijk heeft uitgewezen dat de bestaande verplichting voor vissers van artikel 3 van de Regeling stelselmatige controle bij aanlanding 1988 om hun voorgenomen aanlanding te melden voldoende waarborgen voor controle en handhaving geeft. Daarnaast worden twee technische wijzigingen in de Regeling stelselmatige controle bij aanlanding 1988 doorgevoerd (artikel IV, onderdelen B en C).

De onderhavige wijzigingsregeling leidt niet tot een toename van de administratieve lasten voor ondernemers. De wijziging leidt tot een vermindering van overige lasten voor ondernemers. Zoals aangegeven leidt het vervallen van de lostijden tot minder belemmeringen in de bedrijfsvoering van vissers.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg

  • 1

    Stcrt. 2004, 20; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 9 juli 2007 (Stcrt. 137).

  • 2

    Stcrt. 1999, 252; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 21 december 2007 (Stcrt. 251).

  • 3

    Stcrt. 2003, 252; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 16 november 2007 (Stcrt. 228).

  • 4

    Stcrt. 1987, 253; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 21 december 2007 (Stcrt. 251).

  • 5

    Stcrt. 2006, 134; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 21 december 2007 (Stcrt. 251).

  • 6

    Stcrt. 2001, 114; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 21 december 2007 (Stcrt. 251).

  • 7

    Stcrt. 1993, 252; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 21 december 2007 (Stcrt. 251).

Naar boven