Besluit van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 5 december 2008, Directie Arbeidsomstandigheden, nr. ARBO/A&V/33192/2008/, tot wijziging van de Beleidsregels arbeidsomstandighedenwetgeving in verband met de wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit (Stb. ) in verband met het wegnemen van wetstechnische onvolkomenheden en de erkenning van buitenlandse bewijzen van vakbekwaamheid.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 34, vijfde lid, van de Arbeidsomstandighedenwet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Beleidsregels arbeidsomstandighedenwetgeving worden als volgt gewijzigd:

A

Beleidsregel 3.5.g-1 Onderzoek in ruimten waar gevaar bestaat voor verstikking, bedwelming of vergiftiging dan wel brand, wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift wordt ‘verstikking, bedwelming of vergiftiging dan wel brand’ vervangen door: verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie;

2. In het eerste lid wordt ‘brand, vergiftiging, verstikking of bedwelming’ vervangen door: verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie;

3. In het eerste lid, onder b wordt na ‘brand’ toegevoegd: of explosie.

B

Het opschrift van Beleidsregel 3.5.g-2 komt te luiden: Onderzoek in ruimten waar gevaar bestaat voor verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie’

C

In Bijlage 1, behorend bij beleidsregel 33 Arbowet, Tarieflijst boetenormbedragen bestuurlijke boete Arbeidsomstandighedenwet, wordt deel 2, Arbeidsomstandighedenbesluit, gewijzigd als volgt:

De artikelen 2.32, eerste lid, 2.33, 3.4, eerste lid, 3.5, vierde en zevende lid, 3.5c, 3.5g, opschrift, 3.34, 4.87a, eerste lid, 4.90, zesde lid, 4.99 en 4.100, eerste lid, met bijbehorende boetenormbedragen, komen te luiden:

2.32

 

aanvullende verplichtingen opdrachtgever

 
 

1

De opdrachtgever neemt zodanige maatregelen dat:

€ 1.800

  

a. de coördinator de taken, bedoeld in artikel 2.30, naar behoren kan vervullen;

 
  

b. de coördinator de taken, bedoeld in artikel 2.30, naar behoren uitoefent;

 
  

c. het veiligheids- en gezondheidsplan, bedoeld in artikel 2.28, deel uitmaakt van het bestek betreffende het bouwwerk en vóór aanvang van de werkzaamheden op de bouwplaats beschikbaar is

 
    

2.33

 

aanvullende verplichtingen uitvoerende partij

 
  

De uitvoerende partij neemt zodanige maatregelen dat:

€ 1.800

  

a. de coördinator de taken, bedoeld in artikel 2.31, naar behoren kan vervullen;

 
  

b. de coördinator de taken, bedoeld in artikel 2.31, naar behoren uitoefent

 
    

3.4

 

elektrische installaties

 
 

1

Elektrische installaties zijn zodanig ontworpen, ingericht, aangelegd, onderhouden en gekenmerkt, dat een veilig gebruik van elektriciteit zo goed mogelijk is gewaarborgd. Hiertoe zijn de nodige voorzieningen en beschermingsmaatregelen aangebracht. Daarbij is rekening gehouden met bijzondere eisen die kunnen voortkomen uit de wijze van het gebruik, de gebruiksomstandigheden, de te verwachten uitwendige invloeden en onderhoudswerkzaamheden.

€ 2.700

    

3.5

 

elektrotechnische, bedienings- en andere werkzaamheden aan of nabij een elektrische installatie

 
 

4

De daartoe bevoegde werknemer neemt doeltreffende maatregelen om een veilig verloop van de werkzaamheden te waarborgen

€ 2.700*

 

7

Werkzaamheden bestaande uit het reinigen van elektrisch materieel in een elektrische installatie voor hoogspanning als bedoeld in artikel 3.5, zesde lid, onder c, worden slechts uitgevoerd, indien:

€ 2.700*

  

a. tot het uitvoeren van die werkzaamheden door de daartoe bevoegde werknemer uitdrukkelijk opdracht is gegeven;

 
  

b. gebruik wordt gemaakt van de voor deze werkzaamheden geschikte arbeidsmiddelen, reinigingsmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen; en

 
  

c. de werknemers zich met de arbeidsmiddelen waarmee zij fysiek in contact staan, niet behoeven te begeven in de gevarenzone van de installatie of delen daarvan die onder spanning staan

 
    

3.5c

 

nadere voorschriften risico-inventarisatie en - evaluatie; explosieveiligheidsdocument

 
 

1

De gevaren in verband met explosieve atmosferen en de bijzondere risico’s die daaruit kunnen voortvloeien, worden in het kader van de risico-inventarisatie en -evaluatie, bedoeld in artikel 5 van de wet, voor de aanvang van de arbeid en bij iedere belangrijke wijziging, uitbreiding of verbouwing van de arbeidsplaats, de arbeidsmiddelen of het arbeidsproces, in hun geheel beoordeeld en schriftelijk vastgelegd in een explosieveiligheidsdocument

€ 900

 

2

Bij de beoordeling, bedoeld in het eerste lid, wordt in ieder geval rekening gehouden met:

€ 900

  

a. de waarschijnlijkheid van het voorkomen en het voortduren van explosieve atmosferen;

 
  

b. de waarschijnlijkheid dat ontstekingsbronnen, elektrostatische ontladingen daaronder begrepen, aanwezig zijn, actief worden en daadwerkelijk ontsteken;

 
  

c. de aanwezige installaties, de gebruikte stoffen, de processen en hun mogelijke wisselwerkingen;

 
  

d. de omvang van de te verwachten gevolgen

 
 

3

Bij de beoordeling, bedoeld in het eerste lid, worden tevens ruimten in aanmerking genomen die via openingen verbonden zijn of kunnen worden verbonden met ruimten waar explosieve atmosferen kunnen voorkomen

€ 900

 

4

In het explosieveiligheidsdocument zijn ten minste vermeld:

€ 450

  

a. een identificatie en beoordeling van de explosierisico’s;

 
  

b. de wijze waarop de arbeidsplaatsen en arbeidsmiddelen, met inbegrip van de alarminstallaties, met de vereiste aandacht voor de veiligheid zijn ontworpen, worden gebruikt of bediend en onderhouden;

 
  

c. welke gebieden zijn ingedeeld in zones als bedoeld in artikel 3.5d, vijfde lid;

 
  

d. de wijze waarop uitvoering is gegeven aan de maatregelen, bedoeld in de artikelen 3.5d, 3.5e en 3.5f.

 
  

e. indien op arbeidsplaatsen als bedoeld in artikel 3.5b, eerste lid, meerdere werkgevers arbeid doen verrichten, de wijze waarop voldaan is aan artikel 19, tweede lid, van de wet en het doel, de maatregelen en de wijze van uitvoering van de coördinatie, bedoeld in artikel 3.5b, tweede lid

 
    

3.5g

 

gevaar voor verstikking bedwelming, vergiftiging, brand of explosie

 
    

3.34

 

gevaar voor explosie

 
  

De maatregelen gericht op het voorkomen van gevaar voor explosie, bedoeld in artikel 3.5g. tweede lid, worden opgenomen in het veiligheids- en gezondheidsplan, bedoeld in artikel 2.42, tweede lid.

€ 450

    

4.87a

 

Voorkomen of beperken van blootstelling

 
 

1

Voor zover uit de resultaten van de beoordeling, bedoeld in artikel 4.85, blijkt dat er risico voor de veiligheid of gezondheid van de werknemers bestaat en dat het in verband met de aard van de arbeid niet uitvoerbaar is om biologische agentia te vervangen door biologische agentia die niet gevaarlijk zijn, worden, voor zover dit technisch uitvoerbaar is, zodanige andere maatregelen genomen dat blootstelling van werknemers aan biologische agentia wordt voorkomen en de risico’s beperkt

€ 4.500

    

4.90

 

registratie

 
 

6

Aan de bedrijfsarts, bedoeld in artikel 14, eerste lid, aanhef, van de wet, of de arbodienst wordt desgevraagd inzage verschaft in het register, bedoeld in het eerste lid

€ 90

    

4.99

 

beheersingsniveaus laboratoria en ruimten voor proefdieren

 
 

1

In laboratoria en in ruimten waarin zich dieren bevinden die opzettelijk zijn besmet met biologische agentia van de categorie 2, 3 of 4 dan wel dieren die drager zijn of mogelijk zouden kunnen zijn van biologische agentia van een van deze categorieën, worden afhankelijk van de inventarisatie en evaluatie als bedoeld in artikel 4.85, en met inachtneming van artikel 16, eerste lid, van de richtlijn, tenminste respectievelijk de beheersingsniveaus 2, 3 en 4 van bijlage V bij richtlijn nr. 2000/54/EG in acht genomen

€ 4.500

 

2

Indien in de in het eerste lid bedoelde laboratoria arbeid wordt verricht met materiaal waarvan het onzeker is of zich hierin biologische agentia van categorie 2, 3 of 4 bevinden en de arbeid niet is gericht op het werken met biologische agentia, wordt, met inachtneming van artikel 16, eerste lid, van de richtlijn, ten minste beheersingsniveau 2 van bijlage V bij richtlijn nr. 2000/54/EG, in acht genomen

€ 4.500

    

4.100

 

beheersingsniveaus industriële procédés

 
 

1

In geval biologische agentia van de categorie 2, 3 of 4 worden gebruikt in industriële procédés, worden, afhankelijk van de resultaten van de inventarisatie en evaluatie, bedoeld in artikel 4.85, en met inachtneming van artikel 16, tweede lid, van de richtlijn, ten minste respectievelijk de beheersingsniveaus 2, 3, en 4 van bijlage VI bij richtlijn nr. 2000/54/EG, in acht genomen.

€ 4.500

  

Van industriële procédés is sprake indien de arbeid is gericht op het werken met biologische agentia van categorie 2, 3 of 4 in reactorvaten van tien liter of meer

 

D

In bijlage 2, behorend bij beleidsregel 33 Arbowet, Lijst van ernstige beboetbare feiten Arbeidsomstandighedenwet, komt het ernstige beboetbare feit betreffende artikel 3.34, lid 1, Arbobesluit te vervallen.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2009.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 5 december 2008

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

namens deze:

de Directeur-Generaal Arbeidsomstandigheden en Sociale Verzekeringen,

J.A.M. Hilgersom.

TOELICHTING

Dit besluit strekt er toe de bijlagen 1 en 2 bij beleidsregel 33 (boetebesluit) en Arbobeleidsregels 3.5g-1 en 3.5g-2 te wijzigen naar aanleiding van de wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit per 01-01-2009 in verband met het wegnemen van wetstechnische onvolkomenheden en de erkenning van buitenlandse bewijzen van vakbekwaamheid.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

namens deze:

de Directeur-Generaal Arbeidsomstandigheden en Sociale Verzekeringen,

J.A.M. Hilgersom.

Naar boven