Regeling van 9 december 2008, nr. BJZ2008117292, houdende de instelling van een criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Justitie;

Gelet op artikel 12, tweede lid, van de Wet op de bijzondere opsporingsdiensten;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. In dit besluit wordt verstaan onder:

    a. CIE-regeling:

    Regeling criminele inlichtingen eenheden;

    b. nationale criminele inlichtingen eenheid:

    eenheid, genoemd in artikel 1, onderdeel b, van de CIE-regeling;

    c. informantgegevens:

    gegevens omtrent een persoon, bedoeld in artikel 12, zevende lid, van de Wet politiegegevens;

    d. criminele inlichtingen:

    gegevens, die in aanmerking komen voor verwerking op grond van artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de Wet politiegegevens;

    e. CIE-officier van justitie:

    de als zodanig aangewezen officier van justitie, verantwoordelijk voor de taakuitoefening van de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD;

    f. VROM-IOD:

    inlichtingen- en opsporingsdienst van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

    g. verantwoordelijke:

    minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

  • 2. Namens de verantwoordelijke kunnen de in deze regeling voorgeschreven handelingen worden verricht door de Directeur van de VROM-IOD, in het bijzonder die genoemd in de artikelen 5, tweede en derde lid, 7, eerste en tweede lid, 8, tweede lid, en 9.

Artikel 2

  • 1. Bij de VROM-IOD is een criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD.

  • 2. De criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD is belast met de informatievoorziening in het kader van de opsporing van misdrijven, voor zover het betreft misdrijven als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de Wet politiegegevens.

  • 3. Met het oog op de uitvoering van de taak, bedoeld in het tweede lid, worden criminele inlichtingen verwerkt overeenkomstig het bij of krachtens de Wet politiegegevens bepaalde.

Artikel 3

  • 1. De criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD verricht in ieder geval de volgende werkzaamheden:

    • a. het verzamelen en verifiëren van criminele inlichtingen;

    • b. het verwerken van criminele inlichtingen in een bestand, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet politiegegevens.

    • c. het bevorderen van het gericht inwinnen en aanvullen van criminele inlichtingen en andere gegevens die in het kader van de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde in aanmerking komen voor verwerking op grond van de Wet politiegegevens;

    • d. het analyseren van criminele inlichtingen en het aan de hand daarvan:

      • 1°. signaleren van criminaliteitsontwikkelingen, voor zover het betreft misdrijven als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de Wet politiegegevens.

      • 2°. periodiek verslag doen ten behoeve van criminaliteitsbeelden;

    • e. het ter beschikking stellen van criminele inlichtingen overeenkomstig artikel 10, vijfde lid, van de Wet politiegegevens;

    • f. het verwerken van gegevens over informanten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 12 van de Wet politiegegevens, onder gelijktijdige codetoekenning.

  • 2. Ten behoeve van de werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid, maakt de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD gebruik van de door de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangewezen geautomatiseerde verwijsindex.

  • 3. De uitvoering van de werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, met medewerking van personen als omschreven in artikel 1, onderdeel c, wordt binnen de VROM-IOD uitsluitend verricht door de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD.

Artikel 4

De criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD streeft naar een zo doelmatig mogelijke samenwerking met de overige criminele inlichtingen eenheden.

Artikel 5

  • 1. De criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD verstrekt criminele inlichtingen indien dit van belang kan zijn voor de opsporing van misdrijven, voor zover het betreft misdrijven als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de Wet politiegegevens. Daartoe wordt gebruik gemaakt van het modelformulier dat is opgenomen in bijlage I bij dit besluit.

  • 2. Van de overeenkomstig artikel 46, tweede lid, van de Wet politiegegevens aangewezen ambtenaren van de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD worden door de verantwoordelijke twee ambtenaren voorgedragen met het oog op de autorisatie, bedoeld in artikel 2:5, eerste lid, van het Besluit politiegegevens, ten aanzien van het bestand met criminele inlichtingen bij de overige criminele inlichtingeneenheden.

  • 3. De verantwoordelijke draagt ervoor zorg dat aan de op grond van artikel 6, tweede lid, van de CIE-regeling bekend gemaakte ambtenaren van elke criminele-inlichtingeneenheid alsmede de twee geautoriseerde ambtenaren van de criminele inlichtingen eenheden bij de bijzondere opsporingsdiensten overeenkomstig het bij of krachtens de Wet politiegegevens bepaalde autorisatie wordt verleend.

Artikel 6

  • 1. De criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD stelt de nationale criminele inlichtingen eenheid in kennis van:

    • a. criminele inlichtingen die van nationale of internationale betekenis zijn;

    • b. personalia of bedrijfsgegevens van overeenkomstig artikel 10, tweede lid, onderdelen a en b, van de Wet politiegegevens geregistreerde personen;

    • c. de informantgegevens door middel van het Informanten Codering Systeem;

    • d. overige informatie die van belang kan zijn voor de landelijke en internationale coördinatie en ondersteuning door de nationale criminele inlichtingen eenheid.

  • 2. Ter uitvoering van het eerste lid, onderdeel b, en met het oog op de verstrekking van de gegevens als opgenomen in bijlage II van dit besluit maakt de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD gebruik van de door de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangewezen geautomatiseerde verwijsindex.

Artikel 7

  • 1. De verantwoordelijke draagt er zorg voor dat de kennis en vaardigheden van de ambtenaren, die deel uitmaken van de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD, worden onderhouden op ten minste het niveau van de eisen, bedoeld in artikel 2:9 van het Besluit politiegegevens.

  • 2. De verantwoordelijke bepaalt de termijn gedurende welke de ambtenaar die belast is met de werkzaamheden, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel c, ononderbroken deel uitmaakt van de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD.

  • 3. De termijn, bedoeld in het tweede lid, is ten hoogste vier jaar en kan tweemaal met ten hoogste twee jaar worden verlengd.

Artikel 8

  • 1. De bij de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD in gebruik zijnde vertrekken zijn afsluitbaar en beveiligd. Tot deze vertrekken hebben slechts toegang ambtenaren die deel uitmaken van de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD, personen die door deze ambtenaren worden begeleid en de CIE-officier van justitie.

  • 2. In afwijking van het eerste lid, tweede volzin, kan de verantwoordelijke aan anderen toegang zonder begeleiding toestaan, indien het betreden van de vertrekken alleen kan plaatsvinden nadat identiteitsgegevens elektronisch zijn vastgelegd en de toegang noodzakelijk is vanuit zijn verantwoordelijkheid voor de ambtenaren en vertrekken van de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD.

  • 3. Bij afwezigheid van ambtenaren van de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD zijn de vertrekken deugdelijk afgesloten.

Artikel 9

De verantwoordelijke draagt ervoor zorg dat de nodige voorzieningen van technische en organisatorische aard ter beveiliging van de bij de criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD gehouden criminele inlichtingen tegen verlies of aantasting van persoonsgegevens en tegen onbevoegde kennisneming, wijziging of verstrekking daarvan kunnen worden getroffen opdat het bij of krachtens de Wet politiegegevens bepaalde kan worden nageleefd.

Artikel 10

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2008.

Artikel 11

Deze regeling wordt aangehaald als: Besluit instelling criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 9 december 2008

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J.M. Cramer.

BIJLAGE I

Het Criminele inlichtingenrapport dient de volgende verplichte rubrieken te bevatten:

Algemeen

Uniek registratienummer

Datum van registratie

Naam/nummer rapporteur

Naam van de CIE

Regionummer (PL-code)

Telefoonnummer CIE

Herleidbaarheidsinformatie

Herkomstbron

Tekstveld

Openbron

Welke bron + datum

Verkennend onderzoek

Korps + Landelijk parketnummer en/of naam onderzoek

Opsporingsonderzoek

Korps + PV-nummer en/of naam onderzoek onderzoe

Buitenlands opsporingsonderzoek

Land + uniek nummer en/of naam onderzoek + ontvangstregio

Informant

Geen veld, niet relevant

Anonieme bron

Naam opsporingsambtenaar die bericht ontvangt en PV-nummer

Getuige

Naam + geb.datum + bedrijf/ instelling, tenzij de identiteit van de getuige afgeschermd wordt; in dat geval worden geen gegevens vermeld

Waarneming opsporingsambtenaar buiten opsporingsonderzoek

Naam verbalisant en PV-nummer

Afhandelingscodes

11

Operationeel te gebruiken

01

Alleen te gebruiken na overleg met de afzender

00

Informatie met zware beperkingen voor gebruik

200

Kan niet operationeel gebruikt worden, maar kan onder bepaalde voorwaarden wel voor coördinatie- en analysedoeleinden worden gebruikt.

+ Informatie met verhoogd afbreukrisico

300

Kan niet operationeel gebruikt worden, maar kan onder bepaalde voorwaarden wel voor coördinatie- en analysedoeleinden worden gebruikt.

+ Informatie met bronbeschermingsbelangen

Inhoud van de CIE-informatie

In CIE-informatie genoemde herleidbare persoon:

In CIE-informatie genoemde herleidbare rechtspersoon:

– Achternaam

– Bedrijfs/handelsnaam

– Voornaam

–KvK-code/inschrijvingsnummer

– Geboortedatum

– Adres

– Adres

– Vestigingsplaats

– Status (verdachte, CIE-subject, relatie,)

 

De volgende twee rubrieken (evaluatiecode informant en evaluatiecode informatie afkomstig van informanten) zijn voor de eigen administratie van de CIE. Deze gegevens worden niet verstrekt buiten de CIE-structuur.

Evaluatiecode informant

A

Betrouwbaar

B

Meestal betrouwbaar

C

Minder

X

Niet te beoordelen

 

betrouwbaar/tot niet betrouwbaar

  
Evaluatiecode informatie afkomstig van informant

1

Waargenomen (door bron zelf)

2

Gehoord (van iemand die erbij geweest is)

3

Indirect gehoord (via via)

BIJLAGE 2 VERWIJSINDEX-GEGEVENS

Overzicht van de digitaal aan te leveren gegevens aan de NCIE t.b.v. de verwijsindexen

CIE-Subjecten Index Natuurlijke personen

CIE-Subjecten Index Rechtspersonen

Achternaam

Bedrijfsnaam

Voorvoegsel

Handelsnaam

Voornaam

Belastingnummer

Roepnaam

KvK-code

Bijnaam

KvK-dossiernummer

Alias

KvK-inschrijvingsnummer

Status

Status

(verdachte, CIE-subject, relatie)

 

Geboorteplaats

Straatnaam

Geboorteland

Huisnummer

Geboortedatum

Toevoeging

Geslacht

Postcode

Nationaliteit

Vestigingsplaats

Hoofdgroepcode

Land

 

Rechtsvorm

 

Hoofdgroepcode

MRO Algemeen

MRO Locaties

MRO Organisaties

   

Naam onderzoeksteam

Straatnaam

Bedrijfsnaam

Startdatum onderzoek

Huisnummer

Naam organisatie

Sluitingsdatum onderzoek

Toevoeging huisnummer

Belastingnummer

Afhandelingscode

Postcode

KvK-code

Hoofdgroepcode

Plaats

KvK-dossiernummer

Contact

Land

KvK-inschrijvingsnummer

Telefoonnr. contact

  

Fax-nr. contact

  

Doelstelling onderzoek

  

Status

  

(lopend/afgesloten)

  

MRO Personen

MRO Telecom

MRO Vervoer

Achternaam

Telecommunicatienummer

Land

Voorvoegsel

 

Soort vervoer

Voornaam

 

Registratienummer

Geboortedatum

 

Merk

Geboorteplaats

 

Voertuigtype

Geslacht

 

Vaartuignaam

Radio call sign

Identificatiegegevens

Korpscode

Mutatiedatum

Registratie/Projectnummer

Opmerkingen:

  • 1. Soms kan er sprake zijn van een keuze. Van de objecten dienen in ieder geval de uniek identificerende gegevens aangeleverd te worden.

  • 2. De NCIE kan in afstemming met de gebruikersgroep de objectgegevens aanvullen.

TOELICHTING

1. Algemeen

Met ingang van 1 januari 2008 is de Wet politiegegevens (Wpolg) in werking getreden en de Wet politieregisters ingetrokken (art. 49 Wpolg). Dientengevolge is het Besluit instelling criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD1 vervallen. Abusievelijk is toen niet (onmiddellijk) voorzien in een tijdige vervanging van deze regeling. Met dit besluit wordt alsnog voorzien in de vervanging van het Besluit instelling criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD. De tekst van die vervallen regeling verwees naar de toen relevante artikelen van de Wet politieregisters. In de nieuwe tekst zijn deze verwijzingen geactualiseerd: thans wordt verwezen naar de Wet politiegegevens.

2. Actualisering artikelen

De verwerking van politiegegevens door de criminele-inlichtingeneenheden van de bijzondere opsporingsdiensten valt onder het regime van de Wet politiegegevens. Op grond van die wet is de betrokken vakminister de verantwoordelijke voor de verwerking van politiegegevens door de criminele inlichtingeneenheden (Kamerstukken II 2005/06, 30 327, nr. 3, blz. 65). Dit heeft aanleiding gegeven tot opneming van een ten opzichte van de vervallen regeling nieuw onderdeel g in artikel 1. Namens de minister zal de Directeur van de VROM-IOD worden belast met de leiding over de criminele-inlichtingeneenheid. De Wet politiegegevens bevat een definitie van de informant (artikel 12, zevende lid, Wpolg), dit heeft aanleiding gegeven tot vervanging van de definitie, die was opgenomen in het Besluit instelling criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD (artikel 1, onderdeel d). Aan het oorspronkelijke artikel 3, eerste lid, is toegevoegd het verwerken van gegevens over informanten. De criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD is ook belast met het verrichten van deze werkzaamheden. In de regeling voor de politie en de Koninklijke marechaussee, de Regeling criminele inlichtingen eenheden, is dit geregeld in een afzonderlijk artikel (5). Met de Wet politiegegevens is het begrip ‘registerbeheerder’of ‘beheerder’ vervangen door ‘de verantwoordelijke’. Dit heeft aanleiding gegeven tot aanpassingen in de tekst van verschillende bepalingen van het oorspronkelijke besluit. Met de wet is het begrip ‘voorlopig register’ komen te vervallen, dit heeft geleid tot een andere tekst dan de tekst, opgenomen in artikel 3, eerste lid, onderdeel b, artikel 6, eerste lid, onderdeel a, en artikel 9, eerste lid, onderdeel a, van het Besluit instelling criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD. Tenslotte is met de Wet politiegegevens de reglementsverplichting komen te vervallen. Dit heeft aanleiding gegeven tot aanpassing van de tekst, opgenomen in artikel 3, eerste lid, onderdelen b en e, van het Besluit instelling criminele-inlichtingeneenheid VROM-IOD.


XNoot
1

Stcrt. 8 augustus 2003, nr. 151/pag. 14.

Naar boven