Festivalregeling van het Nederlands Fonds voor de Podium⁠kunsten+

Regeling Programmering en Marketing Festivals en Concoursen (Festivalregeling) van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+

3 oktober 2008

Het bestuur van het Nederlands Fonds voor de Podiumkunsten+,

Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifieke cultuurbeleid, met goedkeuring van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

Besluit:

Artikel 1

Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. fonds: de Stichting Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+, gevestigd te Den Haag;

b. commissie: de commissie die aan het fonds een advies uitbrengt als bedoeld in de statuten van het fonds;

c. festival: reeks van presentaties op het gebied van de podiumkunsten met inhoudelijke samenhang, onder één noemer gepresenteerd en van een beperkte tijdsduur;

d. festivalorganisatie: organisatie waarvan het organiseren van festivals uit de statutaire doelstellingen valt af te leiden;

e. concours: (met regelmaat terugkerende) wedstrijd op het gebied van podiumkunsten waar het dingen naar een uitgeschreven prijs centraal staat; organisatie waarvan statutair is vastgelegd dat het produceren van een concours of concoursen de kerntaak is;

f. podium: een faciliteit bestemd voor de presentatie van podiumkunsten, of een organisatie/vereniging zonder winstoogmerk, niet zijnde een podiumkunstaanbieder of impresario, die met regelmaat openbaar toegankelijke voorstellingen op het gebied van podiumkunsten programmeert of doet programmeren; een vereniging of koepelorganisatie van de hiervoor genoemde faciliteiten of organisaties;

g. podiumkunstaanbieder: de producent van podiumkunst (theater- of dansgezelschap; muziekensemble; individuele musici, dj’s, acteurs, dansers, performers);

h. marketing: afstemming op de markt met behulp van instrumenten zoals product, promotie, prijs, plaats, personeel en partners.

Waar in deze regeling ‘festivalorganisatie’ staat kan ook ‘concours’ of ‘podium’ worden gelezen.

Artikel 2

Doel

Het doel van de subsidieregeling is om met subsidie festivalorganisaties in staat te stellen:

a. veelzijdigheid tot stand te brengen in de programmering van podiumkunsten;

b. in te zetten op het optimaal bereiken van (potentieel) publiek;

c. de programmering af te stemmen op een landelijke spreiding.

Artikel 3

Eisen subsidieaanvragers

Een aanvrager voldoet aan de volgende verplichtingen:

a. de aanvrager is in Nederland gevestigd;

b. de aanvrager bezit rechtspersoonlijkheid.

Artikel 4

Wie kunnen subsidie aanvragen?

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door festivalorganisaties, concoursen en podia waarvan de statutaire doelstellingen van artistiek-inhoudelijke aard zijn.

Artikel 5

Voorwaarden subsidieaanvraag

1. De aanvraag dient te voldoen aan de volgende voorwaarden:

a. het festival vindt plaats in Nederland;

b. het festival is openbaar toegankelijk;

c. het festival programmeert professioneel podiumkunstaanbod;

d. de gesubsidieerde activiteiten hebben een in de tijd beperkt karakter (één, twee of maximaal drie jaar).

2. Het aantal aanvragen per aanvrager

Indien reeds een meerjarige aanvraag in het kader van deze regeling is gehonoreerd, is het niet mogelijk voor de aanvrager gedurende de subsidieperiode één- of meerjarige festivalaanvragen te doen bij het fonds.

3. Bij de aanvraag overlegt u bij een eerste subsidieverzoek aan het fonds:

a. een afschrift van de oprichtingsakte of statuten;

b. een afschrift, niet ouder dan twaalf maanden, waaruit de inschrijving van de aanvrager in het geldende openbaar register blijkt.

Artikel 6

Subsidiabele kosten

De subsidiabele kosten zijn:

a. de kosten van specifiek te benoemen risicovolle programmaonderdelen alsmede de kosten voor de marketing voor zover deze betrekking hebben op deze programmaonderdelen, en/of

b. de kosten voor extra te ontwikkelen marketingactiviteiten van het festival in zijn totaliteit.

In het plan dient aannemelijk te zijn gemaakt dat de beschikbare financiële middelen, met inbegrip van de financiële steun verleend door het fonds, voldoende zijn om het project uit te voeren.

Voor zover de aanvrager voor dezelfde begrote uitgaven tevens financiële steun heeft aangevraagd bij één of meer andere bestuursorganen of particuliere fondsen of sponsors, doet hij daarvan mededeling in de aanvraag, onder vermelding van de stand van zaken met betrekking tot de beoordeling van die aanvraag of aanvragen.

In de begroting zijn de uitkoopsommen/partageregelingen vermeld. Festivalorganisaties dienen reële afspraken met podiumkunstaanbieders te maken over de te betalen uitkoopsommen. Uitgangspunt daarbij wordt gevormd door de in de sector gangbare salaris- en honorariumregelingen.

In de begroting wordt de verhouding tussen de eigen inkomsten (recettes, uitkoopsommen, partageregelingen), sponsorgelden, bijdragen van particuliere fondsen, provinciale of lokale overheden en de uitvoeringskosten duidelijk beschreven.

Artikel 7

Hoe wordt subsidie aangevraagd?

Voor het indienen van aanvragen wordt gebruik gemaakt van het aanvraagformulier ‘Festivalregeling’ van het fonds. Dit formulier kan worden gedownload van www.nfpk.nl of bij het fonds worden opgevraagd.

De aanvraag dient in tienvoud naar het fonds te worden gezonden onder vermelding ‘Aanvraag Festivalregeling’ op de envelop.

Artikel 8

Indiendata

Tot en met 31 oktober 2008 kunnen subsidieaanvragen worden ingediend voor festivals die tussen 1 februari 2009 en 30 juni 2009 plaatsvinden.

Artikel 9

Toetsing door het fonds

Aanvragen worden bij ontvangst getoetst op volledigheid. Aanvragers van wie het subsidieverzoek niet voldoet aan de artikelen 3 tot en met 8 worden in de gelegenheid gesteld om de aanvraag binnen een termijn van twee weken aan te vullen. Aanvragen die dan nog niet volledig zijn worden niet in behandeling genomen.

Het fonds maakt gebruik van een commissie die adviseert over de subsidieaanvragen.

Tijdens de behandeling van een aanvraag wordt over de voortgang daarvan geen informatie verstrekt.

Artikel 10

Toetsingscriteria

De commissie beoordeelt de aanvragen aan de hand van de onderstaande toetsingscriteria.

Acceptatie van de aanvraag is afhankelijk van de mate waarin de aanvraag beantwoordt aan deze criteria:

1. Programmering

De programmering levert een bijdrage aan de (meerjarige) artistieke visie die ten grondslag ligt aan het festival.

2. Marketing

De marketingstrategie bevordert een gevarieerder en/of groter publieksbereik.

3. Spreiding

Het festival levert een bijdrage aan de spreiding van de podiumkunsten in Nederland of de regio.

4. Bedrijfsvoering

De kwaliteit van het festival op het gebied van productie, organisatie en financieel beheer.

Artikel 11

Subsidieverlening

1. Het Fonds besluit na uiterlijk acht weken, gerekend vanaf de voor dat jaar vastgestelde uiterlijke indiendata, over de subsidieaanvraag met inachtneming van het advies van de commissie. Indien de beschikking tot subsidieverlening niet binnen acht weken kan worden gegeven, stelt het fonds de aanvrager daarvan in kennis en noemt daarbij de termijn waarbinnen de beschikking tegemoet gezien kan worden. Het advies wordt met de subsidiebeschikking meegezonden. Wanneer het bestuur van het fonds afwijkt van het advies van de commissie wordt dit besluit gemotiveerd.

2. De beschikking vermeldt de hoogte van de verleende subsidie en voor welke activiteiten en voor welke periode de subsidieverlening geldt. In de beschikking kunnen voorwaarden en nadere verplichtingen worden vermeld.

Artikel 12

Subsidieplafond

Het subsidieplafond kan per kalenderjaar verschillen en wordt voor het betreffende jaar gepubliceerd in de Staatscourant en op www.nfpk.nl. Gepubliceerd wordt het budget dat totaal voor de Festivalregeling beschikbaar is in dat jaar en het maximumbedrag dat per festivalorganisatie per jaar kan worden aangevraagd. Subsidie wordt slechts verleend voorzover de middelen van het fonds toereikend zijn. Onder meer vanwege de beperkte hoeveelheid middelen kan het voorkomen dat het fonds niet alle aanvragen kan honoreren of aanvragen met een positief advies voor het gevraagde bedrag kan honoreren.

De wijze waarop het budget over de verschillende aanvragen wordt verdeeld ingeval van krapte, wordt tegelijk met de bekendmaking van het subsidieplafond bekendgemaakt.

Artikel 13

Subsidieverplichtingen bij honorering

Indien uw aanvraag wordt gehonoreerd gelden de subsidieverplichtingen die deel uitmaken van de Festivalregeling.

Deze zijn opgenomen in Bijlage 1 – Subsidieverplichtingen Festivalregeling.

Artikel 14

Bezwaar en beroep

Een aanvrager kan bezwaar maken tegen een beslissing van het fonds. Op de bezwaarschriftenprocedure is de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

Indien een brief van het Fonds een beslissing bevat staan in de brief de rechtsmiddelen aangegeven.

Artikel 15

Bekendmaking

Deze regeling zal met de toelichting en bijlagen in de Staatscourant worden gepubliceerd.

Artikel 16

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant en werkt terug tot en met 1 november 2007.

Artikel 17

Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als:

Festivalregeling van het Nederlands Fonds voor de Podiumkunsten+.

Toelichting

Algemeen

De opdracht van het fonds

‘De verscheidenheid van het aanbod in de podiumkunsten is een kwaliteit om te koesteren’ aldus de staatssecretaris van Cultuur in de Cultuurnota 2001–2004.

Al deze optredens, voorstellingen en concerten zoeken hun weg naar een groot en gevarieerd publiek. Het fonds staat programmeurs, marketeers en anderen ten dienst bij hun ambities kwalitatief zo goed mogelijk te programmeren en de belangstelling van publiek voor hun programma te winnen.

Doel van het fonds

Het fonds stelt zich ten doel om met subsidies podia in staat te stellen:

– veelzijdigheid tot stand te brengen in de programmering van podiumkunsten;

– in te zetten op het optimaal bereiken van (potentieel) publiek;

– de programmering af te stemmen op een landelijk aanbod.

Artikelsgewijs

Artikel 5. Voorwaarden subsidieaanvraag

Festivalorganisaties maken de keuze om een één- of meerjarige aanvraag bij het fonds in te dienen. Indien de aanvrager de keuze maakt een meerjarige aanvraag in te dienen, is het niet mogelijk in de periode van uitvoering van dit project nieuwe een- of meerjarige aanvragen te doen.

Artikel 6. Subsidiabele kosten

De ondersteuning door het fonds is bestemd voor onderdelen van de programmering en niet voor de basisfinanciering. Zowel bestaande als nieuwe festivals dienen in hun plannen aan te geven welke onderdelen in het festival risicovol zijn en waarom. Het begrip risicovol is tweeledig: het betreft de inhoud en/of de financiële kant van de programmering.

De kosten voor Nederlands zowel als buitenlands aanbod komen in aanmerking voor ondersteuning.

Uitsluitend in Nederland gevestigde festivalorganisaties kunnen aanvragen indienen.

Daarnaast is het mogelijk om uitsluitend voor marketing, dus los van een specifiek te benoemen programmaonderdeel, ondersteuning aan te vragen.

Het gaat hier niet om de basisfinanciering maar om de ontwikkeling van extra marketingactiviteiten. Dit draagt bij aan de profilering van het betreffende festival.

Artikel 8. Indiendata

Voor veel festivalorganisaties is het moeilijk om lang (soms bijna een jaar) van te voren aan te geven welk programmaonderdeel extra ondersteuning behoeft. De meeste festivalorganisaties programmeren op relatief korter termijn. Dit heeft in veel gevallen ook te maken met het verwerven van het benodigde programmabudget. Tot en met 31 oktober 2008 kunnen subsidieaanvragen worden ingediend op grond van deze regeling. Na 1 november kunnen subsidieaanvragen worden ingediend op grond van het Algemeen Reglement en de deelregeling van het fonds. Deze nieuwe regelingen vervangen per 1 januari 2009 de lopende subsidieregelingen van het fonds. Voor het overgangsrecht wordt verwezen naar de deelregeling.

Artikel 10. Toetsingscriteria

Het bestuur van het fonds laat zich bij zijn besluit over de subsidieaanvragen adviseren door adviescommissies. De commissies wegen bij toepassing van de toetsingscriteria in hoeverre:

1. Programmering:

– de aanvrager een (meerjarige) artistieke visie en/of een programmeringsdoelstelling heeft geformuleerd;

– de risicovolle programmaonderdelen een kwalitatieve bijdrage leveren aan die visie en/of programmeringsdoelstelling;

– de gekozen programmering in de aanvraag zich verhoudt tot de huidige programmering.

2. Marketing:

– de aanvrager een (meerjarige) marketingdoelstelling heeft geformuleerd;

– de aanvrager een concrete invulling geeft aan die marketingdoelstelling;

– de marketingstrategie in directe relatie staat tot de artistieke visie of programmeringsdoelstelling van het festival;

– de gekozen marketingstrategie in de aanvraag zich verhoudt tot de huidige marketing.

3. Spreiding:

– het festival een aanvulling is op de reeds aanwezige presentatie van podiumkunsten in de plaats, stad, regio, provincie of het land.

4. Bedrijfsvoering:

– de organisatie betrouwbaar is en een goed financieel controlesysteem hanteert;

– de begroting redelijk is in de verhouding kosten–baten, het gevraagde bedrag subsidie per bezoeker, de verhouding eigen inkomsten–uitgaven, de verhouding gevraagd subsidie en bijdragen andere subsidiënten en sponsors.

Marketingplan

De marketingdoelstelling en -strategie maken onderdeel uit van een marketingplan.

Een dergelijk plan geeft inzicht in de organisatie, de omgevingsfactoren en de beoogde marktbewerking. Als leidraad voor het opzetten van een marketingplan dient het onderstaande. In een marketingplan is in ieder geval aandacht voor:

a. een interne analyse:

– deze bevat een korte historische schets en beschrijving van de organisatie(s) met een analyse van sterke en zwakke punten;

– wat is de positie van de aanvrager bij het algemeen publiek;

b. een programmeringsanalyse:

– deze bevat een beschrijving van de huidige programmering;

– de te realiseren programmering met het project waarvoor u subsidie wordt aangevraagd;

c. een publieksanalyse:

– deze bevat zowel een kwantitatieve als kwalitatieve beschrijving van het huidige publiek en de doelgroepen en het te bereiken publiek en de doelgroepen in aansluiting op de marketingdoelstelling;

– geef hierbij ook duidelijk aan welke (groei)mogelijkheden er zijn;

d. de middelen:

– een beschrijving van de middelen die tot dusver zijn ingezet om de organisatie en programmering ‘in de markt’ te zetten, en een beschrijving van de (extra) middelen waarmee de doelstelling van het project bereikt dient te worden.

Artikel 16

Het Nederlands Fonds voor de Podiumkunsten+ is op 1 november 2007 ontstaan door een fusie van het Fonds voor de Podiumprogrammering en Marketing, het Fonds voor de Amateurkunst en Podiumkunsten en het Fonds voor de Scheppende Toonkunst. De regelingen van de gefuseerde fondsen worden tot de intrekking daarvan door het Nederlands Fonds voor de Podiumkunsten+ uitgevoerd.

Naar boven