Regeling verplichte afkoop regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten 2008

Regeling van de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie van 24 september 2008, nr. BJZ2008086801, houdende regels omtrent verplichte afkoop van jaarlijkse bijdragen, die krachtens de Beschikking geldelijke steun huisvesting gehandicapten van 17 april 1978 (Stcrt. 1978, nrs. 74 en 76), de Regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten 1989 en 1992 (Stcrt. 1988, 190 en Stcrt. 1991, 223) en de Overgangsregeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten (Stcrt. 1993, 192) zijn toegekend aan gemeenten (Regeling verplichte afkoop regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten 2008)

De Minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

Besluit:

Paragraaf 1

Algemene bepaling

Artikel 1

1. In deze regeling wordt verstaan onder:

a. Minister: Minister voor Wonen, Wijken en Integratie;

b. regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten: Beschikking geldelijke steun huisvesting gehandicapten van 17 april 1978 (Stcrt. 1978, nrs. 74 en 76), de Regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten 1989, de Regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten 1992 of de Overgangsregeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten;

c. verbintenis: verbintenis van het Rijk jegens de gemeente uit hoofde van geldelijke steun die is verleend krachtens een regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten;

d. gemeente: gemeente jegens wie verbintenissen bestaan.

2. Een na 1 september 2008 door de Minister ontvangen aanvraag om een bijdrage ineens om redenen dat de belanghebbende niet langer zijn hoofdverblijf heeft in de woonruimte waaraan voorzieningen zijn aangebracht, wordt niet in behandeling genomen. De verbintenis waarop dit verzoek betrekking heeft wordt aangemerkt als een resterende verbintenis als bedoeld in artikel 2.

Paragraaf 2

Subsidie ter beëindiging van verbintenissen van het Rijk jegens gemeenten

Artikel 2

1. De Minister stelt bij beschikking het totaalbedrag vast, waartegen de nog resterende verbintenissen jegens een gemeente worden afgekocht.

2. De Minister voegt bij de beschikking een totaaloverzicht van de nog resterende verbintenissen jegens die gemeente en de daarbij behorende afkoopbedragen.

Artikel 3

1. Per verbintenis van het Rijk jegens een gemeente wordt het subsidiebedrag vastgesteld overeenkomstig het tweede tot en met het vierde lid.

2. Voor elk jaar van de nog resterende looptijd van de verbintenis wordt het jaarlijkse bedrag, dat het Rijk op grond van die verbintenis aan de gemeente verschuldigd is, contant gemaakt door middel van deling van dat bedrag door (1 + i)n . Hierbij is ‘i’ de disconteringsvoet en ‘n’ het aantal jaren vanaf de eerste vervaldatum van een resterend jaarbedrag vanaf 31 december 2008 tot aan de vervaldatum van het contant te maken jaarbedrag.

3. De overeenkomstig het tweede lid berekende bedragen worden gesommeerd. Het resultaat wordt contant gemaakt naar 30 december 2008 door deling door (1 + i*m), waarbij ‘i’ de disconteringsvoet is en ‘m’ de periode vanaf 30 december 2008 tot aan de eerste vervaldatum van een jaarbedrag, herleid tot een gedeelte van een heel jaar.

4. Voor de toepassing van het tweede en derde lid wordt:

a. uitgegaan van maanden van dertig dagen en van een jaar van 360 dagen;

b. de disconteringsvoet (i) gesteld op 0,0400 (4,00%).

Artikel 4

1. Het bedrag van de eenmalige subsidie aan de gemeente komt overeen met het totaal aan subsidiebedragen, bedoeld in artikel 3, eerste lid.

2. De vaststelling van de eenmalige subsidie heeft tot gevolg dat:

a. een verbintenis te niet gaat voor zover deze betrekking heeft op het tijdvak vanaf 31 december 2008;

b. een aanspraak van het Rijk op de gemeente als gevolg van een herziening van een beschikking op grond van een regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten vervalt;

c. een aanspraak van de gemeente op het Rijk als gevolg van een herziening van een beschikking op grond van een regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten vervalt.

Artikel 5

Het totaalbedrag wordt uiterlijk in december 2008 uitbetaald.

Paragraaf 3

Slotbepalingen

Artikel 6

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 7

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling verplichte afkoop regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 24 september 2008.
De Minister voor Wonen, Wijken en Integratie, C.P. Vogelaar.

Toelichting

Algemeen

Vanaf 1976 zijn er regelingen van kracht geweest op grond waarvan subsidies werden verstrekt voor het aanpassen van de huisvesting van gehandicapten. Die regelingen zijn tot 1994 zo opgezet, dat een toegekende geldelijke steun in twintig jaarlijkse termijnen wordt uitbetaald. Er bestaan jegens het Rijk nog verbintenissen op grond van de Beschikking geldelijke steun huisvesting gehandicapten van 17 april 1978 (Stcrt. 1978, nrs. 74 en 76), de Regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten 1989 (Stcrt. 1988, 190), de Regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten 1989 (Stcrt. 1991, 223) en de Overgangsregeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten (in het vervolg de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten).

Het aantal nog openstaande verplichtingen op grond van de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten bedraagt op de peildatum van 1 september 2008 circa 6400. Daarbij zijn circa 435 gemeenten gemoeid. De totale waarde van die verplichtingen bedraagt circa € 41 miljoen. Bij ongewijzigd blijven uitvoeren van de regelingen is het Rijk nog tot circa 2018 gehouden om uitbetalingen te doen.

De nog resterende verbintenissen op grond van de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten worden verplicht afgekocht.

De afkoop is in de eerste plaats een gevolg van de aanbevelingen van de Stuurgroep doorlichting specifieke uitkeringen (ook bekend als ‘commissie Brinkman’). De kern van die aanbevelingen is het terugdringen van de bureaucratie die is gemoeid met de uitvoering van de verschillende specifieke uitkeringen, zowel bij het Rijk als bij de gemeenten en betrokken particulieren. Deze lijn is nogmaals bevestigd in het bestuursakkoord Rijk-Gemeenten van juni 2007, waarin gemeenten meer beleidsruimte wordt gegeven en het aantal specifieke uitkeringen wordt verminderd.

Daarnaast betekent afkoop van alle resterende verplichtingen op grond van de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten dat niet langer kennis in stand gehouden hoeft te worden van die regelingen.

De gemeenten ontvangen zo spoedig mogelijk na inwerkingtreding van deze regeling een overzicht van alle verbintenissen op grond waarvan de eenmalige subsidie wordt toegekend en een berekening van het afkoopbedrag per 31 december 2008, alsmede de beschikking waarin dit afkoopbedrag wordt toegekend.

In de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten is voorzien in de mogelijkheid dat de openstaande verplichting op aanvraag van de gemeente wordt omgezet in een bijdrage ineens indien de persoon voor wie de voorzieningen in de woning zijn aangebracht niet langer zijn hoofdverblijf heeft in de aangepaste woonruimte (reguliere afkoop). In de gevallen van reguliere afkoop wordt afgekocht met een in de oorspronkelijke beschikking opgenomen disconteringsvoet.

Vooruitlopend op de verplichte afkoop van alle nog openstaande verplichtingen op grond van de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten is de verwerking van de aanvragen voor reguliere afkoop om uitvoeringstechnische redenen met ingang van 1 september 2008 stopgezet. De reguliere afkoopdossiers die vanaf 1 september binnenkomen worden meegenomen in de verplichte afkoop. Dit past binnen de reactietermijn van 17 weken voor reguliere afkoop die in de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten is opgenomen.

Over deze regeling is overeenstemming bereikt met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.

Artikelsgewijs

Artikel 1

In het tweede lid wordt bepaald dat aanvragen voor reguliere afkoop die vanaf 1 september 2008 worden ontvangen worden niet in behandeling worden genomen, maar dat de verbintenissen waarop die aanvragen betrekking hebben verplicht worden afgekocht.

Artikel 2

De afkoopsubsidie is bedoeld ter beëindiging van alle nog lopende verbintenissen tussen het Rijk en de gemeenten die voortvloeien uit de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten.

Artikelen 3 en 4

Het totaalbedrag aan afkoop per gemeente wordt berekend naar de stand op 31 december 2008. Alle jaarlijkse bedragen aan geldelijke steun op grond van een verbintenis waarop vanaf die datum recht bestaat, worden bij de vaststelling van het totaalbedrag betrokken.

De berekening van de contante waarde van de bedragen aan geldelijke steun vanaf 31 december 2008 verloopt volgens de volgende formule:

stcrt-2008-196-p16-SC87740-1.gif

Σ = sommatie van de gedisconteerde waarden over alle vervaldata van de bedragen aan geldelijke steun, verschuldigd vanaf 31 december 2008;

Dn = bedrag aan geldelijke steun op een bepaalde vervaldatum overeenkomstig de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten;

i = de rentevoet waartegen contant wordt gemaakt (disconteringsvoet), te weten 0,0400 (artikel 3, vierde lid, onderdeel b);

n = aantal jaren vanaf de eerste vervaldatum van een bedrag aan geldelijke steun vanaf 31 december 2008 tot aan de vervaldatum van het contant te maken bedrag aan geldelijke steun (Dn);

x = aantal jaren vanaf de eerste vervaldatum van een bedrag aan geldelijke steun vanaf 31 december 2008 tot aan de laatste vervaldatum;

m = periode vanaf 30 december 2008 tot de eerste vervaldatum van een jaarbedrag vanaf 31 december 2008, als gedeelte van een heel jaar, waarbij een jaar 360 dagen telt en een maand 30 dagen (artikel 3, vierde lid, onderdeel a).

De vooruitberekende bedragen aan geldelijke steun worden contant gemaakt met een rentepercentage van 4,00. Eerst wordt deze waarde berekend naar de eerste vervaldatum van een bedrag aan geldelijke steun vanaf 31 december 2008. Vervolgens wordt dit totale bedrag vanaf die vervaldatum contant gemaakt naar 30 december 2008.

Bedragen aan geldelijke steun op grond van de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten met vervaldata tot en met 30 december 2008 zullen worden uitbetaald volgens het reguliere traject. Alle bedragen aan geldelijke steun met een vervaldatum vanaf 31 december 2008 zullen worden afgekocht.

Artikel 4

In artikel 4, eerste lid, wordt het bedrag van de afkoopsubsidie vastgesteld. Dat is de som van de overeenkomstig artikel 3 berekende bedragen van alle verbintenissen van het Rijk jegens de gemeente die voortvloeien uit de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten.

Na de vaststelling van de afkoopsubsidie bestaat er voor de betrokken gemeente geen recht meer op jaarlijkse bedragen aan geldelijke steun krachtens de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten.

Het Rijk heeft zijn financiële verplichtingen jegens de betrokken gemeente met de vaststelling van de afkoopsubsidie afgekocht voor het gehele resterende tijdvak vanaf 31 december 2008 waarvoor het Rijk die verplichtingen is aangegaan.

Ingevolge onderdeel b van artikel 4, tweede lid, kan de minister niet meer de bedragen aan geldelijke steun die krachtens de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten aan de betrokken gemeente zijn toegekend, lager vaststellen of terugvorderen.

Ook ten gunste van de betrokken gemeente is herziening door de minister van een beschikking op grond van de regelingen geldelijke steun huisvesting gehandicapten als gevolg van de subsidievaststelling niet meer mogelijk (artikel 4, tweede lid, onderdeel c).

Na afkoop vervalt voor het tijdvak vanaf 31 december 2008 over en weer ook de verantwoordingsplicht voor wat betreft de afgekochte financiële verplichtingen.

De Minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

C.P. Vogelaar

Naar boven