Regeling tot wijziging van de Regeling meetmethoden massa’s en afmetingen van bedrijfsauto’s en aanhangwagens in verband met aanpassing van de meetmethode ten aanzien van de lengte van bedrijfsauto’s met 45’ containers

2 december 2008

Nr. CEND/HDJZ-2008/1647 sector AWW

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op richtlijn nr. 96/53/EG van de Raad van de Europese Unie van 25 juli 1996 houdende vaststelling, voor bepaalde aan het verkeer binnen de Gemeenschap deelnemende wegvoertuigen, van de in het nationale en het internationale verkeer maximaal toegestane afmetingen, en van de in het internationale verkeer maximaal toegestane gewichten (PbEG L 235) en artikel 1.2, tweede lid, van het Voertuigreglement;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 1, tweede lid, onderdeel m, van de Regeling meetmethoden massa’s en afmetingen van bedrijfsauto’s en aanhangwagens1 wordt ‘maximaal 12 cm’ vervangen door: maximaal 80 cm.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2009.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings.

TOELICHTING

De omvang van het vervoer van 45-voets containers (hierna: 45’ containers) over de weg neemt in tegenstelling tot eerdere verwachtingen aanzienlijk toe en is een steeds verder groeiende markt. In richtlijn nr. 96/53/EG1 zijn de maximaal toegestane afmetingen opgenomen van aan het binnenlands en internationaal verkeer binnen de Gemeenschap deelnemende wegvoertuigen. Hierdoor wordt de mogelijkheid tot (internationaal) vervoer van 45’ containers over de weg beperkt. De Europese Commissie heeft in november 2006 echter in een interpretatie van de richtlijn aangegeven2 dat de lidstaten op nationaal niveau de regels voor het binnenlands wegvervoer van 45’ containers desgewenst mogen verruimen.

Met de vorige wijziging van de Regeling meetmethoden massa’s en afmetingen van bedrijfsauto’s en aanhangwagens heeft Nederland van die mogelijkheid gebruik gemaakt. Bij die wijziging is bepaald dat maximaal 12 cm van de lengte van een bedrijfsauto beladen met een 45’ container niet meegerekend wordt bij het bepalen van de lengte van de voertuigcombinatie. Deze aanpassing bleek in de praktijk niet voldoende te zijn. Een 45’ container is, met zijn lengte van 13,72 m, 12 cm langer dan de maximaal toegestane lengte van een oplegger. De toegestane extra lengte van 12 cm liet daarom slechts toe dat een dergelijke container vervoerd kon worden op een chassis dat de maximale kopstraal van 2,04 m toelaat. De voorkant van de container is dan geplaatst op circa 1,60 m voor het hart van de koppelingspen. In het containertransport komt dit eigenlijk alleen voor op speciaal aangepaste opleggers. Het aangeboden volume aan 45’ containers kan daardoor onvoldoende verwerkt worden, omdat de beschikbaarheid van dergelijke aangepaste opleggers die deze containers binnen de reguliere afmetingen kunnen vervoeren beperkt is.

Vanwege de aslastproblematiek is er de laatste jaren met name in het containervervoer veel geïnvesteerd in trekkers met een extra voorloopas, die in veel gevallen overbelasting voorkomt. Deze trekkers zijn in de regel iets langer dan gewone 2-assige trekkers. Uit meetgegevens van enkele combinaties bleek dat met 80 cm uitsteek het gebruik van deze voertuigen mogelijk blijft, zonder dat de maximaal toegelaten aslast overschreden wordt.

In overleg met vertegenwoordigers van belangenorganisaties in de transport- en voertuigbranche (onder meer TLN, EVO, FOCWA, RAI) is overeengekomen om het binnenlands wegvervoer van 45’ containers ook met het bestaande normale materieel voor containertransport voor 40’ containers mogelijk te maken. Daartoe mag de maximaal toegestane lengte van een trekker-opleggercombinatie door alleen de 45’ container met ten hoogste 80 cm worden overschreden, tot 17,30 m. De lengte van de onbeladen voertuigcombinatie moet onveranderd binnen de maximaal toegestane combinatielengte van 16,50 m blijven. Door deze regeling kan een 45’ container ook worden vervoerd op een voor 40’ containers ingericht chassis. Op een dergelijk chassis zal de container onvermijdelijk verder naar achter uitsteken.

Het Voertuigreglement bepaalt in artikel 5.18.12 dat, wanneer lading voorbij de achterzijde van de oplegger uitsteekt, een stootbalk moet zijn aangebracht op niet meer dan 60 cm voor de uiterste achterzijde van deze lading. In verband met de verkeersveiligheid dient ook in geval van een aan de achterzijde van de voertuigcombinatie uitstekende 45’ container de stootbalk, overeenkomstig artikel 5.18.12, eerste lid, onder c, van het Voertuigreglement, gesitueerd te worden als ware de container lading. Daarvoor kan waar nodig gebruik gemaakt worden van een extra of uitschuifbare stootbalk die na het lossen van de container weer binnen de maximaal toegestane afmetingen van het voertuig en de voertuigcombinatie kan worden teruggeplaatst.

Bedrijven die hebben geïnvesteerd in opleggers met een speciaal voor het vervoer van (overigens aangepaste) 45’ containers geschikt chassis, kunnen deze gewoon blijven gebruiken. De meerkosten van dergelijke chassis ten opzichte van conventionele chassis zijn relatief gering, volgens opgave van TLN en FOCWA circa € 1500–2000 per oplegger. Opleggers met een aangepast chassis hebben echter als belangrijk voordeel dat (aangepaste) 45’ containers hiermee binnen de maximale combinatielengte van 16,50 m vervoerd kunnen worden, waardoor er ook internationaal mee gereden kan worden. Grensoverschrijdend verkeer dient immers te voldoen aan de in richtlijn 96/53/EG vastgelegde afmetingen. De met de onderhavige regeling toegestane verlenging van de toegestane uitsteek van een 45’ container beoogt alleen het binnenlands vervoer van dergelijke containers te vergemakkelijken.

Mede in verband met een door de Europese Commissie uitgevoerde studie over de toelating van Langere en Zwaardere Vrachtwagens (LZV’s) bestaat de verwachting, dat richtlijn 96/53/EG aangepast zal worden aan de huidige ontwikkelingen in het vervoer en de te vervoeren goederen. De bovenbedoelde verruiming van de meetmethode voor bedrijfsauto’s met 45’ containers kan daardoor wellicht weer vervallen zodra deze richtlijn aangepast is.

De Europese Commissie zal conform artikel 4, vierde lid, onderdeel b, van richtlijn nr. 96/53/EG op de hoogte worden gesteld van onderhavige wijziging.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings.


XNoot
1

Stcrt. 2001, 194; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 13 december 2006 (Stcrt. 250).

XNoot
1

Richtlijn nr. 96/53/EG van de Raad van de Europese Unie van 25 juli 1996 houdende vaststelling, voor bepaalde aan het verkeer binnen de Gemeenschap deelnemende wegvoertuigen, van de in het nationale en het internationale verkeer maximaal toegestane afmetingen, en van de in het internationale verkeer maximaal toegestane gewichten (PbEG L 235).

XNoot
2

Commission staff working document on the continuous carriage of 45' containers in national road transport, Brussels 27.11.2006, SEC(2006)1581.

Naar boven