Wijziging RijksCofinancieringsregeling INTERREG IV

Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 8 juli 2008, nr. IZ 2008082114, houdende wijziging van de RijksCofinancieringsregeling INTERREG IV (Wijziging RijksCofinancieringsregeling INTERREG IV)

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Gelet op artikel 50a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en de artikelen 38a, 38d, vierde lid, 38h, vierde lid, en 38ia, van het Besluit op de ruimtelijke ordening 1985;

Besluit:

Artikel I

De RijksCofinancieringsregeling INTERREG IV1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt: Nederlandse

B

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder i komt te luiden: het projectvoorstel na een eerste indiening bij het Internationale Secretariaat van het INTERREG IVA of IVB of IVC programma, binnen een jaar na subsidieverlening, niet is goedgekeurd door het daartoe gerechtigde besluitorgaan van het INTERREG IVA of IVB of IVC programma

C

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid en tweede lid vervalt: Nederlandse

D

Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel b komt te luiden: INTERREG IVB en IVC, € 5.500.000,–

2. In het eerste lid vervalt: onderdeel c

E

Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt: Nederlandse

F

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt: Nederlandse

G

Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt: Nederlandse

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 8 juli 2008.
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, J.M. Cramer.

Toelichting

Algemeen

Deze regeling wijzigt de Rijkscofinancieringsregeling INTERREG IV. Die regeling is in 2007 in werking getreden.

Inhoud van deze wijzigingsregeling

‘Nederlandse’ voor Lead Partner en partner vervalt om de toegankelijkheid van de Rijkscofinancieringregeling INTERREG IV te vergroten. Verplichting blijft wel dat de activiteiten in Nederland worden uitgevoerd, tenzij op verzoek voorafgaand toestemming wordt verleend om de activiteiten ergens anders uit te voeren.

Voorts is uit de praktijk gebleken dat het niet uitvoerbaar is om de subsidieontvanger binnen het jaar na subsidieverlening meerdere mogelijkheden van indienen van het projectvoorstel te geven. Het is namelijk onduidelijk wanneer de indieningsrondes van de INTERREG IVA, IVB en IVC programma’s opengaan. Dit betekent dat als een eerste indiening van het projectvoorstel bij het Internationale Secretariaat van een INTERREG IVA of IVB of IVC programma is afgewezen de subsidie aangehouden moet worden voor een mogelijke tweede indiening van het projectvoorstel binnen een jaar. Als de tweede indieningsmogelijkheid niet binnen een jaar volgt, dan valt het subsidiebedrag vrij. Het lang aanhouden van voorwaardelijke subsidietoekenningen beperkt de toegankelijkheid van de regeling voor nieuwe aanvragers. Daarom is ervoor gekozen de subsidieontvanger maar één kans voor indiening bij het Internationale Secretariaat van het INTERREG IVA of IVB of IVC programma te geven.

Tot slot wijzigt het subsidieplafond voor INTERREG IVB EN IVC, waarbij geen budgetonderscheid per programma meer wordt gemaakt.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J.M. Cramer

  • 1

    Stcrt. 2007, 249.

Naar boven