Wijziging besluit van 22 februari 2006, nr. DJZ/BR/0201-2006 inzake omzetting van beleidsregels en subsidieplafonds

Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking en de Staatssecretaris voor Europese Zaken van 14 juli 2008, nr, DJZ/BR/652/2008, tot wijziging van het besluit van 22 februari 2006, nr. DJZ/BR/0201-2006 inzake omzetting van beleidsregels en subsidieplafonds (Stcrt. 46)

De Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking en de Staatssecretaris voor Europese Zaken,

Gelet op artikel 6 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken;

Besluiten:

Artikel I

De bijlage bij het besluit van 22 februari 2006, nr. DJZ/BR/0201-2006, tot omzetting van op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken vastgestelde beleidsregels en subsidieplafonds met het oog op subsidieverlening op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Stcrt. 46), wordt als volgt gewijzigd:

De vermelding van de volgende besluiten komt te vervallen:

a. Besluit van de Staatssecretaris voor Europese Zaken van 22 december 2005 nr. DZO-UM/1286/2005 tot vaststelling van een subsidieplafond en tot aanvulling van een beleidsvoornemen op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken voor het Matra Projecten Programma (Stcrt. 252);

b. Besluit van de Staatssecretaris voor Europese Zaken van 22 december 2005, nr. DZO-UM/1288/2005, tot vaststelling van een subsidieplafond en een beleidsvoornemen voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken (Matra Doelbijdragen Programma) (Stcrt. 251);

c. Besluit van de Staatssecretaris voor Europese Zaken van 6 december 2005, nr. PRA/JBZ/162/05, tot vaststelling van een plafond voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken, inzake Matra-Kleine Ambassade Projecten (KAP), Matra-Kleine Natuurbeheer Initiatieven Projecten (KNIP) en het Programma Culturele Ambassade Projecten (PCAP) (Stcrt. 247);

d. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 15 december 2005, nr. DJZ/BR/1305-2005, tot vaststelling van een subsidieplafond en een beleidsvoornemen op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken voor subsidiëring van gedetineerdenbegeleiding van Nederlandse gedetineerden in het buitenland en de geestelijke verzorging van deze doelgroep (Stcrt. 249);

e. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 16 december 2005, nr. DPZ-431/05, tot vaststelling van een beleidsvoornemen voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken voor het Programma Ondersteuning Buitenlands Beleid (Stcrt. 249);

f. Besluit van de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking van 1 december 2004, nr. CZ/041851, tot vaststelling van een plafond voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken (Subsidieplafond CBI 2005-2007) (Stcrt. 244);

g. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 30 november 2005, nr. DWM/1006/05, tot vaststelling van een subsidieplafond en voortzetting van een beleidsvoornemen voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken (programma Intensivering Bilaterale Betrekkingen-West-Europa) (Stcrt. 243);

h. Besluit van de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking van 17 december 2004, nr. DAO-1043, tot opschorting van subsidieverlening in het kader van het Programma Bilaterale Samenwerking met Indonesië (Stcrt. 249);

i. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 21 december 2005, nr. DAK/ICM/730/05, tot vaststelling van een subsidieplafond voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken (Subsidieplafond PKP ODA Dakar 2006) (Stcrt. 250);

j. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 21 december 2005, nr. DAK/ICM/730/05, tot vaststelling van een subsidieplafond voor subsidiering op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken (Subsidieplafond PKP NONODA Dakar 2006) (Stcrt. 250);

k. Besluit van de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking van 19 december 2005, nr. DCO/OO-375/05, tot vaststelling van een subsidieplafond en twee beleidsvoornemens voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken (Stcrt. 250);

l. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 30 juni 2005, nr. DMV/MR-237/05, tot vaststelling van een beleidsvoornemen en een subsidieplafond voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken (Mediapluriformiteit in Iran) (Stcrt. 127);

m. Besluit van de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking van 23 december 2005, nr. DCO/OC-625/05, tot vaststelling van een plafond voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken (onderzoek) (Stcrt. 254).

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking
De Staatssecretaris voor Europese Zaken,
namens dezen:
de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, E. Kronenburg.

Toelichting

Op 1 januari 2006 zijn het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 in werking getreden. Bij die gelegenheid is de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken ingetrokken. Dit bracht mee dat de met het oog op de toepassing van die ingetrokken regeling vastgestelde beleidsregels – onder vigeur van de ingetrokken subsidieregeling aangeduid als ‘beleidsvoornemens’ – en subsidieplafonds de aansluiting met de geldende subsidieregelgeving verloren. Het besluit van 22 februari 2006, nr. DJZ/BR/0201-2006 (Stcrt. 47) strekt ertoe de inhoud van de voor 1 januari 2006 vastgestelde beleidsregels en subsidieplafonds waarvan de beoogde werkingssfeer zich uitstrekt tot na 1 januari 2006 hun betekenis te doen behouden, onder vigeur van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse zaken 2006.

Van een groot deel van deze beleidsregels en subsidieplafonds is de werkingsduur inmiddels verstreken. Hun vermelding in het omzettingsbesluit kan derhalve vervallen.

De Minister van Buitenlandse Zaken

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking

De Staatssecretaris voor Europese Zaken

namens dezen:

De Secretaris-Generaal van het Ministerie van Buitenlandse Zaken,

E. Kronenburg

Naar boven